Hanne Decoutere danst voor het eerst in vijftien jaar weer voor publiek
Er zat nog een klein beetje adrenaline in het lijf van Hanne Decoutere (38) toen ze gisteren ‘Het Journaal’ van 13 uur presenteerde: dit weekend stond ze voor het eerst in vijftien jaar weer als danseres op een podium. In het publiek: haar man en haar 3-j
“Ik ga nog elke avond stijf slapen en sta elke ochtend stijf op en ik heb bilspieren ontdekt waarvan ik niet wist dat ik ze had”
Hanne Decoutere danseres en nieuwsanker
Na Thomas Vanderveken die in ‘Thomas Speelt Het Hard’ werd klaargestoomd voor een pianoconcerto is het nu aan nieuwsanker Hanne Decoutere: zij pikt in ‘Hanne Danst’ de draad weer op met haar verleden als danseres om in februari op te treden met Ballet van Vlaanderen. Decoutere danste vroeger voor Studio 100 in de shows van K3 en was ook een tijdje te bewonderen in het tv-programma ‘Het Swingpaleis’. Dit weekend wachtte een eerste grote test: na vijftien jaar weer het podium op voor vier voorstellingen van ‘Paleis’ van dansstudio Arabesque, in een choreografie van Altea Nuñez. Decoutere kreeg haar zenuwen niet onder controle: “Diep ademhalen vanuit de buik hielp niet. Ook een oud trucje van een leerkracht om lesgevers of publiek in hun pyjama voor te stellen werkte niet. (lacht) Bovendien kwam mijn man voor het eerst kijken; het was hij die mij het duwtje gaf om dit te doen. Hij had me al zien dansen bij Studio 100, maar niet in deze dansstijl. Ook mijn dochter van drie was er en bovendien werd ik ook gevolgd door de cameraploeg van het programma. Ik kan me voorstellen dat ze achter de schermen zeiden: ‘Daar heb je Hanne en haar meute.’ (lacht) Mijn hart klopte in mijn keel en het bleef maar bonken.”
Emotioneel
Decoutere geeft wel toe dat ze het “niet slecht gedaan heeft”: “Ik heb graag alles onder controle en hier viel dat allemaal weg, maar ik ben niet ontevreden. Met dank aan de andere dansers, die heel lief voor me zijn geweest. Het was wel een uitdaging, want het was geen puur klassiek ballet. Het neigde meer naar mo- dern, maar de choreografie paste wel bij mij. Ik droeg de jurk van een prinses die ik uittrok om afscheid te nemen van mijn leven als prinses en te doen wat ik graag doe: dansen. Zo voelde het ook echt. Zelfs zo echt dat ik er emotioneel van werd. Omdat het vijftien jaar geleden was, wellicht. Zeker toen mijn dochter na de voorstelling zei: ‘Mama, ik vond jou het mooist.’ Waarop ze eraan toevoegde: ‘En die kindjes in het wit.’ Ze bedoelde de meisjes in tutu, want dat had ze nog nooit gezien.”
Monte Carlo
Toen Hanne Decoutere begon te trainen, kreeg ze pijn in haar achillespees en hamstrings. Nu begint haar lichaam stilaan te wennen. “Ik ga nog elke avond stijf slapen en sta elke ochtend stijf op en ik heb bilspieren ontdekt waarvan ik niet wist dat ik ze had, maar het doet wel goed. Eén achillespees en één kuitspier blijven gevoelig, maar ik mag me niet laten verlammen door mijn angst voor blessures. Eén foute landing of zelfs verkeerd uit de douche stappen kan genoeg zijn om een blijvende blessure te veroorzaken, zeker op mijn leeftijd. Maar daar mag ik me niet achter verschuilen. Ik doe dit gewoon graag en wil de mensen vooral laten zien hoe mooi het leven van een danseres wel is. Ik heb mijn droom om professioneel danseres te worden destijds opgegeven en was bang dat de confrontatie met die beslissing me parten zou spelen. Maar ik ben blij met het leven dat ik nu heb, met mijn gezin, met mijn werk bij ‘Het Journaal’.” Gisteren was het trouwens weer business as usual voor Hanne Decoutere met ‘Het Journaal’ van 13 uur en van 19 uur: “Uitblazen zit er niet in. (lacht) Maar misschien is die combinatie ook wel goed om het even van me af te zetten. Ik heb ook nog twee kinderen, natuurlijk. Vanaf nu wordt het aantal uren training opgedreven. Ik ben er elke dag mee bezig, ook thuis, door te stretchen en de buikspieren te oefenen. Maar ik heb weer iets om naar uit te kijken: binnenkort mag ik naar Les Ballets de Monte Carlo, mijn favoriete balletgezelschap. Als alles goed gaat, zou ik daar een les mogen volgen. Door het te zeggen ben ik in één klap weer zenuwachtig.” (lacht)