Werkgroep moet Bengaals vuur uit voetbalstadions bannen
Rookgordijnen ook populair bij wedstrijden in lagere reeksen
HASSELT - De Pro League, de federale politie en de Koninklijke Belgische Voetbalbond (KBVB) beraden zich in een werkgroep over een plan om Bengaals vuur en bommetjes in voetbalstadions te bannen. Nu al zijn dergelijke pyrotechnische middelen verboden, maar de praktijk bewijst dat er meer nodig is. In bijna de helft van de wedstrijden op het hoogste niveau waren dit seizoen immers incidenten op dat vlak. En dat inspireert supporters van kleinere clubs, tot zelfs vierde provinciale, om hun lokale helden op gelijkaardige manier aan te moedigen.
Antwerp - STVV afgelopen zaterdag, net voor aanvang van de wedstrijd. Een thuisfan steekt een forse voetzoeker af, 25 fans moeten naar het ziekenhuis afgevoerd worden met hoofdpijn en oorsuizingen. Een week eerder raakte de spelersbus van Club Brugge zwaar beschadigd nadat hun eigen fans hen iets te enthousiast onthaalden met Bengaals vuur. En ook de bekerfinale tussen Standard en Genk in maart begon onder een rookgordijn nadat beide supportersclans elkaar wilden imponeren met vuurwerk. Uit cijfers van de federale politie blijkt dat er dit seizoen in 43 procent van de wedstrijden op het hoogste niveau incidenten waren op dat vlak. Vorig seizoen was dat nog maar 32 procent.
Net daarom denkt een werkgroep momenteel na over maatregelen om het gebruik van Bengaals vuur nog beter aan banden te leggen vanaf volgend seizoen. In die werkgroep zijn de Pro League (de vereniging van profclubs), de Voetbalbond, De FOD Binnenlandse Zaken en de federale politie vertegenwoordigd. Nu al zijn alle vormen van pyrotechnisch materiaal in voetbalstadions verboden, maar de cijfers bewijzen dus dat er meer nodig is. Over concrete maatregelen wil de Pro League nu nog niet communiceren, maar vast staat dat sensibiliseringsacties er deel van zullen uitmaken. Wellicht wordt vuurwerk ook net buiten het stadion verboden. Ook de Raad van Europa buigt zich momenteel over een resolutie om pyrotechniek in voetbalstadions volledig te verbieden. Of voetbalclubs dan nog zelf vuurwerk zullen mogen afsteken, is nog niet duidelijk.
576 dossiers
In ons land mogen supporters al jaren geen vuurwerk of bommetjes mee in het stadion nemen, al gebeurt dat in de praktijk dus nog in bijna de helft van de wedstrijden. De voorbije drie jaar behandelde de Voetbalcel van de FOD Binnenlandse Zaken 576 dossiers wat betreft het gebruik van pyrotechniek. “In het overgrote deel van de gevallen resulteerde dit ook effectief in een sanctie voor de betrokken supporters”, zegt Gaetan Willems van de FOD Binnenlandse Zaken. “Voor wat betreft het ontsteken van Bengaals vuur is 12 maanden stadionverbod en een geldboete van 500 euro de minimumsanctie. Maar die kan oplopen naargelang de omstandigheden of door het feit dat de betrokkene al dan niet eerder dergelijke feiten heeft gepleegd.”
Moeilijke identificatie
Zo’n dossier wordt echter pas opgestart nadat de betrokkene geidentificeerd is, en dat is, mede door de enorme rookontwikkeling, verre van evident. Bovendien is het weren van dergelijke middelen uit het stadion bijzonder moeilijk. “Het is bijna vechten tegen de bierkaai”, zegt Michel Cornelissen, veiligheidsverantwoordelijke bij KRC Genk. “Stewards mogen enkel oppervlakkige controles uitoefenen, maar dat is niet voldoende. Het vuurwerk steken ze gewoon op plaatsen waar niet gecontroleerd wordt, als je begrijpt wat ik bedoel... Al is de situatie dit seizoen wel verbeterd omdat we een nieuw camerasysteem geïntroduceerd hebben. Dat helpt ons om daders te identificeren. Zo konden we dit seizoen al zo’n 15 personen een sanctie opleggen. Dat was vooral in het begin van het seizoen, omdat zoiets natuurlijk wel rondgaat in supporterskringen.”
Vierde provinciale
Die sfeervolle beelden van stadi- ons in kleurrijke rook inspireert ook steeds meer toeschouwers van wedstrijden in lagere reeksen. Van de recente kampioenenviering van Thes Sport (tweede amateur) en Helson (eerste provinciale) tot zelfs een eindrondewedstrijd van HO Molenbeersel (vierde provinciale), telkens werd de sfeer opgeluisterd met Bengaals vuur. Nochtans maakt de Belgische voetbalwet geen onderscheid. “Maar in hoeverre kan je in ons geval van een voetbalstadion spreken?”, zegt Peter Nies, voorzitter van HO Molenbeersel. “Wij hebben dat als bestuur zelfs mee georganiseerd. Het zorgt voor sfeer en het is leuk voor de spelers. Vaak zijn die supporters persoonlijke vrienden van hen. En op die manier zorgen we er ook voor dat het niet overdreven wordt of uit de hand loopt.”