Jonge generatie drukt zijn stempel
Sacoor, Crestan en Vanderelst plaatsen zich voor EK in Berlijn
Op de IFAM in Oordegem hebben zich zaterdag opnieuw drie Belgen gekwalificeerd voor het EK in Berlijn. Opvallend detail: met Jonathan Sacoor (18), Eliott Crestan (19) en Elise Vanderelst (20) waren het drie grote beloften van de Belgische atletiek die de klus klaarden.
Jonathan Sacoor, nog altijd maar junior en in geen tijd een vaste waarde geworden bij de nationale aflossingsploeg 4x400m, bleef in de 400m met 46.07 ruim onder het U23-minimum (46.70) voor EKkwalificatie. In Berlijn focust hij vooral op de estafetten, op het WK voor juniors in Tampere (10 tot 15 juli) gaat de Vlaams-Brabander voluit zijn eigen kans in de individuele baanronde. In de dubbele baanronde pakte Eliott Crestan uit met 1.47.18. Niet alleen ruim één seconde sneller dan zijn vorig pr (1.48.31), maar ook stevig onder de EK-limiet (1.47.60). Crestan, die bij Namen aangesloten is, onttroont zo Neerpeltenaar Martijn Scheepers als Belgisch recordhouder (1.47.42 in 2011) bij de junioren. Elise Vanderelst vloerde in de 1500m o.m. Renée Eykens en Sofie Van Accom en plaatste zich met 4.09.31 – amper één seconde boven het 35 jaar oude Belgische beloftenrecord van Betty Vansteenbroeck – eveneens voor het EK in Berlijn. Soufiane Bouchikhi, die eerder al een EK-ticket 10.000m had binnengehaald, kraakte in 13.29.11 ook het minimum in de 5000m. Van de andere gevestigde waarden strandde Robin Vanderbemden in de 200m met 20.63 op één honderdste van het EK. Hanne Claes bleef in de 400m horden met 56.76 amper 8 honderdsten boven het minimum. Claes zette met het heropgestarte estafetteteam 4x400m ook een hele snelle 3.31.39 op de klok, goed voor de tweede beste Belgische tijd ooit.
Limburgers
De Limburgse delegatie in Oordegem was eerder beperkt. Een aantal van hen keerde met een persoonlijk record naar huis terug. Dat was het geval voor o.m. Britt Grossard (12.25, 100m), Anissa Berings (25.87, 200m), Bart Boutsen (50.77, 400m), Kobe Claes (51.57, 400m), Matthias Janssen (1.55.06, 800m), Wim Beckers (1.56.31, 800m), Jorne Vanherck (1.55.06, 800m), Sofie Serre (2.19.44, 800m), Eline Claeys (60.73, 400m horden) en Arne Agten (3.53.45, 1500m). Rani Rosius flitste met het nationale team 4x100m naar 45.75, goed voor de tweede Belgische chrono ooit.