32.000 euro boete na heisa over kinderarbeid op Italiaanse Dag
TONGEREN - De Tongerse garagehouder Robert Botta is veroordeeld tot het betalen van een boete van 32.000 euro, waarvan 24.000 euro effectief, na de heisa over kinderarbeid die er was op de Italiaanse Dag in Tongeren. Het tumult ontstond op 7 mei vorig jaar op de Graanmarkt toen de Sociale Inspectie zijn 10-jarig zoontje, dat aan het helpen was bij de opbouw van de stand, wou controleren. Hiervoor zijn de 47-jarige garagist en zijn nv niet veroordeeld in de Tongerse correctionele rechtbank, maar wel voor het verhinderen van de controle, en omdat een vierde persoon er in het zwart werkte. “Wij gaan in beroep”, zegt zijn advocaat Patrick Leenders.
Deze zaak, en de controle op de kinderarbeid in het bijzonder, haalde vorig jaar zelfs het parlement, waar staatssecretaris Philippe De Backer (Open Vld) zich moest verdedigen omdat hij er zich scherp over uitgelaten had. De aantijging voor kinderarbeid omdat Botta’s zoon een koord had opgehangen en drank in de koelkast had gelegd, verdween uiteindelijk in de vuilnisbak. Wel achtte de rechter hem schuldig aan het tewerkstellen van een persoon zonder er aangifte van te doen. “Wij weten nog altijd niet wie de controleurs bedoelen. Voor hetzelfde geld ging het over een voorbijganger. Mijn cliënt was op dat moment zelf niet ter plekke”, zegt Leenders. Daarnaast is Botta ook schuldig bevonden aan het belemmeren van het onderzoek. Toen de inspecteurs naar de papieren van zijn zoon vroegen, werd de man kwaad. Hij begon te bonken op een partytafel, weigerde zijn btw-nummer te geven en was verbaal agressief. Een kaft met inspectiepapieren viel op de grond en Botta duwde de tafel tegen een controleur. De arbeidsinspecteurs dropen vervolgens af zonder de controle te voltooien. “Mijn cliënt heeft spijt van de zaak en had nooit kwaad mogen worden. Jammer genoeg is deze zaak vanaf dag één opgeblazen”, verduidelijkt Leenders. Aan de Belgische Staat en aan een inspectrice moet Botta, die niet bereikbaar was voor commentaar, 2.664 euro betalen. “De feiten zijn maatschappelijk verwerpelijk en geven blijk van gebrek aan respect voor de sociale regelgeving”, aldus het vonnis.