Beter dan dat van mij”
Hoe vielen de gesprekken met Eusebio Unzué mee? Hij is een instituut in Spanje.
“Nog voor ik tekende, wou hij mij al eens ontmoeten. Hij wou Jorge Roelandts leren kennen. Ik hield een goed gevoel over aan het gesprek. Zeer rustig, tranquilo. Unzué zit ook al veertig jaar in het wielrennen. Hij zei dat ik na de voorjaarsklassiekers de taak zal krijgen om in het rondewerk kopmannen als Quintana en Landa uit de gevarenzone te houden tijdens de vlakke ritten. Achter mij zitten die mannen goed uit de wind.”
Ken je hen?
“Neen. Ze rijden ook een totaal andere programma.”
Ze spreken ook een totaal andere taal. Volgens jouw manager is je Spaans beperkt tot vlot ‘dos cervezas’ bestellen.
“Dat valt wel mee. Ik ben al twee jaar Spaans aan het leren via zelfstudie. De vader van mijn vrouw Agnes is een Spanjaard. Hij is destijds van Asturië overgekomen om hier werk te zoeken. Agnes praat Spaans met onze driejarige zoon Arton. Ik kan dus niet achterblijven. Ik begrijp het al goed en kan mij ook al redelijk expliqueren. Al kan Arton wel beter Spaans dan ik. Hij gaat naar een Nederlandstalige school en praat ook enkel Nederlands met mij. Maar als ik vier weken naar de Giro ben, wordt er hier thuis enkel Spaans gepraat. Die achterstand kan ik nooit inhalen door op het vliegtuig wat Spaanse woordjes aan te leren. Ik heb een paar maanden geleden geprobeerd om de tv-serie La Casa de Papel in het Spaans te volgen. Het ging te snel. Spanjaarden slikken hun woorden vaak in. Op de tijd dat wij één woord uitspreken, hebben zij er al drie gezegd. Ik probeer het binnen een maand opnieuw.”
Het zal ook moeten. De teammeetings verlopen blijkbaar uitsluitend in het Spaans.
“Dat lukt wel. Ik heb nog een paar maanden tijd om goed te blokken. Die taal aanleren, maakt de uitdaging voor mij nog groter.”
We gaan je toch eens testen. Hoe zeg je: “Jongens, je moet op de kasseistrook van de Muur van Geraardsbergen vooraan zitten”?
“Goh... Jongens, hoe zeg je dat weeral? Ahja! Amigos. En kasseien? Dat weet ik al niet... Bon: Amigos, a la carretera de Geraardsbergen, adelante! Zoiets? Er is nog werk aan, maar ze zullen mij wel verstaan. Mag ik dat boekje Spaans voor Dummies misschien even lenen voor tijdens de komende Ronde van Duitsland?”