“Carrière bestaat uit vallen en opstaan”
Dag Jasper! Donderdagnacht zagen we je zwaar crashen. Er kwam abrupt een einde aan jouw Amerikaanse droom.
“Die droom is inderdaad uitgedraaid op een domper.”
Wat herinner je je nog van die val?
“Dat ik links van mijn ploeggenoot zat en het peloton op vier kilometer van de finish plots een zwieper naar links maakte. Daardoor kon ik geen kant meer uit, raakte ik het achterwiel van mijn ploeggenoot en smakte ik tegen het asfalt. Ik zat op het verkeerde moment op de verkeerde plaats.”
De averij leek aanvankelijk groot.
“Toen ik opstond, dacht ik nog dat het meeviel. Tot ik die diepe wonde in mijn rechterarm zag. Daar zat een serieus putteke in. De ploegdokter vreesde voor een openarmbreuk. Ik wilde echter weer de fiets op. Maar dat leek onze doc geen goed idee. Dus ben ik met hem meegegaan naar het ziekenhuis. Volgens de röntgenfoto’s was er geen bot geraakt. Na een paar hechtingen mocht ik beschikken. Over tien dagen mogen de draadjes er weer uit.”
Niet ideaal met Parijs-Roubaix voor beloften (op 27 mei) in aantocht.
“Klopt. Voorlopig is het afwachten of die wedstrijd haalbaar is. Alle wonden zullen goed moeten worden afgedekt, want op weg naar Roubaix durft het wel eens te stoffen. Maar er kleeft ook een voordeel aan het nadeel.”
Namelijk?
“Dat ik nu twee dagen eerder naar huis kan. Daardoor zal de jetlag ook twee dagen vroeger uit mijn lijf zijn.”
Niet te veel pijn gehad de nacht na de val?
“De ploegdokter heeft me een pijnstiller gegeven, dus dat viel wel mee. Het achterlaten van mijn ploegmaats en het verlaten van de wedstrijd deed nog het meeste pijn. Ik weet nu: een wielercarrière bestaat uit vallen en weer opstaan. Als de lijn alleen maar omhoog zou gaan, zou het al te gemakkelijk zijn, nietwaar?”