Succes van Vlaamse fictie stijgt spectaculair
De Vlaming koestert fictie van eigen bodem. Dat bevestigen de film- en tv-cijfers voor 2017 die het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) gisteren bekendmaakte. Terwijl het bioscoopbezoek de jongste jaren min of meer stabiel blijft, stijgt het aantal mensen dat op televisie naar Vlaamse fictie kijkt opvallend.
De tijd is voorbij dat tv-fictie en bioscoopfilm andere werelden waren. Ook in Vlaanderen hoppen producenten, regisseurs, scenaristen en acteurs heen en weer tussen fictiereeksen op tv en bioscoopfilms. Dat is zowel de productie als de kwaliteit ten goede gekomen, iets wat het buitenland niet is ontgaan. Almaar meer Vlaamse producties vinden hun weg buiten onze grenzen.
Ook de Vlaamse kijker schat het aanbod naar waarde en dat blijkt voor het eerst uit de globale kijkcijfers van tv-reeksen die het VAF gisteren in zijn jaarrapport van 2017 publiceerde. In 2017 keken Vlamingen 67.165.814 keer naar een tv-serie terwijl dat cijfer zowel in 2015 als 2016 slechts rond de 49 miljoen draaide. Een stijging met 37 procent.
“We voelden het afgelopen jaar aan dat fictie van eigen bodem leeft in Vlaanderen, maar het is prettig dat in cijfers bevestigd te zien”, zegt Olivier Goris, netmanager van Eén en Canvas. “Er loopt bovendien één constante door het fictie-aanbod en dat is de kwaliteit. De lat ligt in Vlaanderen tegenwoordig hoger en dat trekt iedereen naar boven. Niet in het minst omdat er een nieuwe generatie aan zet komt die internationaal leert, denkt en werkt. Fictiemakers voor tv dromen veel groter dan vroeger.”
Jo DE RUYCK De Vlaamse tv-kijker wordt ook bekoord door de grote variatie aan series, aldus Goris. “Qua verhalen maar ook vertelstijl. Van uitdagende vormen zoals ‘Tabula Rasa’ over klassieke crimi’s genre ‘Salamander’ tot kwetsbare reeksen zoals ‘Gevoel voor tumor’.” Volgens regisseur Jan Verheyen speelt ook de evolutie van de techniek mee. “Vroeger moest je voor je favoriete serie elke zondagavond precies om half negen klaar zitten, nu zijn er mogelijkheden zat om programma’s te bekijken wanneer het je past. De levensduur van een tv-serie is daardoor veel groter geworden.” Thuis fictie kijken raakt overigens almaar sterker ingeburgerd sinds thuisaanbieders, zoals streamer Netflix en Video on Demand van Proximus en Telenet, hun plaats hebben veroverd in de Vlaamse huiskamers, zo stelt Verheyen vast.
Of meer tv-fictie kijken vanuit je luie zitkamerstoel verklaart waarom het bioscoopbezoek voor Vlaamse films in 2017 met 11 procent terugliep tegenover 2016? “Die terugval moet je nuanceren”, zegt Peter Bouckaert van productiehuis Eyeworks. “Grosso modo blijft de interesse voor de Vlaamse film al met al jaren vrij stabiel. De bioscoop is trouwens iets anders dan thuis fictie kijken, de cinema is een beleving in groep.”