De opa die graag nog kind was
Neerpelt Als kinderen konden kiezen, zouden ze allemaal een opa willen zoals Peter Berben. Een opa die voor hen een dagboek bijhoudt, een act doet op hun feest en die elke zomer met hen op kamp gaat. Een opa die hen leert dat vriendschap en familie het ho
Ik zweer een echte Dommelridder te zijn / Opgewekt en fijn / Nooit kwaad, wel paraat / Vriend voor een ander en vrienden voor elkander / Als het niet gaat, vraag raad / Verken de natuur en geniet van elk uur / Open oog voor mekaar / Zo maken we het waar / Allen te samen van bron tot het einde / De Dommel is ons doel.
Bovenstaande tekst siert het bidprentje van Peter Berben. Het is de eed van Dommelridders die Peter opstelde en die de ridders tijdens zijn begrafenis uitspraken, als een laatste eresaluut aan hun leider ‘Witte Vos’. Maar wie zijn de Dommelridders en hun leider? Het klinkt als een Peltse carnavalsgroep, terwijl de eed veeleer aan de scouts doet denken.
“Het is een soort familiescoutsgroep die papa oprichtte”, zegt dochter Julie Berben. “Papa was een oud-scout en wilde dat gedachtegoed doorgeven aan zijn kleinkinderen. Elke zomer ging hij met hen op kamp. Hij zocht een toffe kampplaats uit, stelde een programma op en trok eropuit in de natuur. Soms gingen er vriendjes van de kleinkinderen mee – papa is ooit met een groep van twintig Dommelridders op kamp geweest.”
Dagboeken
Maar wat voor de kinderen een week was van spel en plezier, had voor Peter een hogere betekenis. “Papa zat vol levenswijsheden die hij eerst aan ons en later aan zijn kleinkinderen doorgaf”, zegt Julie. “Vriendschap, familie en in de natuur zijn vond hij belangrijk. Papa wilde ons helpen en beschermen, maar tegelijkertijd was hij zelf een groot kind dat alleen maar buiten wilde zijn. Op kamp gaan met de Dommelridders: voor hem was dat puur genieten.”
Peter was de beste papa en opa die de familie zich kon wensen, vindt Julie. “Voor alle kleinkinderen hield hij een dagboek bij, dat sommigen al gekregen hebben omdat ze 18 jaar zijn geworden. Elk dagboek bevat specifieke anekdotes over de kleinkinderen of wat ze op een bepaalde dag samen met opa hebben gedaan. Soms staat er ook een filosofische beschouwing tussen. Papa las veel en schreef graag. Hij hield zelf een dagboek bij en is ooit begonnen aan een roman die nooit is afgeraakt.”
Peter was vroeger notaris, een beroep dat hij lang heeft uitgeoefend. Eerst aan huis, maar na een verhuis hield Peter kantoor in Neerpelt. “Zijn beroep weerspiegelde zijn karakter: hij was een sociaal bewogen notaris”, zegt Julie. “Papa wilde in de eerste plaats mensen helpen. Nooit is hij een dag met tegenzin gaan werken.” Zijn sociale bewogenheid resulteerde tevens in een politiek mandaat voor de PVV en VLD. Peter was gemeenteraadslid in Neerpelt en werd later verkozen in het federale parlement en in de Vlaamse Raad, de voorloper van het Vlaams Parlement. Hij was er onder meer lid van de commissie voor Cultuur en van de commissie van de Nederlandse Taalunie.
Ontmoetingen
Ook dichter bij huis engageerde Peter zich op cultureel vlak: hij was voorzitter van de Koninklijke Fanfare Kempenbloei en Achel en, wellicht het mandaat dat hem het nauwst aan het hart lag, voorzitter van het Europees Muziekfestival voor de Jeugd, dat elk jaar plaatsvindt in Neerpelt. “Twintig jaar is papa daar voorzitter geweest”, weet Julie. “Zo lang ik het me kan herinneren, ging hij elke maandagavond naar de vergaderingen van het muziekfestival.” Peter kon intens genieten van muziek. “Hij vond het ook fantastisch om jonge mensen samen muziek te zien maken. Wanneer de periode van het muziekfestival in Neerpelt was aangebroken, dan zag je hem stralen en probeerde hij ons zo veel mogelijk te betrekken. Dit jaar hebben ze hem mooi geeerd met een speech, foto’s en veel applaus – papa overleed twee dagen voor de start van het festival.” Peter ging graag op reis, met zijn gezin en later met vrienden, op zoek naar andere culturen. “Papa was avontuurlijk aangelegd en nieuwsgierig naar hoe andere mensen leefden”, zegt Julie. “Van elke reis bracht hij een souvenir mee, meestal iets handgemaakt. Een favoriet land had hij niet: hij ontdekte het liefste nieuwe horizonten. De verbindende factor waren telkens de mensen. Papa kon zo enthousiast praten over ontmoetingen met anderen.”
Toveren
Ondanks al zijn bezigheden was Peter geen afwezige vader. Hoe druk hij ook bezig was, hij had altijd tijd voor zijn kinderen. Tijdens de weekends trok hij met hen de bossen in en bouwden ze kampen. “Ik weet niet hoe hij het deed,” bekent Julie, “maar veel had te maken met onze mama: zij was huismoeder en zorgde ervoor dat de boel bleef draaien als papa weer eens weg moest.” Peter overleed aan de gevolgen van maagkanker. Een half jaar geleden stelden dokters vast dat hij ziek was. Na een operatie eind maart, waarbij zijn maag werd verwijderd, geraakte hij er niet meer bovenop. Er volgden complicaties en een nieuwe operatie, die hem nog meer verzwakten. “Papa is in coma geraakt, maar op sommige momenten was hij helder en konden we afscheid nemen. Zijn laatste woorden waren: ‘Maak nooit ruzie’.” Vandaar ook de verwijzing naar het liedje ‘Toveren’ van Herman van Veen, bovenaan het overlijdensbericht. “Het is een nummer dat papa vaak heeft gebruikt tijdens ons leven”, zegt Julie. “Hij speelde het onder meer af tijdens feesten van de kleinkinderen, terwijl hij een act deed. De tekst van het lied paste perfect bij hem: Als hij kon toveren / Dan hielden alle mensen van elkaar.”