Genkse regisseur op zijn 42ste bezig aan comeback in peloton
Genkse regisseur Kenneth Mercken (42) is in Overijse de nestor van het peloton
In 2000 fietste hij nog naar de Belgische driekleur bij de elite zonder contract. Achttien jaar en een korte profcarrière later maakt de 42-jarige Genkenaar Kenneth Mercken opnieuw deel uit van het (prof)peloton. In zijn achterzak steekt intussen een afgewerkte langspeelfilm, ‘Coureur’, die in oktober in wereldpremière gaat op het Filmfestival van Gent. “Het is frappant hoe snel je weer deel uitmaakt van de wielerwereld”, verbaast de cineast zich over zijn opmerkelijke rentree, die vandaag een vervolg krijgt in de Druivenkoers.
“Elfde”, antwoordt Mercken onmiddellijk wanneer we hem de vraag stellen of al eerder deelnam aan de klimkoers in en rond Overijse. “Ik eindigde er als belofte, in een shirtje van Eycken Meubelen, elfde in 1999. Dat resultaat heb ik altijd onthouden. Als broekje deelnemen tussen de profs en net buiten de top tien eindigen, dat vergeet je niet licht.”
Als belofte in Italiaanse loondienst ontdekte Mercken dat zijn lichaam niet geschikt was voor de slopende sport (lees: zijn lichaam reageerde niet zoals gewenst op epo-gebruik, nvdr). Mercken keerde daarop zijn jongensdroom de rug toe en ging film studeren. In 2012 studeerde Kenneth af aan het RITCS met zijn kortfilm ‘The Letter’, waarmee hij onmiddellijk de VAF Wildcard in de wacht sleepte. Dik zes jaar later gaat zijn langspeeldebuut eindelijk in wereldpremière. Om zijn hoofd na al het filmen en afwerken weer vrij te maken, begon Mercken opnieuw te koersen. Dat resulteerde in april van dit jaar zowaar in de toetreding tot het Oekraïense Lviv Cycling Team.
“Ik kwam er terecht via een Wit-Russische vriend die ik al jarenlang ken”, legt de Genkenaar zijn teamkeuze uit. “Vorig
Kenneth MERCKEN jaar trok hij al aan mijn mouw om me ergens onderdak te bieden. Maar ik hield de boot af. Waarom zou ik godsnaam opnieuw gaan koersen bij een continentale ploeg? Daarvoor was ik toch te oud en beschikte ik over te weinig tijd? In mei-juni 2017 was ik nog volop bezig met de opnames voor mijn langspeeldebuut ‘Coureur’, maar naarmate de afwerking vorderde, begon de koersmicrobe opnieuw de kop op te steken. In die mate zelfs dat ik hervatte bij de masters. Ik koerste tegen mannen van mijn leeftijd en wist op korte tijd enkele wedstrijden te winnen. Meteen daarna heb ik mijn WitRussische vriend dan toch maar teruggebeld. Hij wist nog wel een plekje voor me…”
Win-winsituatie
Dat Mercken nu de zwart-geel- blauwe kleuren van Lviv verdedigt, is niet geheel toevallig. “Twee hoofdrolspelers uit ‘Coureur’ zijn Oekraïens. Eén van hen reikte me het idee aan voor mijn volgende film, die zich nog maar in de schrijffase bevindt. Die prent zal niet over wielrennen handelen, maar zal zich wel deels in Oekraïne afspelen. Door deel uit te maken van een Oekraïens wielerteam kan ik nu makkelijker research doen voor de opvolger van ‘Coureur’. Zij zijn dan weer verheugd dat ze een Belgische renner aan boord hebben, wat deuren opent om wildcards te verzilveren. De komende drie à vier weken zal Lviv Cycling Team dan ook actief zijn in het kermiskoersencircuit op Belgische wegen. Je kan dus spreken van een win-winsituatie tussen het team en mij.” Sinds zijn rentree reed Mercken veelal op buitenlandse wegen. In Hongarije, Oekraïne, tot zelfs in China toe. In juli nam hij immers deel aan de Tour of Qinghai Lake. “Een aparte ervaring”, oordeelt de nu in Ukkel residerende Genkenaar. “We kwamen er pas daags voor de openingsetappe toe terwijl sommige teams al een maand ter plekke waren. Uiteraard waren zij beter aan de hoogte (3.000 meter, nvdr) aangepast dan wij. Bovendien was ik de zwaarste renner van het lot met mijn 82 kilo droog aan de haak. In de vlakke ritten wist ik me nog vooraan te plaatsen. Eenmaal het bergop ging, zag ik echter sterretjes. Na een zware valpartij stapte ik uiteindelijk uit koers.”
Adrenaline
Trainen deed Mercken deze zomer niet al te veel.
“Ik ben op vakantie geweest en dan bedoel ik ook vakantie. Ik heb het er echt van genomen. Logisch ook, ik rij rond met een andere benadering dan vroeger. Ik hoef niet te leven van mijn sport en koester uiteraard geen brandende ambitie meer om mijn profdroom waar te maken. Genieten van mijn sport, staat nu voorop. Neem nu de Druivenkoers: ik zie wel waar het schip vandaag strandt. Uiteraard zal ik onderweg mijn stinkende best doen voor mijn talentrijke ploegmaats. Als ik zelf de finish haal, beschouw ik dat als een mooi extraatje.” Kenneth staat er zelf van te kijken hoe snel hij weer deel uitmaakt van zijn oude milieu.
“Niet te doen, echt frappant! Het enige verschil met vroeger is de hardheid van de stiel. Ik heb de indruk dat het er in het peloton nóg harder aan toegaat dan vroeger. Er wordt alleszins meer gevallen dan weleer. Al vind ik dat ook weer mooi. Zelfs voor de vijftigste plaats wordt er in kermiskoersen nog als gek gesprint. Misschien is dat wel het mooiste aspect aan mijn terugkeer: ervaren hoe het voelt om vol adrenaline op een finishboog af te steven met een voltallig peloton. Dat was ik was helemaal vergeten (lacht).”
En hoe zit het met de zuiverheid van de sport? Een thema dat Mercken allerminst uit de weg gaat in zijn debuutfilm. “Eerlijk? Ik heb echt geen idee. Ik hoor nog altijd geruchten dat de sport niet geheel clean is. Maar bewijzen heb ik daar uiteraard niet voor.”
Door voor een Oekraïens team te fietsen kan ik makkelijker research doen voor mijn volgende film en zij kunnen met een Belg in de rangen deuren openen voor wildcards