“Ik ben een doorbijter”
Laurens Spruyt voor de vierde keer onder het mes
Op Sinterklaasdag zal middenvelder Laurens Spruyt van KVV Hoeselt A voor de vierde keer in nog geen tien jaar tijd een chirurgische ingreep ondergaan aan zijn rechterknie. Voor de derde keer op rij ligt de ex-KRC Genk-jeugdspeler dan op de operatietafel voor een kraakbeenoperatie. “Ik ben er een beetje moedeloos van geworden”, geeft de Bilzenaar (28) toe.
Spruyt, wiens broer Frederik het mooie weer maakt bij THES, kende de afgelopen tien jaar een calvarietocht van ziekenhuisbezoeken en revalidaties. “In 2009 is het begonnen. Ik kwam op mijn negentiende in de winter over van de jeugd van KRC Genk naar Spouwen-Mopertingen”, begint Spruyt aan zijn opsomming. “In mijn tweede match scheurde ik meteen mijn kruisbanden waarna acht maanden revalidatie volgden. In 2013 volgde een meniscusoperatie waarbij ook kraakbeen verwijderd werd. Ik speelde toen voor Schoonbeek-Beverst. Tussen 2013 en 2017 ben ik zowel aan mijn linker- als mijn rechterkant aan mijn adductoren geopereerd geweest. In 2017 werd dan de binnenkant van mijn rechterknie zuiver gemaakt van kraakbeen. Ik dacht dat ik het ergste achter de rug had en was dit seizoen klaar voor een nieuwe uitdaging als speler bij Hoeselt. Het liep lekker. Na een jaar stilgelegen te hebben, vond ik dat mijn niveau elke week omhoog ging. Tot die dekselse wedstrijd tegen Heers. Ik wilde bij een hoekschop naar een speler toelopen en bij het simpelweg afstoten voelde ik een vreselijke steek in de knie. Ik wist meteen hoe laat het was en zag de hele revalidatiefilm opnieuw voor mij afspelen. Op zes december staat dus de nieuwe operatie gepland waarbij dan de buitenkant gezuiverd zal worden van kraakbeen. Na drie maanden zal ik pas opnieuw rustig mogen lopen. Het seizoen is dus voorbij en de dokters raadden me aan om me op andere sporten zoals zwemmen of fietsen te oriënteren en zeker niet op competitievoetbal. Maar ik ben nog niet klaar met het voetbal, ik zou graag in het wereldje blijven. Als voetballer, als trainer of als jeugdtrainer. Ik weet het allemaal niet zo goed meer”, geeft Spruyt toe dat hij in een dipje verkeerd. “Ik ben een doorbijter en heb al vaak terug geknokt. Ik heb echt de indruk dat mijn lichaam niet deugt, vooral mijn knie is mijn zwakke plek.”