“Google maakte de wereld gebruiksvriendelijker, maar beter?”
”Google geeft niet altijd de beste resultaten weer, maar wel deze die het best de commerciële belangen van Google en zijn partners dienen”
Ben Caudron, technologiesocioloog en professor aan de Erasmushogeschool
Waar vind je de beste mosselen? Wat is Brexit? Wat betekent het dat ze me geen berichtje terugstuurt? En wat is toch die vreemde eczeem tussen mijn tenen? Op één adres vind je het antwoord op al die vragen: Google. Het bedrijf vierde afgelopen week zijn twintigste verjaardag. In die korte periode is het voor miljarden mensen dé referentie geworden.
”Drieënhalf miljard keer per dag richten mensen hun blik niet naar de hemel, maar naar hun scherm”, schreef Scott Galloway, professor aan de New Yorkse Stern Business School, vorig jaar in zijn bestseller ‘The Four’. Aan Google vertrouw je je diepste zielenroerselen toe die je zelfs met je partner, priester of beste vriend niet zou delen. “En bij Google worden je gebeden onmiddellijk beantwoord.” Een druk op de entertoets, en er is antwoord. Moesten die oude Grieken nog bij het Orakel van Delphi langs, dan helpt Google alle zoekenden na één tik op hun smartphonescherm. Bovendien laat het op al die menselijke eerlijkheid kunstmatige intelligentie en machine learning los. Zo weet het exact wat je wilt - misschien nog beter dan jijzelf. Dat je droomt van een parelwit strand op de Caraïben en dat je stiekem toch eerder op blondines valt. ”Google is onze moderne god”, stelt Galloway.
Appelmoes
”Google heeft fundamenteel veranderd hoe wij toegang hebben tot informatie”, zegt de bekende Amerikaanse technologieexpert Jeff Jarvis aan de telefoon, terwijl hij in zijn New Yorkse Starbucks een koffie bestelt. Moest je voor een scheut kennis vroeger naar een bibliotheek hollen, dan is een oceaan van informatie nu maar één muisklik verwijderd. ”Niet dat we nu verstandiger met al die kennis omgaan“, lacht Jarvis, ”maar dat kun je Google niet verwijten.” Sommige critici stellen nochtans dat al dat gegoogel stilaan maar zeker onze hersenen tot appelmoes herleidt. Zoals de Amerikaanse schrijver Nicholas Carr. Die argumenteerde dat het onze hersenen fysiek verandert en onze capaciteit tot memoriseren en reflecteren verwoest. Om nog maar te zwijgen over internauten die zonder Google Maps plompverloren lopen in elke vreemde stad, en die zonder zoekopdracht geen onbekend restaurant durven binnen te stappen. Jarvis gelooft er niets van. ”Dat werd ook gezegd toen de boekdrukkunst werd uitgevonden”, zegt hij. ”Ook boeken zouden onze geest verwoesten.” Volgens hem heeft Google gemaakt dat informatie een bulkgoed is geworden. En dat de moderne mens moet leren daar goed mee om te gaan. Maar de impact van Google op ons leven? ”Het is nog te vroeg om die te meten”, zegt hij. Omdat we maar het topje van de ijsberg hebben gezien. Googles experimenten met kunstmatige intelligentie en machine learning zullen volgens hem ”leiden tot dingen die we ons nu nog niet kunnen inbeelden”.
Alles draait om geld
Wat we ons wel kunnen inbeelden, is dat Google intussen sloten geld verdient (moe- derbedrijf Alphabet harkte in 2017 zo’n 111 miljard dollar omzet binnen). Daardoor verdient het ons wantrouwen, stelt Ben Caudron, technologiesocioloog en professor aan de Erasmushogeschool Brussel. “Google geeft niet altijd de beste resultaten weer, maar wel deze die het best de commerciële belangen van Google en zijn partners dienen.” Een claim die onderschreven wordt door de Europese Commissie. In 2017 legde ze Google een boete van 2,4 miljard euro op, omdat het bedrijf zijn eigen online winkelplatform zou bevoordelen ten koste van alternatieve webshops. Dit jaar volgde nog eens een boete van 4,34 miljard euro, omdat Google zijn besturingssysteem Android zou misbruiken om de dominantie van Googles eigen zoekmachine te bestendigen. Het illustreert mooi waarom Caudron Googles officieuze baseline Do no evil liefst aanvult met: while people are watching.
Te groot, te machtig. Tal van critici hebben al opgemerkt dat Googles snelle klim tot god van de 21ste eeuw gevaren met zich meebrengt. Zo moet de reus maar aan een schroefje van zijn zoekalgoritme draaien en hij kan een verkiezing doen kantelen, merkt Caudron op. ”Google heeft onze wereld gebruiksvriendelijker gemaakt”, besluit hij. ”Maar beter? Dat zou ik niet durven te zeggen.”