Afghanen
Het is uitkijken naar een ontmoeting tussen Theo Francken en de Italiaanse minister van Binnenlandse Zaken Matteo Salvini. Nochtans mannen die vaak op dezelfde lijn zitten. Ze zijn rechts, ze zeggen elke dag wel iets waar een half land op reageert, ze zijn populair. Ze zouden dus maatjes moeten zijn. Maar nu Francken in ‘Ter Zake’ ook duidelijk gezegd heeft dat hij niet van plan is om bootvluchtelingen uit Italië op te nemen, zit er – vroeg of laat – toch een ferme clash aan te komen. Dan blijkt dat gelijklopende ideologieën in de praktijk toch botsen en dat het ieder voor eigen kiezer is. De Italianen willen dat de vluchtelingen en migranten worden verdeeld over Europa, maar die onderhandelingen zijn op niets uitgedraaid. Die boot is trouwens van de Italiaanse kustwacht. Dus het verhaal over ngo-boten die migranten aantrekken, gaat hier niet op. Een redenering die zowel Salvini als Francken volgt.
Het hele migratiedebat is verziekt door politieke profilering. Wie luid roept dat migranten moeten wegblijven, scoort politiek. Maar tussen theorie – we sluiten de buitengrenzen van Europa – en praktijk, zit veel water. Veel verstandige en haalbare oplossingen hoor je tussen dat gebrul dan ook niet. De instroom van asielzoekers is in juli wel gestegen in vergelijking met de voorbije twee jaar, over het algemeen zijn de cijfers stabiel en hebben we dus niet meer zoveel opvang nodig als in piekjaar 2015. Het asielcentrum van Helchteren – een van de grootste van het land – sluit eind september. In de drie jaar dat het open was, hebben er mensen van 71 verschillende nationaliteiten gewoond. De groep Afghanen was veruit het grootst. Ongeveer de helft van de Afghanen heeft kans op asiel. Maar dat betekent dus ook dat de andere helft dat niet heeft. De procedures voor de asielzoekers uit 2015 zijn zo stilaan aan het aflopen. Maar waar zijn die duizenden Afghanen die geen bescherming kregen naartoe? In elk geval niet naar Afghanistan, leren we uit de cijfers. Vorig jaar zijn er 30 teruggestuurd en 57 vrijwillig teruggekeerd. “Niemand gaat terug naar Afghanistan”, zegt de jonge welbespraakte Afghaan Muheb die verderop in deze krant zijn hartverscheurende verhaal vertelt. Hij leeft op straat. Als zijn allerlaatste kans op erkenning niet lukt, probeert hij het in een ander land. Hij is niet de enige die rondreist op zoek naar papieren. Normaal gezien kan je in een ander land niet nog eens een procedure starten, maar er zijn ook verhalen van mensen die daar wel in slagen. Intussen krijgen we een parallelle samenleving met overal mensen zonder papieren die op een of andere manier overleven en die – ondanks politieke grootspraak – in de praktijk niet terug te sturen vallen.
Waar zijn die duizenden Afghanen die geen bescherming kregen naartoe? In elk geval niet naar Afghanistan leren we uit de cijfers. Vorig jaar zijn er 30 teruggestuurd en 57 vrijwillig teruggekeerd