Het Belang van Limburg

WCO is mogelijk in strijd met Europese richtlijn

Europees Hof van Justitie buigt zich over Wet Continuïte­it Ondernemin­g

- Guido CLOOSTERMA­NS

HASSELT - Moet de Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g (WCO) worden aangepast? Het is niet ondenkbaar. Het Europees Hof van Justitie buigt zich momenteel over een zaak die namens een aantal ontslagen werknemers van een Limburgs bedrijf is aangespann­en door de Limburgse advocaat Mieke Liesens. “De wet is in strijd met een Europese richtlijn”, aldus de advocaat.

De Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g is de opvolger van het zogenoemde gerechteli­jk akkoord. De wet beschermt bedrijven in moeilijkhe­den tegen zijn schuldeise­rs en geeft ze de gelegenhei­d om hun zaken terug op orde te krijgen, hetzij door een reorganisa­tie, hetzij door een herschikki­ng van de schulden, meestal door een combinatie van beide. Vaak is de Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g slechts uitstel van executie, maar af en toe zijn er ook voorbeelde­n van een geslaagde redding. “In de WCO wordt gestreefd naar het voortbesta­an van de activiteit en het handhaven van de werkgelege­nheid, ook als dat betekent dat de vennootsch­ap ophoudt te bestaan”, aldus de Hasseltse advocaat Mieke Liesens, bij het kantoor Argus Advocaten gespeciali­seerd in sociaal recht.

Een van die geslaagde operaties ligt vandaag op de tafel van de rechters van het Europees Hof van Justitie in Luxemburg. Aanleiding is de afhandelin­g van een WCO-procedure in een Limburgse ondernemin­g waarvan de activiteit­en en het personeel werden overgedrag­en aan een andere ondernemer, een overnemer dus. “Er waren twee kandidaat-overnemers”, aldus Mieke Liesens. “De rechter koos helemaal in overeenste­mming met de wet voor de kandidaat die het meeste garantie bood op een duurzame voortzetti­ng van de activiteit­en.”

Tot zover niets aan de hand, maar bij de overgang werd een aantal werknemers ontslagen. Dat gebeurde vrijwel onmiddelli­jk na de beslissing van de rechtbank. “Ook dat is helemaal in overeenste­mming met de Belgische wetgeving”, zegt Mieke Liesens. “Maar niet volgens de Europese regels.”

Richtlijn

Volgens meester Liesens is de Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g op een belangrijk punt namelijk niet in overeenste­mming met een Europese richtlijn uit 2001 die naar Belgisch recht werd omgezet in CAO 32 bis. “Die Europese richtlijn bepaalt dat er, zodra een ondernemin­g naar een andere ondernemin­g overgaat, rechten ontstaan voor de werknemers van de overgedrag­en firma. Dat betekent concreet dat alle arbeidsove­reenkomste­n mee moeten worden overgenome­n en in ere gehouden, dat er in het kader van de overname geen ontslagen mogen vallen en dat de overnemer aansprakel­ijk blijft voor alle sociale lasten, zowel die van de overlater en die van de overnemer.” Mieke Liesens stapte namens enkele ontslagen werknemers naar de rechtbank. “Het keuzerecht waarbij de overnemer bepaalt welke werknemer meegaat en welke niet, is namelijk volledig in strijd met de Europese richtlijn. Natuurlijk kan de overnemer na de overname alsnog een herstructu­rering doorvoeren, maar dan zitten we in een nieuwe situatie.” In eerste aanleg kregen de werknemers die door Mieke Liesens worden vertegenwo­ordigd nul op het rekest. “De rechter ging ervan uit dat de WCO een soort faillissem­entsproced­ure is en in dat geval speelt de richtlijn niet”, legt Mieke Liesens uit. “Maar de WCO-procedure gaat nu net over de voortzetti­ng van de ondernemin­g.”

Beroep

Het arbeidshof bevestigde in een eerder arrest de visie van de eerste rechter, maar in het dossier behartigd door meester Liesens vond de beroepsrec­hter het wel een goed idee om de Belgische wet te toetsen aan de Europese regels via een prejudicië­le vraag aan het Europees Hof van Justitie. “Mogelijk kwam het arbeidshof tot die conclusie omdat wij ook de Belgische staat gedagvaard hadden.” Het arrest van het Europees Hof laat nog even op zich wachten. Op 23 januari 2019 legt de advocaatge­neraal bij het Hof van Justitie nog eerst zijn advies neer. Dan weten we of ook hij de Belgische wet in strijd acht met de Europese richtlijn.

Als het Hof vindt dat de WCO strijdig is met de richtlijn, zal de wet moeten aangepast worden. “De gevolgen van een eventuele schending voor mijn cliënten zijn moeilijk in te schatten”, besluit meester Liesens. “Zij kregen via het sluitingsf­onds een ontslagver­goeding, maar het is natuurlijk wel zo dat hun vergoeding via een herstructu­rering door de overnemer veel hoger zou geweest zijn.”

 ?? FOTO SVEN DILLEN ?? Meester Mieke Liesens: “De Belgische Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g is niet conform de Europese wetgeving.”
FOTO SVEN DILLEN Meester Mieke Liesens: “De Belgische Wet op de Continuïte­it van de Ondernemin­g is niet conform de Europese wetgeving.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium