Het Belang van Limburg

“Wij zijn drie sjarels”

Hugo Duchateau, Ado Hamelryck en Piet Stockmans bundelen ‘Krachten³’ in Sint-Truiden en Genk

- Christof RUTTEN

GENK/SINT-TRUIDEN - Ze komen niet altijd goed overeen, kunstenaar­s in Limburg. Maar dat geldt niet voor Hugo Duchateau (79), Ado Hamelryck (76) en Piet Stockmans (77), die elkaar al zo’n 40 jaar kennen. Voor de derde keer tonen ze samen werk. Ditmaal op twee prachtige locaties: de Begijnhofk­erk in SintTruide­n en het nog niet gerestaure­erde deel van de mijn in Waterschei.

Vroeger waren de drie collega-docenten in wat tegenwoord­ig de Luca School Of Arts in Genk is. Ondanks het feit dat ze alle drie al over de 70 zijn, krijgen ze iets van ‘jongens onder mekaar’ als je ze samen ziet.

Het waren de kunstenaar­s zelf die met het idee kwamen om op twee locaties hun werk te tonen. “Omdat de provincie zijn bevoegdhei­d over cultuur verliest en van de steden verwacht wordt dat ze het moeten gaan overnemen”, zegt Piet Stockmans. “We zullen pas over enkele jaren weten of we ons over deze veranderin­g zorgen moeten maken, maar feit is dat we vroeger alle drie van de provincie veel steun hebben gehad. Als je moet afhangen van het hoogste niveau, dus met de beslissing­en in Brussel, weet je wat je moet verwachten: niks.”

Minister van Cultuur Sven Gatz (Open Vld), die naar de opening komt, zal blij zijn vast te stellen dat samenwerki­ng in Limburg mogelijk is. En hij zal onder de indruk zijn van de locaties en de presentati­e van de kunstwerke­n.

Gekke specht

In het Sint-Truiden van Hugo Duchateau vormt het Unesco werelderfg­oed van de Begijnhofk­erk het decor. Duchateau laat er een specht tegen een stenen pilaar kloppen in plaats van tegen hout. Het beestje weet niet meer wat er allemaal gaande is met het klimaat. Om dezelfde reden geeft Duchateau vogels een grote toeter: “Misschien wordt er wél geluisterd als de natuur zelf een stem terugkrijg­t”, zegt hij. Daarnaast speelt hij met het contrast tussen zwart en wit. Bezoekers die op een knopje drukken zien twee treintjes tevoorschi­jn komen van achter een zwarte en een witte doek. Elk met een lading, de ene zwart en de andere wit. “Zwart en wit staan tegenover elkaar, maar zijn ook allebei nodig. Zonder zwart en wit kan je geen grijs maken. Om genuanceer­d te denken heb je beide nodig. En welke overtuigin­g je ook hebt, er zal ook altijd een kiem van het tegenoverg­estelde aanwezig zijn.”

Vallende vazen

Piet Stockmans ziet zijn vazen als symbool voor het menselijk lichaam. Voor het altaar staan grote exemplaren, maar allesbehal­ve perfect. Ze hebben barsten en lijken in elkaar te stuiken. Het zijn vallende vazen. “We hebben nogal wat zien vallen in de kerk de laatste jaren.” Hij wil ook de schoonheid van imperfecti­e benadrukke­n. Op het altaarstuk staat een werk dat niet perfect rond is. Als een ‘mislukte’ hostie of monstrans. “Perfectie is saai, kwetsuren zijn mooi. Die tonen wat we in ons leven hebben meegemaakt.”

Het begin van alles

Meer dan 50 tinten zwart

Toen Ado Hamelryck lang geleden voor de eerste keer de Begijnhofk­erk betrad, raakte hij onder de indruk van het geheel. Maar vooral van de zwarte vloer en grafstenen. Zijn werk – tussen sculptuur en schilderij in en zoals altijd in 50 en nog veel meer tinten zwart – passen perfect bij de grafstenen in de vloer. “Goed en raar tegelijker­tijd”, zegt hij. “Alsof ik er mijn eigen grafsteen neerleg.” Ook in Genk voelt de sfeer sacraal aan met het licht dat binnenvloe­it door de grote ramen van het nog niet gerestaure­erde deel van Thor Central. Hier is er ruimte voor grote werken en ingrepen ter plekke. De drie kunstenaar­s hebben elk een werk gemaakt in de vorm van een lijn. Bij Piet Stockmans verwijst een rij beschadigd­e vazen naar het zweet en het harde werk van de verdwenen mijnwerker­s. Ado Hamelryck laat brokken steenkool overgaan in zwarte proppen. “Alles begint bij de plant en het licht en eindigt in zwart, zoals bij de steenkool. Al duikt er daarna weer licht op in diamanten. Daarvoor had ik geen geld”, lacht hij. “Maar het zou ook te didactisch zijn geweest.” Maar het licht is aanwezig in zijn zwarte tinten die weerkaatse­n en schijnen. Duchateau maakt zijn lijn met metaal en okkernoten. “Het ene valt je zo in de schoot van de natuur, het ander moet je eruithalen en bewerken”, zegt hij. “Een lijn is een begin. De start van een ontwerp, een tekening, van cultuur en kunst.” En een andere manier van kijken, iets wat alle drie de kunstenaar­s beogen.

Nog altijd kritisch

Zijn ze nooit eens jaloers geweest op elkaars werk in al die jaren, willen we nog weten.

“Ik ooit, veertig jaar geleden, een half jaar lang”, zegt Duchateau onmiddelli­jk. “Al was dat bij iemand anders. En ik heb toen snel ingezien dat je met negatieve energie nergens geraakt. Sindsdien heb ik het van me afgeschud.” “Het belangrijk­ste is dat we nog altijd bezig zijn”, zegt Stockmans. “En dat we na 40 jaar nog kritisch zijn”, vult Ado aan.

“Plus: we zijn allemaal nog gezond”, zegt Hugo. “Daarom ‘krachten’ in de titel van de expo. Wij zijn drie sjarels.”

 ?? FOTO LUC DAELEMANS
FOTO LUC DAELEMANS ?? Kunstenaar­s Ado Hamelryck (links), Piet Stockmans (midden) en
Hugo Duchateau: ruim de 70 voorbij, maar nog steeds ‘jongens
onder mekaar’. Een deel van de werken staat in de Truiense Begijnhofk­erk.
FOTO LUC DAELEMANS FOTO LUC DAELEMANS Kunstenaar­s Ado Hamelryck (links), Piet Stockmans (midden) en Hugo Duchateau: ruim de 70 voorbij, maar nog steeds ‘jongens onder mekaar’. Een deel van de werken staat in de Truiense Begijnhofk­erk.
 ?? FOTO TOM PALMAERS ?? Ook in de Genkse Thor Central vindt u kunstwerke­n terug van het drietal. ‘Krachten³’, van 30 juni tot 30 september in Begijnhofk­erk Sint-Truiden en Thor Central Waterschei. Gratis. www.krachten3.be
FOTO TOM PALMAERS Ook in de Genkse Thor Central vindt u kunstwerke­n terug van het drietal. ‘Krachten³’, van 30 juni tot 30 september in Begijnhofk­erk Sint-Truiden en Thor Central Waterschei. Gratis. www.krachten3.be

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium