Je bent jong en je wil wat: een eigen huis bijvoorbeeld “En toch wordt het steeds moeilijker voor jongeren op de huizenmarkt”
HASSELT - Belgen kopen steeds jonger hun eerste huis of appartement. Dat blijkt uit een enquête van Immoweb bij 8.650 ondervraagden. Zes op de tien bezitten al een eigen stulpje nog voor hun 27ste. Maar tegelijkertijd wordt het moeilijker voor jongeren om te concurreren met veertigers en vijftigers die in vastgoed beleggen. De jonge huizenkopers van nu zijn meer bij de pinken dan de vorige generaties. Huren vinden ze weggegooid geld. Bovendien krijgen ze vaak financiële hulp van de (groot)ouders. Een huis kopen op je 22ste gebeurt steeds vaker. “Als ik geen huis kocht, moest ik veel teveel belastingen betalen.”
gemiddelde Belgische millennial (24 tot 38-jarigen) is net geen 27 bij de aankoop van zijn eerste stulpje, zo blijkt uit de enquête van Immoweb. Dat is een stuk jonger dan de generatie X (39- tot 56-jarigen) die hen voorafging. Die waren gemiddeld 29 bij de aankoop van een huis. De generatie babyboomers (57- tot 72-jarigen) kocht zelfs pas een huis op hun dertigste. Volgens Valentin Cogels, CEO van Immoweb, is lenen veel goedkoper dan vroeger. “En daardoor wordt een eigen huis sneller toegankelijk. Sociale patronen zijn ook veranderd. We wachten niet meer om samen te wonen tot we getrouwd zijn en we beginnen later aan kinderen, waardoor er meer geld over is voor de aankoop van een huis.”
Jonge kopers rekenen ook meer dan ooit op de banken voor de financiering van hun eerste huis. De vorige generatie betaalde de aankoop van hun huis voor 65 procent met geleend geld. De millennials gebruiken 77 procent kapitaal van de bank. De rest betalen ze zelf en met giften van de familie. Gemiddeld leggen (groot)ouders 7 procent van het bedrag bij.
Kinderen
Jongere generaties wachten ook niet meer met de aankoop van een huis tot er kinderen zijn. 58 procent kocht zijn eerste eigendom als koppel zonder kinderen, 30 procent was nog single. Bij de babyboomers kocht de helft pas een eerste huis toen de kroost werd uitgebreid. Deze generatie lijkt veel vooruitziender.
Generatie Z
Toen wij een online oproep deden naar jonge mensen met een eigen huis werden we overstelpt met reacties. En heel vaak kwamen die reacties van mensen die al op hun 22ste een huis aan het bouwen zijn of hebben aangeschaft. “Dat is interessant om te horen”, zegt Tom Palmaerts, trendwatcher bij Trendwolves. “Er is verder onderzoek nodig, maar het lijkt erop dat de nieuwe generatie Z zich al op de huizenmarkt begeeft.”
Die generatie Z – geboren tussen 1996 en 2010 – is meer realistisch opgevoed dan de dromerige millennials vindt Palmaerts. “Ze zijn zich meer bewust van geld, de economische markt en durven ook veel sneller te ondernemen en keuzes te maken dan de generatie voor hen. Ze zijn ook opgevoed in een minder rooskleurige economische en maatschappelijke situatie en opgevoed in een onderhandelingscultuur. Ze hebben een sterk financieel bewustzijn gekweekt en ze beseffen dat ze het later moeilijk kunnen krijgen door maatschappelijke ontwikkelingen. Dus als ze er financieel toe in staat zijn en kunnen rekenen op steun van de familie, dan grijpen ze die kansen met beide handen.”
Midlifecrisis
“De generatie Z is opgegroeid met het idee dat alles kan zolang je er maar keihard voor werkt. Ze zijn ondernemend. Iets ligt niet aan de omstandigheden of aan de anderen, maar aan henzelf. Dat hebben ze ook geleerd van verhalen van leeftijdsgenoten die ze kennen van het internet. Ze zijn dus een heel krachtige, positieve generatie, maar de keerzijde van de medaille is wel dat ze ook moeten leren omgaan met die enorme druk. Vandaar dat je jonge studenten ziet met psychologische problemen of jongeren die al op hun 25ste in een midlifecrisis sukkelen.”
Uit eerder onderzoek van KBC en de Immotheker blijkt dat jongeren het steeds moeilijker krijgen om te lenen.
Het aantal jongeren onder de 30 dat een lening aangaat bij de bank voor een woning daalde op tien jaar tijd van 34 naar 19 procent en bij jongeren onder de 25 daalde dat cijfer van 15,9 naar 5,7 procent. “Het één spreekt het ander niet tegen”, zegt Robbe Librecht voor Immoweb. “Het klopt dat 40-plussers actiever woningen gaan kopen op de arbeidsmarkt en daardoor daalt het percentage jongeren in het totaal van de leningen. Uit ons onderzoek blijkt echter dat oudere generaties hun eerste huis destijds later kochten dan de jongeren van nu.”
“Het is wel een nadeel dat jongeren op de huizenmarkt moeten opboksen tegen die kapitaalkrachtige 40-plussers”, zegt John Romain van Immoweb. “Omdat spaargeld niets meer opbrengt, investeren veel oudere mensen in vastgoed. Dat zorgt voor concurrentie en die is nadelig voor jonge, minder kapitaalkrachtige mensen. Door al die oudere spaarders die op zoek gaan naar investeringen in vastgoed is de looptijd van een lening over 30 jaar ook steeds minder in zwang. Ze moeten dus een fikse leninglast aflossen op amper 20 jaar. Daar komt nog eens bovenop dat de elektriciteit op korte termijn 50 procent duurder wordt. Het is dan ook logisch dat ze vaak financiële steun zoeken bij ouders en grootouders.”
“Het is er de laatste jaren zeker niet makkelijker op geworden”, vindt Frank Goossens van Axa Bank. “Vergeleken met vroeger springen ouders veel vaker bij. Pakweg 20 jaar geleden deden ze dat in één op de vijf gevallen. Nu zien we dat bij meer dan 50 procent van de woningaankopen.”