“Langere controlegebieden nodig om rijgedrag aan te passen”
Lotte Van Broeckhoven wint AXA Award voor thesis over trajectcontroles in Vlaanderen
HASSELT - De Vlaamse chauffeur gehoorzaamt de opgelegde snelheid in een trajectcontrolegebied, maar compenseert dat erbuiten. En: de trajectcontroles moeten zo lang mogelijk uitgevoerd worden om de gunstige effecten ervan zo lang mogelijk te behouden. Het zijn twee conclusies van Lotte Van Broeckhoven (22) uit Tessenderlo. Met haar masterproef aan de richting Mobiliteitswetenschappen (UHasselt) won ze een AXA Award. Ook twee andere studenten in haar studierichting werden voor hun thesis bekroond met dezelfde prijs.
Het invoeren van trajectcontroles is een van de speerpunten in het beleid van Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts. “Om de locaties te bepalen die in aanmerking komen voor een trajectcontrole hanteren Vlaanderen en het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) een methodiek die gebaseerd is op snelheidsgegevens en ongevallencijfers. Voor mijn thesis heb ik die werkwijze verfijnd”, zegt Lotte Van Broeckhoven. “Hoe? Door rekening te houden met reeds bestaande methodieken uit andere Europese landen en omgevingsfactoren. Het heeft weinig zin om een trajectcontrole te installeren op een wegsegment van 400 meter. In Nederland is de minimumafstand voor trajectcontrole vastgesteld op 1.500 meter. Dat is ook het advies in mijn masterproef.”
Kangoeroe-effect
Van Broeckhoven vindt dat beleidsmakers bij de inplanting van een trajectcontrole ook naar toekomstige infrastructurele wijzigingen moeten kijken. “Als er volgend jaar op een gewestweg een rotonde wordt aangelegd, heeft het weinig zin om daar nu nog een trajectcontrole te gaan installeren.”
Een andere conclusie van de masterproef is dat chauffeurs buiten een trajectcontrolegebied sneller rijden dan in het trajectcontrolegebied. “Dit fenomeen kan vergeleken worden met het kangoeroeeffect: op plaatsen waar chauffeurs een snelheidscamera weten staan, wordt er eerst vertraagd en vervolgens weer versneld eenmaal buiten het bereik van de snelheidscamera. Hetzelfde rijgedrag zien we bij trajectcontroles.”
Rijgedrag aanpassen
Van Broeckhoven onderzocht vier Vlaamse gewestwegen in twee rijrichtingen: in Grobbendonk (N13), Wijnegem (N12), Geel (N126) en Brasschaat (N117). Om te berekenen hoe snel automobilisten rijden binnen en buiten het trajectcontrolegebied, maakte de studente gebruik van Floating Car Data, gegevens die gespecialiseerde bedrijven verzamelen via de gps-systemen van de wagens. “Trajectcontroles hebben een grote invloed op het rijgedrag. In het controlegebied ligt het aantal overtredingen op minder dan 1%. Maar daarbuiten wordt in 6 van de 8 gevallen harder gereden. In sommige gevallen zelfs nog harder dan de toegelaten snelheid op die plaats. Een oplossing is om de trajectcontrole over zo’n lang mogelijke afstand uit te strekken. Of, wanneer dit niet mogelijk is door een rotonde of verkeersregelinstallatie, om de technologie te plaatsen op vergelijkbare wegvakken. Op die manier zal de automobilist zijn rijgedrag aanpassen over een langere afstand waardoor de positieve effecten van de trajectcontrole langer behouden blijven.”
Extra laureaten
Lotte Van Broeckhoven is niet de enige afgestudeerde die met haar masterproef in de prijzen viel. Ook twee collega-studenten aan de UHasselt, Damian Robinson en Mathy de Backer, kregen een AXA Award 2018 mee naar huis. Robinson onderzocht het concept Mobility as a Service waarbij personen geen eigen vervoermiddel meer hebben, maar gebruikmaken van een uitgebreide mobiliteitsdienst die compatibel is met het openbaar vervoer. De Backer onderzocht de voor- en nadelen van een systeem dat een auto niet laat starten als de veiligheidsgordels niet vastgeklikt zijn.