Laagste loonindexering in vijf jaar: +0,80 procent

In januari worden de lonen van ruim 450.000 bedienden in de privésector aangepast aan de evolutie van de levensduurte. Volgens HR-dienstverlener Acerta komt er maar 0,80 procent bij, de kleinste indexaanpassing in vijf jaar tijd.

Van een koude douche gesproken: zagen de bedienden in de privésector (die van het ‘paritair comité 200’) hun loon begin dit jaar nog stijgen met 1,83 procent, dan komt er in januari 2020 amper 0,80 procent bij. Al klinkt dat erger dan het is, zo stelt Dirk Wijns, directeur Acerta Consult. “Want eigenlijk is een loonindexering geen ‘opslag’ maar gewoon een aanpassing van de lonen aan de levensduurte. Voor de werkgever daarentegen betekent het wel een meerkost. Ons land is daarmee trouwens uniek in de wereld: nergens anders zijn de lonen gekoppeld aan de inflatie.”

Toch blijft het een opvallende daling. In 2015 en 2016 moesten we tevreden zijn met een beperkte stijging van respectievelijk 0,03 en 0,43 procent omdat de overheid bij wet de toepassing van het indexeringssysteem had opgeschort. In 2017 kwam er 1,13 procent bij en in 2018 zelfs 2,17 procent. Dit jaar was het al iets minder (+1,83 procent) en volgens de berekeningen van Acerta wordt het in januari 2020 dus nog wat minder: +0,80 procent. “Al wil ik daar meteen aan toevoegen dat de inflatie van de consumptieprijzen op jaarbasis slechts 0,70 procent zal bedragen. Dus eigenlijk stijgen de lonen ietsje meer dan de levensduurte”, zegt Dirk Wijns.

Bonussen

Toch is het geen bedrijfsgeheim dat werkgevers meestal rekening houden met een gemiddelde stijging van hun totale loonkost met 2,5 à 3 procent per jaar. Dan maar je stoute schoenen aantrekken en bij de baas gaan aankloppen voor dat welverdiende hogere loon? “Je mag toch niet vergeten dat een groot deel van die stijging wordt opgesoupeerd door baremieke verhogingen op basis van anciënniteit. Ook de bonussen die bedrijven inzetten om goede medewerkers financieel aan zich te binden, komen uit dat potje”, zegt Dirk Wijns. “Voor pure individuele loonsverhogingen vrees ik dat er weinig tot niets zal overblijven, ook al omdat de wetgever heeft bepaald hoeveel de individuele lonen maximaal mogen stijgen. En dat is met 1,1 procent over de periode 2019 en 2020 samen, exclusief loonindexering. Wat blijft er dan nog over?”

Maar misschien kan je wel iets anders losweken. “Loon is al lang niet meer de belangrijkste motivator opdat een werknemer zich zou engageren tegenover de werkgever. Denk aan opleiding, vakantie, mobiliteitsopties, tijd- en plaatsonafhankelijk werken, … Geef de werknemer inspraak in de te maken keuzes en je komt tot een motiverend verloningspakket”, besluit de arbeidsmarktspecialist.