Luchtverkeersleiders in opstandna “bijna-botsing” vliegtuigen
LUIK - Op 6 september kwamen twee vliegtuigen boven Luik gevaarlijk dicht tegen elkaar. Volgens luchtverkeersleiders werd een ramp net vermeden. Volgens hen is de veiligheid van ons luchtruim in gevaar.
Het oosten van Luik, 6 september. Een passagiersvliegtuig, net opgestegen op Brussels Airport, wijkt uit om slecht weer te ontwijken. Daarbij komt het pal in de aanvliegroute van een landend toestel terecht. De bevoegde luchtverkeersleider in de controletoren in Steenokkerzeel heeft het niet gezien. De vliegtuigen, een van een Turkse chartermaatschappij en een van een Duitse luchtvaartmaatschappij, botsen bijna. Gelukkig treedt het interne waarschuwingsysteem van de vliegtuigen in werking. Zo werd een ongeval nipt vermeden. “Anders was het niet proper geweest”, zegt een luchtverkeersleider. “Het was een bijna-ongeval”, zegt een andere. “Het risico op een botsing was echt groot.” Drie luchtverkeersleiders bevestigen het voorval boven Luik. De betrokken collega zou nadien, totaal van slag, naar huis zijn gegaan.
Bij de Air Accident Investigation Unit (AAUI), het orgaan onder de FOD Mobiliteit dat zulke incidenten bekijkt, luidt het dat er toch geen onderzoek werd geopend. “Er was een incident, maar dat werd niet als serieus bestempeld”, luidt het. “Omdat de toestellen nog net op de rand van de veiligheidsmarge van 1.000 voet (304 meter, nvdr.) bleven.”
Onrust
Over de ernst van het incident verschillen luchtverkeersleiders dus van mening met het controleorgaan. Volgens de verkeersleiders is het incident bovendien exemplarisch voor een gebrekkige veiligheidscultuur binnen Skeyes, het vroegere Belgocontrol. Dat schrijven ze in een brief aan de directie van Skeyes. “Veiligheid is voor u een holle slogan”, werpen ze hun CEO Johan Decuyper voor de voeten.
Ze reageren daarmee op uitspraken van Decuyper, die op 7 december in De Standaard stelde dat er geen tekort is aan mensen, maar dat het “wel op de limiet zit”. Hij zei ook dat het aantal ernstige incidenten onder zijn leiderschap sterk is gedaald. De auteurs, die zeggen dat de brief gedragen wordt “door 95 procent van de collega’s”, klagen over een chronisch gebrekkige bezetting. Zo zouden er maar 84 luchtverkeersleiders zijn op een voorzien aantal van 104. Dat leidt volgens hen tot een te hoge werkdruk, met reeksen van meer dan tien werkdagen, en nefaste gevolgen voor de veiligheid. De luchtverkeersleider die betrokken was bij het incident van september zou toen al zijn tiende werkdag op rij hebben gepresteerd.
Daar komt bovenop dat het luchtverkeer boven België almaar complexer wordt. “Vroeger was het enkel Zaventem, nu is het een Chinese puzzel die we moeten leggen”, zegt een ervaren luchtverkeersleider. “We krijgen goed betaald maar dat voelt soms aan als bibbergeld.”
Puur geluk
“Ooit gaat er iets gebeuren”, zegt een andere. “Dat we tot nu aan rampen zijn ontsnapt valt enkel aan puur geluk te wijten. De directie wil precies wachten tot er iets zoals in Überlingen gebeurt, maar wij niet.” In Überlingen botsten in 2002 twee vliegtuigen. Op 23 februari kwamen ook al eens twee vliegtuigen gevaarlijk dicht bij elkaar ten zuidoosten van Leuven. Ze naderden elkaar tot 208 meter terwijl dat minimaal 304 meter moet zijn. Toen opende het AAIU wel een onderzoek.
In het gesprek met De Standaard vorige week zei CEO Decuyper dat de implementatie van ‘Just Culture’ – een aanpak waarbij alle incidenten worden gerapporteerd – de veiligheid gevoelig verhoogt. Ook zei hij mensen aan te werven, maar dat het een tijd duurt om hen op te leiden. Over het incident van september wilde Skeyes, ook na herhaaldelijk aandringen, niet reageren.