Koninklijke familie op vakantie in Armenië
Wijn lokt koningspaar naar onbekend vakantieland
BRUSSEL - Ze gaan doorgaans op reis naar populaire vakantiebestemmingen als Frankrijk of Zwitserland. Maar koning Filip en zijn gezin hebben nu ook Armenië ontdekt: een van de armste landen van de Kaukasus. Wat hen overtuigde? Kloosters en kathedralen. En wijn.
De vakantie van koning Filip, koningin Mathilde en hun vier kinderen is groot nieuws in de Armeense kranten en ook het tv-journaal heeft er al aandacht aan besteed. Hoewel geen enkele officiële instantie details wil geven over de privéreis, hebben lokale journalisten achterhaald dat de familie er tien dagen verblijft.
Het gezin is met twee verschillende vluchten aangekomen, want de koning en zijn troonopvolger mogen volgens het protocol niet met hetzelfde vliegtuig reizen. Ze logeren in het luxueuze Grand Hotel in de hoofdstad Jerevan. Vandaaruit vertrekken Filip en co. op toeristische uitstappen, vooral naar kloosters en kerken. Armenië verhief rond 301 het christendom als eerste land tot staatsgodsdienst, zo leerden de religieuze royals.
Koning Filip, die zoals elke zomer ook al een familievakantie heeft gevierd op het Franse eiland Île d’Yeu, heeft met Armenië een verrassende vakantiebestemming gekozen. De voormalige Sovjetrepubliek is een van de meest geïsoleerde landen van de Kaukasus. Het kijkt op naar grote broer Rusland, terwijl de grenzen met buurlanden en aartsvijanden Turkije en Azerbeidzjan zijn gesloten. Er zijn geen officiële cijfers van hoeveel Belgen op vakantie gaan naar Armenië, maar hun aantal zou met moeite de duizend per jaar overschrijden. Pas sinds vorig jaar zijn er voor het eerst rechtstreekse vluchten vanuit België naar Jerevan: Brussels Airlines legt er één - en in de zomervakantie twee - per week in.
Een opkomend wijnland
De koning en zijn gezin zouden volgens Armeense media onder de indruk zijn van de gastvrijheid van de lokale bevolking. En van het eten én de wijn. Filip en zijn familie waren te gast bij een van de grootste wijnproducenten van het land, Armas. Tijdens hun vijf uur durend bezoek zouden ze verschillende flessen hebben geproefd. Armenië is een opkomend wijnland, aldus kenner Alain Bloeykens. “Het wordt, samen met buurland Georgië, gezien als bakermat van de wijn. De eerste sporen gaan terug tot 6.000 jaar geleden. Toch duiken pas sinds een jaar of twee, drie de eerste Armeense wijnen op in onze rekken. Wat hen zo apart van smaak maakt: producenten gebruiken enerzijds eigen druivenrassen die uitsluitend daar te vinden zijn, en anderzijds hebben ze dankzij investeringen internationale rassen geïmporteerd, zoals chardonnay en syrah. Ze kunnen die blenden en zo een vernieuwend aanbod brengen, wat Armas bewijst. Maar maak je geen illusies: het marktaandeel van Armeense wijnen in België bedraagt nul komma nul en dan een cijfer. Maar je voelt dat er iets leeft en beweegt.”