Het Belang van Limburg

“Knobbeltje op mijn duim van te gamen”

Laurens De Plus mag na bijna zeven maanden blessurele­ed weer koersen

- Bram VANDECAPEL­LE

Terwijl zijn ploeg Quick-Step Floors de ene grote zege na de andere behaalde, moest Laurens De Plus geblesseer­d toekijken. Bijna zeven maanden lang. Eerst was er die beenbreuk na een salto mortale in de Ronde van Lombardije. En net toen hij zou hervatten, werd hij in Zuid-Afrika omvergekeg­eld door een vrachtwage­n: pols- en bekkenbreu­k. Na een revalidati­e met vallen en opstaan rijdt De Plus dinsdag in Frankfurt zijn eerste koers. Een aangrijpen­de monoloog van een 22-jarig toptalent over zijn mentale kamp.

“Ik zal u eens een sms tonen: This one is for you and Petr. Dit stuurde Bob Jungels naar mij een uur na zijn zege in Luik. Hij zei erbij dat hij tijdens de slotkilome­ter aan Petr (Vakoc, De Plus’ ploegmaat, nvdr.) en mij heeft gedacht. Een fantastisc­h gebaar. Toen hij ons de dag na die aanrijding met die camion in Zuid-Afrika kwam bezoeken in het ziekenhuis, zei hij dat hij kracht zou putten uit het ongeval. Het is hem blijkbaar goed gelukt. Voor hetzelfde geld kon hij al bleitend wegkruipen in een hoekske.”

“Ik ben echt fier op de ploeg en over de manier waarop ze de situatie heeft aangepakt. Ze hebben ervoor gezorgd dat ik niet wegkwijnde. Nooit heb ik het gevoel gehad dat ik door de ploeg vergeten werd. Zo’n moment van: Ach, wat maakt het allemaal nog uit. Ik pak het vliegtuig naar Thailand en duik een paar weken onder. Buiten de ploeg heb ik wel gemerkt dat mensen snel vergeten. Ik vond het straf dat ik hoorde hoe drie weken na het ongeval al mensen in de AVEVE-winkel van mijn ouders kwamen vragen waarom ik dit seizoen nog niet had gekoerst.”

De vraag van Vanmol

“Behalve aan mijn vriendin, broer, ouders en echte vrienden heb ik ook veel gehad aan ploegdokte­r Yvan Vanmol. Hij gaat al jaren mee en weet hoe hij geblesseer­de renners moet opvangen. Enkele weken na de val hadden we een lang gesprek. Hij vroeg of ik wou stoppen met koersen. Als dokter moest hij die vraag stellen, maar ik vond de gedachte alleen al zo eng dat het voor mij snel duidelijk was. Ik was blij dat hij mij die vraag stelde, zodat ik nog meer besefte dat de koers echt mijn passie is. Een microbe. Ik wil nog zoveel bereiken in de koers.”

“In vergelijki­ng met Vakoc was de schade bij mij miniem. Een breuk in de pols en het bekken. Pijnlijk, maar de breuken waren niet verplaatst. Er was nul komma nul kans dat ik niet mijn niveau van voordien zou kunnen halen. Mentaal was de schade veel groter. Als je als fietser wordt opgeschept door een camion… Voor hetzelfde geld… “

“Als bij toeval kwam ik in april John Degenkolb tegen. Drie jaar geleden werd hij ook aangereden op training. Hij vertelde dat hij sindsdien nooit meer op zijn gemak is wanneer hij gaat trainen op de openbare weg. Constant achterom kijken, altijd aan de rechterkan­t rijden wanneer je zij aan zij fietst. Ik heb hetzelfde. Hij zei wel dat die schrik in de koers helemaal wegvalt. Daar rijd je op een afgesloten parcours en komt het beest helemaal los.”

“Ook met het autorijden had ik het in het begin erg moeilijk. Toen ik de eerste keer met de auto de ring van Brussel over moest, moest ik na een kwartier rechtsomke­er maken naar huis. Het ging niet. Ik focuste te hard op de truckchauf­feurs. Ook al hadden die in België niks te maken met hun collega in Zuid-Afrika. ” “Op aanraden van ploegdokte­r Vanmol werk ik sinds het ongeval met een psycholoog. Het was nodig om de negatieve energie om te zetten in iets goeds. Ik heb er enorm veel deugd van gehad. In mijn nog korte carrière had ik tot voor oktober vorig jaar nooit echt veel pech gekend. Alles liep van een leien dakje. Zonder bijzonder veel moeite te doen, kon ik prof worden. Dankzij deze ervaring ben ik als mens enorm gegroeid. Ik ben veel zelfbewust­er geworden. Wist ik vijf jaar geleden wat ik nu wist, dan had ik al vanaf het begin van mijn carrière samengewer­kt met een psycholoog. Ik raad het elke renner aan. Ik vind een psycholoog nu even belangrijk­er als een trainer. Mentale kracht is zo belangrijk.”

Nog eens 27 in het najaar

“Ik heb geleerd met ontgoochel­ingen om te gaan. Bijvoorbee­ld wanneer je in de WhatsApp-groep van de ploegmaats foto’s zag van wanneer ze met de vlieger naar een koers vertrokken. Of wanneer ze zaagden dat ze vier uur in de regen moesten rijden. Ik reageerde dan: Gasten, ik zou niets liever willen doen dan nu een week lang in de regen te mogen fietsen. Ook wanneer ik in bepaalde wedstrijde­n prestaties van andere renners zag waarvan ik dacht: Dat zou ik ook hebben gekund. Je bent en blijft een topsporter, een beetje een egoïst. Maar telkens als de ploeg won, stuurde ik naar iedereen een bericht met gelukwense­n. Na de 25ste keer moeten ze ook gedacht hebben: Daar heb je hem weer.” “De hopen tijd die ik plots had, heb ik gevuld met studeren en PlayStatio­n spelen. Op FIFA heb ik vier keer de Champions League gewonnen. Uren en uren heb ik dat gespeeld, zoveel dat ik er op den duur zelfs een klein knobbeltje op mijn duim aan overhield. Maar doordat ik daar zoveel tijd aan besteedde, bleef ik wel scherp staan. (lacht) Als je op het punt staat de halve finale van de Champions League te winnen, is eten even bijzaak.” “Uitgaan heb ik nooit gedaan. Mijn enige uitspattin­g was eens een stuk fricandon gaan eten bij mijn meter. Momentjes met de familie om te koesteren. Ik ben voortduren­d blijven leven voor mijn vak. Vlak voor de Waalse klassieker­s ben ik samen met Bob en onze twee vriendinne­n naar Mallorca getrokken om te trainen. Eindelijk voelde ik mij opnieuw een echte prof. Ik was weer vertrokken. Begin deze week reed ik nog voor een paar dagen op en af naar de Vogezen. Het vuur voor de koers was nooit zo groot.” “De laatste dagen ben ik echt bezig met aftellen. De goesting is enorm. Ik kijk zo hard uit naar die wedstrijd in Frankfurt. Ze moeten mij op training echt intomen. Ik verlang er zelfs naar om in de finale de bloedsmaak van de zware inspanning in mijn mond te proeven. Na Frankfurt rijd ik Californië, de Dauphiné, Polen, de Vuelta en hopelijk mag ik ook naar het WK.”

 ?? FOTO MARC HERREMANS ?? Laurens De Plus.
FOTO MARC HERREMANS Laurens De Plus.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium