De hond en de perenboom
We hebben enkele verontrustende dagen achter de rug. Nog maar pas ontdekten we dat onze oude hond Noola plots niet meer kon staan. Haar optillen hielp niet. Ze bleef liggen. Nadat mijn vrouw bij Noola ging zitten, met haar praatte en haar voorzichtig masseerde, kalmeerde ze. Een poos later kroop ze aarzelend recht.
Mijn oudste herinnerde ons eraan dat hetzelfde een jaar geleden ook al eens gebeurd was, en dat het toen vanzelf goed kwam. De volgende ochtend konden we de dierenarts bellen, nu lieten we Noola met rust. Mijn vrouw heeft altijd gedroomd van een perenboom tegen het huis. Op die plek heeft nog nooit iets goed kunnen groeien. Maar omdat er bij haar ouders ook een perelaar tegen de muur stond, bleef ze aandringen. In de lente bereikten we een compromis, we zouden de perenboom planten, maar op een metertje van de muur, waar de bodem beter is. Afgelopen zondag, vóór het incident met de hond, vertelde ik nog aan vrienden dat onze oude golden retriever binnen enkele dagen zestien zou worden, behoorlijk oud voor het ras.
Ik kan haar verjaardag goed onthouden omdat ze op 11 september geboren is, precies een jaar na ‘9/11’. Ik dacht altijd dat er wat van een terrorist in haar schuilde wanneer ik haar soms tekeer zag gaan.
Voor het eerst heb ik overwogen om haar een verjaardagstaart te geven, een cake van hondenkoek. Maar het leek me toch wat decadent, en wat kan een verjaardag betekenen voor een viervoeter met een ander tijdsbesef dan dat van een mens? Ik maakte ook de bedenking dat een gulzige hap op haar gevorderde leeftijd wel eens slecht kon aflopen. Vanaf de eerste dag kreeg de perelaar alles wat een boom nodig heeft om gelukkig te zijn – zon, goede potgrond, water op tijd en stond, liefde en bewondering van m’n vrouw en mezelf. Uit dankbaarheid schonk hij ons zijn schoonheid en zijn vruchten.
Maar dan sloeg de hittegolf toe. Bijna al zijn bladeren en peren liet hij vallen. Wanneer een vrucht op de grond terechtkwam, werd die onmiddellijk door de honden verslonden.
Onze perenboom leek op sterven na dood. Ik stelde me de vraag of het voor een boom ook geldt dat je hem beter uit zijn lijden kan verlossen. Ik was als eerste op, en zag dat Noola weer niet recht kon. Er zat niets anders op dan de dierenarts te bellen en raad te vragen. De stemming in huis was beroerd.
Mijn vrouw kwam opnieuw ter hulp, praatte met Noola en masseerde haar lichaam voorzichtig. Even later stond ze op en liep rustig naar de deur om haar boodschap te doen in de tuin. Toen ze terugkwam at ze haar kom tot de laatste brok leeg. Ik wist eerst niet wat ik zag. Kon niet geloven dat zoiets mogelijk was. Aan de perenboom hingen nog enkele vruchten, maar hij stond ook in bloei. Kan zoiets, bloesems in de herfst? Ook had de boom nieuwe bladeren gevormd. Lente in september. Ik waande me bij vriend Daan in Nieuw-Zeeland.
Ik nam kiekjes zoals een trotse vader dat doet van zijn pasgeborene, en riep ‘moeder’ om haar het resultaat van onze liefdevolle zorgen te tonen. ’s Namiddags zagen we hoe Noola met de zonen speelde en als een jong dier over de vloer rollebolde. ’s Avonds stond ze tientallen keren op en ging weer liggen omdat ze angstig was door het onweer. De volgende ochtend, toen ik de keukendeur opende, liep ze naar me toe als vanouds.
Hoe moet het nu verder met haar? We bekijken het dag per dag.
Zij zijn onze zielen, snuffelend en speurend, die wij eens achterlieten in geruisloze bossen.
Lars Gustafsson (1936-2016); ‘De honden’ (2007); vert. Bernlef Het is geleden van de tijd toen ze een puppy was dat Noola nog zoveel aandacht kreeg. Ze geniet ervan. Ik liet haar net binnen, haar vacht kletsnat omdat ze in het natte gras had rondgerold.
Terwijl ik haar aaide, bekeek ze me met haar sprekende ogen: “Laat maar komen die verjaardagstaart!”
Good luck en tot ziens.