Broer neergestoken met mes vastgeplakt aan handschoen
Openbaar Ministerie vraagt acht jaar cel
Het Openbaar Ministerie heeft gisteren acht jaar cel gevorderd tegen een 36-jarige man die op 5 februari met een mes zijn broer net onder de ribbenkast stak. Met levensbedreigende verwondingen belandde het 39-jarige Houthalense slachtoffer in het ziekenhuis. Vandaag is de man aan de beterhand. Hij tekende gisteren present in de rechtbank, in werkbroek. De verdachte ontkent de steekpartij niet, maar claimt dat hij nooit de bedoeling had om zijn broer te doden.
De feiten speelden zich dit jaar af in de ouderlijke woning in de Ahornstraat in de Houthalense wijk Meulenberg. Samen met zijn broer was de verdachte de keuken aan het renoveren van zijn ouders die op vakantie waren in Marokko. Er ontstond een discussie waarbij het slachtoffer zijn broer bestempelde als een junkie. Volgens het Openbaar Ministerie liep de dader daarop naar zijn schoonzus met de melding dat ze haar man moest bellen om tussen te komen. Ook zou hij geroepen hebben dat hij zijn broer zou mollen.
Niet veel later ontstond de vechtpartij. De betichte had volgens de procureur een handschoen aan met daarin een met plakband vastgebonden keukenmes. Hij haalde een keer uit. Een diepe snijwonde van 3 centimeter breed was het gevolg. Een long werd geraakt, de maag was geperforeerd plus ook de alvleesklier en de milt liepen averij op.
“Puur om te doden”
Een intussen opgetrommelde andere broer bracht het slachtoffer naar het ziekenhuis in HeusdenZolder. Het gebruikte mes werd nooit teruggevonden. Poging tot moord met voorbedachten rade, oordeelde de procureur. “U komt terug, blijkt uit verschillende ver- klaringen, en als we zien waar u stak, was dat puur om uw broer te doden.”
Molotov
Bij de bepaling van de strafmaat hield de procureur ook rekening met het gerechtelijke verleden van de man. Zo was hij onder meer betrokken bij het werpen van een molotovcocktail naar een wagen, het rijden onder invloed van drugs, het plegen van een diefstal met geweld en het uiten van bedreigingen. De verdediging vroeg om het misdrijf te herkwalificeren in het toebrengen van opzettelijke slagen en verwondingen. “Er was nooit de intentie tot doden. Bovendien is mijn cliënt nooit weggeweest en dan weer teruggekeerd. Er ontstond een discussie en dan heeft hij iets gegrepen en daarmee zijn broer geraakt. Hoe komt het trouwens dat het mes nooit teruggevonden is?” aldus zijn raadsheer. De advocaat opperde om een straf van vijf jaar cel op te leggen, waarvan de helft met uitstel.
“Dit had nooit mogen gebeuren. Altijd ben ik een goede vader voor mijn vier kinderen geweest. Nooit had ik gedacht dat het zo erg kon zijn”, stamelde de aangehouden verdachte toen hij het laatste woord kreeg. Bij het verlaten van de zaal keek hij met betraande ogen naar het slachtoffer, dat zich geen burgerlijke partij stelt. Vonnis op 25 juni.
Dit had nooit mogen gebeuren. Altijd ben ik een goede vader voor mijn vier kinderen geweest. Nooit had ik gedacht dat het zo erg kon zijn
Beklaagde