Tijd voor iets anders
Van sommige dingen moet je gewoon kunnen aanvaarden dat ze nooit meer terugkomen. De audiocassette, Jazz Bilzen, zwart-wittelevisie, de floppydisk, Spel zonder Grenzen, de Belgische Frank, telefoons met een draaischijf, de Tamagotchi of videotheken… allemaal dingen die niet meer van deze tijd zijn en waarvan we probleemloos afscheid genomen hebben. Het Limburgse politieke topoverleg is iets gelijkaardigs. In de laatste decennia van de vorige eeuw maakten de drie grote klassieke politieke partijen er een gewoonte van regelmatig de koppen bij elkaar te steken, om te overleggen over belangrijke Limburgse dossiers. Dossiers zoals de Noord-Zuid, intercommunales, SALK of LRM. Destijds zorgde dat voor eensgezindheid en maakte men daadwerkelijk een verschil voor Limburg. In feite was het een Limburgs Poupehan, naar het voorbeeld van het Ardeens dorpje waar ooit premier Martens, zijn kabinetschef Verplaetse, een vakbondsbaas en een bevriend bankier beslisten om de Belgische Frank te devalueren. Ook het Limburgs overleg was achterkamertjespolitiek pur sang, maar wel een die tot goede resultaten leidde. Maar al langer dan vandaag stelt men vast dat die formule uitgewerkt is. En dat het misschien ‘zo’ niet meer werkt. Zelfs het toevoegen van N-VA aan de drie klassieke partijen liet de motor niet opnieuw aanslaan. Misschien is zo’n ‘politiek topoverleg’ gewoon niet meer van deze tijd? Maar in plaats van vooruit te gaan en nieuwe formules aan te boren, blijft men maar proberen om dit oude lijk te reanimeren. En wordt de frustratie dat het niet meer werkt alsmaar groter. Alle mond-opmondbeademing ten spijt, moet men op een bepaald ogenblik durven erkennen dat er een nieuwe vorm van overleg nodig is. Een benadering die rekening houdt met het feit dat macht en impact tegenwoordig niet meer het monopolie van de politiek is. En dat die politiek intern op veel te gespannen voet leeft om nog op haar eentje tot iets te komen. Als Limburg op een krachtige wijze zijn stem wil laten horen, kan dat best door een breder veld voor dit topoverleg te mobiliseren. Door breder te gaan, over de partijgrenzen heen, maar door ook werknemersverenigingen, werkgeversorganisaties en de academische wereld te betrekken. Met een duur woord noemt men dat ‘een triple helix aanpak’. Een groep van een tiental topbeslissers, die bereid zijn om hun nek uit te steken en hun achterban te overstijgen in dossiers die essentieel zijn voor Limburg. En waar gerust wat meer transparantie mag heersen dan bij dat stokoude Limburgse politieke overleg. Soms moet je aanvaarden dat bepaalde dingen nooit meer terugkomen, en moet je durven kiezen voor een nieuwe weg.
Het Limburgse politieke topoverleg is morsdood. Het is tijd voor iets anders