“Hoe laat is het?” vs. “Quelle heure est-il?”
Elke dinsdag vertelt Bekende Waal en journalist Christophe Deborsu over de grote en kleine politieke dingen bij onze zuiderburen
Het begon als een bevrijding. Volgens een peiling van de Europese Commissie wil 84 procent van de Europeanen af van de halfjaarlijkse uurswitch. “Oké, weg ermee”, antwoordden Juncker en co. Een opluchting voor mensen zoals ik die op zondag werken en daarom twee keer per jaar hopen dat ze hun oude wekker correct hebben verzet. Probleem: de Commissie laat elke nationale regering vrij kiezen voor permanente zomertijd of wintertijd. Alsof ze wil laten uitschijnen dat niet zíj de oorzaak is van een verdeeld Europa maar de lidstaten zelf. En inderdaad, het continent is meer dan ooit wat België al 188 jaar is: een verdeeld grondgebied. Wat zien we? De landen ten zuiden van België gaan voor het zomeruur. Ze situeren zich (ietsje) dichter bij de evenaar: in het koude seizoen komt de zon er vroeger op dan hier en een algemeen zomeruur zou geen al te lange obscure winterse ochtenden veroorzaken. In het noorden, vanaf Nederland, is het anders: een algemeen zomeruur zou er in januari voor zorgen dat het pas na 10 uur licht wordt in Groningen, een ideale voedingsbodem voor depressiviteit. Een meerderheid van de Nederlanders staat bijgevolg achter een algemeen winteruur, deels ook ten behoeve van hun economie: beide uurwisselingen genereren immers de twee minst productieve weken van het jaar. Bovendien hebben onze noorderburen een hekel aan dat uur eerder opstaan in de zomertijd.
En de Belgen? Een nipte meerderheid verkiest de zomertijd. De MR van Charles Michel was trouwens al lang pro-zomeruur, met het oog op de “langere avonden”, maar ze voelt nattigheid nu Nederland richting winteruur neigt. Zouden de Vlaamse partijen – voorlopig muisstil – wel willen volgen? De premier heeft daarom aangekondigd dat er overleg in Beneluxverband komt en dat de Belgische bevolking zich zal kunnen uitspreken. Hoe? Dat zegt hij er niet bij. Bij een volksraadpleging bestaat immers het gevaar dat het noorden en het zuiden van het koninkrijk verschillend stemmen. Want Frankrijk – en dus de Walen – kiest voor het zomeruur. De republiek heeft dat trouwens één jaar vóór België ingevoerd, in 1976. Mensen van mijn leeftijd herinneren zich de tijd nog dat ze constant door het door de Franse zenders aangekondigde uur misleid werden. Dat willen we niet meer meemaken. De geschiedenis kan ons gelukkig verzoenen. België, Frankrijk en Nederland hadden voor de twee Wereldoorlogen de Engelse tijd. Bij elke invasie heeft het Duitse leger ons “het uur van Berlijn” (een uur later) opgelegd. Na 1945 is het zo gebleven. We leven dus nu al artificieel één uur later dan zou moeten. Laat ons dat niet nog verergeren door het zomeruur aan te nemen. Bovendien zou dan meteen een van de sporen van de desastreuze Wereldoorlogen verdwijnen.