Het Belang van Limburg

“Agenten zien ons niet graag komen”

Ex-politierec­hter Kathleen Stinckens uit Hasselt leidt Comité P

- Cedric LAGAST

BRUSSEL - Sinds één maand deelt Kathleen Stinckens (49) geen boetes en rijverbode­n uit. De voormalige Leuvense politierec­hter, afkomstig uit Hasselt, is de waakhond van de politiedie­nsten geworden: ze staat aan het hoofd van het Comité P, dat de politie in het oog moet houden. “Maar wij komen niet altijd met het vingertje wijzen, hoor.”

Meer dan 40.000 vonnissen velde ze op dertien jaar tijd als politierec­hter in Leuven. In het Vier-programma ‘De Rechtbank’ was Kathleen Stinckens streng voor bestuurder­s die voor de zoveelste keer dronken uit een auto waren geplukt. Maar ze toonde ook begrip, voor de menselijke kant van een doodrijder.

“Ik stond op een kantelpunt in mijn leven”, vertelt Stinckens in de kantoren van het Comité P dat ze nu leidt. Een groot, gesloten gebouw naast het federaal parlement in Brussel. “Ik vroeg me af of ik altijd politierec­hter wilde blijven, of dat het tijd was voor iets anders.”

Maar waarom het Comité P?

“Politiewer­k heeft me altijd al geintrigee­rd. Ik herinner me dat ik op een beurs over studierich­tingen geboeid vragen ging stellen aan de stand van de toenmalige Rijkswacht, maar dat ik daar werd weggelache­n. Ik had niet de vereiste lengte. Daarnaast heb ik een groot rechtvaard­igheidsgev­oel, en ik hecht veel belang aan integritei­t. Hier kan ik dat combineren: ik mag het functioner­en van de politiedie­nsten beoordelen.”

Nochtans, waakhond is geen populaire job. Een agent wordt niet graag op de vingers getikt.

“Ze zien ons niet graag komen bij de politiedie­nsten. Dat besef ik. Terwijl het Comité P niet altijd met het vingertje komt wijzen. Vaak doen wij ook positieve aanbevelin­gen.”

Het Comité P lijkt nu de stok achter de deur voor misnoegde burgers.

“Je kan bij ons een klacht indienen, ja. Maar we zijn zoveel meer dan dat. Het is niet onze taak om naar individuel­e fouten van agenten te zoeken. Werkt een politiedie­nst wel doeltreffe­nd? Dat bekijken we.”

“Ik vond het Comité P een wat ondergewaa­rdeerde instelling. Ook door burgers. Die laatste zien het Comité P misschien als één grote doofpot. Ten onrechte. Het is erg belangrijk dat er zo’n onafhankel­ijke instantie is. ”

In het verleden stonden hier vooral parketmagi­straten aan het hoofd. Welk verschil kunt u als politierec­hter maken?

“Een rechter is het gewend om meer afstand te nemen. Toen ik parketmagi­straat was, was ik er echt van overtuigd dat ik zeer objectief was. Ik moet toegeven, na dertien jaar rechter te zijn, dat een rechter toch nog minder meegezogen wordt in een onderzoek. ”

Was u als rechter strenger voor politiemen­sen dan voor burgers?

“Voor een agent die onder invloed achter het stuur zat, was ik persoonlij­k strenger. Ik vind dat een politieman een voorbeeldf­unctie heeft, ook in zijn vrije tijd. Anders ben je nog weinig geloofwaar­dig als je alcoholcon­troles moet afnemen. ”

Kent u het werk van een politieage­nt in het veld een beetje?

“Als parketmagi­strate ben ik vaak mee op pad geweest. Daardoor weet ik dat sommige mensen, zeker als ze gedronken hebben, het bloed van onder de nagels kunnen halen bij agenten. Ik herinner me een alcoholcon­trole waarbij een bestuurder zijn auto moest laten staan. Eerst ging hij in zijn auto zitten, omdat hij moe was. Dan ging de motor aan, omdat hij het koud had. Vervolgens begon de auto te rijden...” “Nadien, als zo’n persoon nuchter is, komt de klacht over een hardhandig optreden. De context van zulke zaken kan je vaak alleen maar begrijpen als je er ook eens tussen hebt gestaan.”

Uw echtgenoot is politieman. Wat vond hij ervan dat u bij de tegenparti­j ging werken?

“Hij ziet het Comité P niet als de vijand. Ik heb lachend gezegd dat hij er maar voor moest zorgen dat er over zijn politiezon­e geen klachten kwamen (haar echtgenoot is korpschef van de lokale politie in Aarschot, nvdr). In de praktijk zal ik mij ver houden van dossiers als het over zijn politiezon­e gaat. Dat ik meer openheid wil brengen, daar staat hij als politieman helemaal achter.”

Waarom is die openheid belangrijk?

“Het Comité P staat nu daar waar justitie vele jaren geleden stond. Vroeger bestond het beeld van justitie in een ivoren toren. Daar is hard aan gewerkt. De parketten zijn veel opener, en in een tweede fase zijn ook de rechtbanke­n gevolgd.”

“Het Comité P moet nu ook die stap maken. Ik hoop dat zowel de burgers als de politiedie­nsten daardoor vertrouwen in het Comité P zullen krijgen. Dat iedereen het belang zal inzien van een onafhankel­ijk orgaan, dat ervoor zorgt dat de politie goed functionee­rt en de rechten van de burgers gevrijwaar­d worden.”

Bestaat de kans dat er straks een programma zoals ‘De Rechtbank’ over het Comité P gemaakt wordt?

(lacht) “Nee, dat denk ik niet. De zaken die hier bij ons besproken worden, zijn daarvoor te gevoelig.”

 ?? FOTO BART DEWAELE ?? “Ik herinner me dat ik op een beurs over studierich­tingen werd weggelache­n aan de stand van de Rijkswacht: ik had niet de vereiste lengte”, zegt Kathleen Stinckens, nu baas van het Comité P.
FOTO BART DEWAELE “Ik herinner me dat ik op een beurs over studierich­tingen werd weggelache­n aan de stand van de Rijkswacht: ik had niet de vereiste lengte”, zegt Kathleen Stinckens, nu baas van het Comité P.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium