“Onze Rafale kan wél Russische luchtverdediging omzeilen”
MONT DE MARSAN/ISTRES - Dassault Aviation nodigde deze week Belgische journalisten uit om hun Rafale en de industrie daarachter te ontdekken. Dat leek rijkelijk laat, maar met het uitstel over een beslissing rond de F-16’s is die timing perfect. “Ons aanbod is veel breder dan dat van de anderen. Het enige wat we nu vragen is dat België met Frankrijk praat. Er is veel mogelijk”, klinkt het. Een vliegbasis in Mont de Marsan, zuidwest-Frankrijk. De Fransen halen alles uit de kast om de superioriteit te bewijzen van de Rafale. Ze doen dat zoals militairen plegen te doen: met de ene briefing na de andere. Luitenant-kolonel Mathieu, de chef van de 30ste wing hier, vindt enig Belgisch dedain voor de huidige versie van de Rafale (de F3) zeer misplaatst: “We zijn met dit toestel compleet operationeel in uiteenlopende missies als Libië, Mali, Polen, Irak, Syrië... Zo hebben we met vier Rafales een operationele vlucht van hieruit gedaan waarbij we 21 doelen boven Mali hebben uitgeschakeld, om tien uur later landen in N’Djamena in Tsjaad. Een geweldige prestatie voor elk gevechtsvliegtuig.”
“Flexibel en snel”
Luitenant-kolonel Emmanuel is chef onderhoud op de basis, die de belangrijkste werkgever in de regio is. Hij benadrukt de flexibiliteit van de Rafale: “Een groot onderhoud doen we zelf, dat moet niet door een firma gebeuren. Daardoor zijn we heel flexibel qua planning. De motor is bovendien speciaal op onze vraag zo ontwikkeld dat we die in één uur tijd uit het vliegtuig kunnen halen. We zijn ook nog eens snel.”
Ook mee in het Franse aanbod: elektronische oorlogsvoering. “Onze Rafale kan in tegenstelling tot de F-16 wél boven Syrië vliegen, kan wél de hoogtechnologische Russische luchtverdedigingssystemen als S-300 en S-400 omzeilen. Onder meer via het reliëf. Dat is al meermaals bewezen. Een Rafale heeft ook systemen aan boord waarmee het vijandige signalen of wapens kan verstoren of jammen”, luidt het.
Dronetechnologie
In Istres, nabij Marseille, heeft Dassault een Flight Test Center inclusief vliegveld. Hier werd de Neuron ontwikkeld, een autonoom vliegende gevechtsdrone. Kostprijs: 400 miljoen euro. De drone werd ontwikkeld door Dassault, in samenwerking met Italië, Spanje, Griekenland en Zwitserland. “Dit was de eerste en succesvolle stap van Frankrijk om kennis over gevechtsdrones op te bouwen”, zegt een woordvoerder van Dassault. “En dan denken we aan FCAS, het toekomstige Europese luchtgevechtssysteem waarin drones een rol zullen spelen.”