Zeventig jaar muziek in het dorp
Het deed Jan Schabon veel pijn dat hij de laatste jaren van zijn leven niet meer kon meespelen met de harmonie. Op zijn twaalfde werd hij lid, zelden miste hij een repetitie of een optreden. Gehoorproblemen deden hem afhaken, spelen in groep ging niet meer. Dus oefende hij thuis, twee keer een half uur per dag, vastbesloten om ooit nog terug te keren.
Zijn overlijdensbericht vermeldt dat hij lid was van de koninklijke Harmonie De Voortgang Sint-Cecilia in Neeroeteren. En dat hij houder was van twee eretekens: de zilveren medaille van de Orde van Leopold II en de zilveren medaille van de Kroonorde, allebei voor zijn verdienste als muzikant in het sociaal-cultureel werk. Jan Schabon was niet zomaar een spelend lid van de harmonie. In zekere wàs Jan Schabon de harmonie.
“Zeventig jaar is papa lid geweest”, verklaart zijn dochter Elvire Schabon. “Normaal zou hij daar afgelopen november voor gedecoreerd worden, tijdens de Sint-Ceciliafeesten, maar dat is uitgesteld omwille van zijn wankele gezondheid. Pas op zijn afscheidsviering, tijdens de avondwake, heeft hij zijn eretekens postuum ontvangen.”
Familiespil
Het lijkt iets van lang vervlogen tijden en het is precies dat: de harmonie bepaalde het ritme van Jans leven. “Het waren niet alleen de repetities en de concerten”, zegt Elvire. “Papa was ook lid van de blaaskapel en was aanwezig op elke papierslag en elk mosselfestijn die ten voordele van Sint-Cecilia werden georganiseerd. Zijn sociale leven draaide volledig rond de harmonie: hij nam er zijn vijf kinderen mee naartoe, ging naar de muziekschool, hield er zijn weekenden voor vrij. Als er een zondag geen harmonie was, dan wist hij niet goed wat te doen.” Dat de harmonie een gezinsactiviteit was, had Jan van thuis uit meegekregen. Zijn vader was er bestuurslid en nam Jan vanaf zijn twaalfde mee. Met vier broers waren ze lid, weet Elvire. “Papa is gestart op de bugel, maar later hij is overgestapt naar het eufonium, de tenortuba. Hij is naar de muziekschool in Eisden geweest, waar hij les kreeg van Maurice Delporte (die vorig jaar overleed en eveneens in deze rubriek figureerde, red.). Hij maakte ook deel uit van de samenspelklas van de academie in Maaseik.”
In die samenspelklas zat Jan samen met zijn kinderen. “Dat was plezant”, herinnert Elvire zich. “Mijn twee broers speelden trompet, mijn jongste zus basklarinet en mijn oudste zus en ik fagot. Vaak oefenden we thuis, in de meisjesslaapkamer, waar we ook de stukken van de harmonie instudeerden.”
En zoals dat gaat met familietradities, bouwden ook Jans kinderen hun leven uit rond de harmonie. Elvire trouwde met de zoon van de toenmalige dirigent, die vandaag de harmonie dirigeert. Haar oudste zus trouwde met een hoornist van de harmonie, die nu voorzitter is. Haar oudste broer trad in het huwelijk met een fluitiste.
Van de negen kleinkinderen bespelen er zes een instrument en zijn er vier lid van de harmonie.
Elvire, die met haar gezin in het Antwerpse Zandhoven neerstreek, komt nog elke zondag naar Neeroeteren om mee te spelen. “Mijn zoon speelt piano, maar hij overweegt over te stappen naar een ander instrument omdat hij anders niet naar de harmonie kan komen. De harmonie is nog altijd de spil van onze familie.”
Gouden medaille
Jan werkte het grootste deel van zijn leven bij het groenten- en fruitverwerkend bedrijf Noliko in Bree, waar hij ploegbaas was tijdens de nachtdienst. Voordien was hij aan de slag in de mijn van Eisden. “Daar leerde hij hoe belangrijk samenhorigheid is”, zegt Elvire. “Het idee dat je er voor elkaar was, bracht papa ook in de praktijk in het verenigingsleven. Zelden sloeg hij een repetitie over en met veel plezier nam hij deel aan de concerten, waarvan er vroeger zo’n vijftig per jaar plaatsvonden, zowel op zaterdag als op zondag. Dan was het eerst repetitie, snel naar huis om iets te eten om daarna naar het concert vertrekken.”
Die concerten vonden plaats in en rond het dorp. “Vroeger kon er in de buurt geen tent staan, of de harmonie moest er spelen”, zegt Elvire. “De harmonie trok door de straten, moest gezien worden. Vandaag organiseren we concerten waar alleen geïnteresseerden naartoe komen. De omstandigheden zijn ook veranderd: we willen graag een fatsoenlijke zaal waarin de muziek goed klinkt.”
En klinken, dat doet de harmonie van Neeroeteren. Want behalve de concerten zijn er ook de concoursen waarop de muziekvereniging steevast goed presteert. “In onze glorietijd in de jaren tachtig en negentig speelden we in de superieure afdeling van Fedekam (de vroegere benaming voor Vlamo, de Vlaamse Amateurmuziekorganisatie, die ondersteuning biedt aan amateurmuzikanten en -verenigingen, red.)”, zegt Elvire. “Papa was erbij toen we begin jaren tachtig in Antwerpen een gouden medaille haalden.”
Bach en Verdi
Jan was een stille, teruggetrokken man wiens leven zich afspeelde rond de kerktoren – en dat vond hij prima zo. Dat één van zijn dochters naar de provincie Antwerpen verhuisde, kon hij eerst niet goed begrijpen, net zoals hij het er moeilijk mee had toen één van zijn kleinkinderen naar de de Verenigde Staten verhuisde. “Papa had zijn familie graag dicht bij zich”, aldus Elvire. Op vakantie gaan deden de Schabons niet, tenzij met de harmonie. “Ik herinner me een driedaagse in Duitsland, waar we naartoe trokken voor een concert. Later zijn we met de familie wel op vakantie geweest naar Oostenrijk, maar toen waren er al kleinkinderen.” Uiteraard stond het afscheid van Jan in het teken van de muziek. De harmonie luisterde de avondwake op, een hoorntrio speelde tijdens de uitvaart in familiale kring. Er klonk een aria van Bach en muziek uit La Traviata van Verdi, Jans lievelingsmuziek. “De laatste jaren had hij nog muziek gemaakt, maar in groep spelen, dat lukte niet meer door gehoorproblemen”, zegt Elvire. Dus oefende Jan thuis, twee keer een half uur per dag, vastbesloten om ooit nog terug te keren.