Limburgse eilandgemeenten
De Limburgse gemeenten willen niet fusioneren. Dat is ongeveer de rode draad op de gemeentelijke verkiezingsdebatten die Het Belang van Limburg organiseert. En als een fusie dan toch moet, dan maar met een gemeente die kleiner is, want iedere partij lijkt te vrezen dat ‘hun eigenheid’ verloren zou gaan. Of gaat het om ‘hun impact’?
Tot 1977 telde België nog 2.359 gemeenten. Dat aantal werd in de toenmalige fusieoperatie herleid tot 596. Die fusies waren niet altijd even logisch. De toenmalige christendemocraten eisten de tekentafel op, en maakten de vreemdste combinaties. Zij wilden vooral de eigen dominante positie betonneren. Sterke christendemocratische dorpen werden aan steden toegevoegd waar de christendemocratie onder druk stond. Het resultaat was een vreemd en weinig productief lappendeken. Nadien bleken al die krijgsplannen op los zand gebouwd, want de kiezer blijft finaal toch zijn onvoorspelbare zelf. Dreigt vandaag niet hetzelfde te gebeuren? Je zou voor Limburg bijna hopen dat de volgende Vlaamse regering, op basis van duidelijke en onderbouwde criteria, zelf fusies zou opleggen
De laatste tientallen jaren zien we nochtans hoe iedere gemeente tot de vaststelling komt dat ze te klein is voor haar kerntaken. De sleutels van de politie werden overgedragen aan politiezones en ziekenhuizen werden afgestoten of gefusioneerd. Vreemd dat ‘tegen een fusie zijn’ desondanks ‘het nieuwe normaal’ blijft. Het lijkt wel de Brexit. Lokale politici zwaaien met termen als ‘eigenheid’, ‘identiteit’ en ‘onafhankelijkheid’, en de bevolking kirt en moppert vergenoegd mee. Het zijn net dezelfde woorden waarmee de Britten tijdens de Brexitcampagne droomden van ‘de goede oude tijd’ toen ze nog een wereldrijk waren. Maar zelfs bij de Leave-stemmers dringt intussen door dat deel uitmaken van een groter geheel voor meer bescherming, meer welvaart en meer vooruitgang zorgt. Voor onze gemeenten is dat niet anders. Ook hier heerst een ongezonde cocktail van valse nostalgie en klein machtsbehoud. Men wil hoogstens fusioneren met gemeenten die gelijkaardig of kleiner zijn, om zo weinig mogelijk macht of zogenaamde ‘eigenheid’ uit handen te geven. Een logica gebouwd op ‘meeeters’, die wel gebruikmaken van de diensten van de grotere centra, maar niet mee betalen.
Het gevolg is dat op het einde van de rit zelfs onze grootste steden, net zo onbetekenend zullen zijn als de gehuchten die zich vandaag tegen mekaar schurken. Uiteindelijk zal iedere Limburger de prijs betalen voor dit gebrek aan schaal en dit gebrek aan impact op Vlaams niveau. Is dit kortzichtigheid of lafhartigheid? Je zou voor Limburg bijna hopen dat de volgende Vlaamse regering, op basis van duidelijke en onderbouwde criteria, zelf de fusies zou opleggen.