Karen Damen draait eerste scènes als verpleegster Vanessa

FAMILIE VTM

Het einde van Karens eerste opnamedag was voorzien rond 17.30 uur, maar de opnameploeg mocht al een halfuurtje vroeger afzwaaien. “Je ziet het: bij mij is het meteen goed”, lacht ze. “Nee, serieus: het was heel fijn. Zenuwen had ik niet, het was nog maar een bescheiden draaidag. Ik moest maar twee scènes opnemen. En daar zat geen aartsmoeilijke monoloog tussen. Alles liep dan ook erg ontspannen. Ik kende bijna iedereen van de acteurs en de technische ploeg van andere projecten, dus ik voelde me meteen... thuis. Heb je ’m?”

Damen speelt Vanessa Mariën, een verpleegster in het rusthuis waar de bomma (Annie Geeraerts), Albert (Ray Verhaeghe) en Alfons (Jaak Van Assche) verblijven. Jeroen Van Dyck, die samen met haar zijn debuut maakt in de wereld van Familie, speelt haar collega Tony. “Het personage van

Vanessa ligt me goed. Het is een goedlachse vrouw. Volks, ook. Ze voelt zich niet beter dan anderen. Een type dat me bijna op het lijf geschreven is. Dat vind ik fijn. Ik ben geen actrice die complexe metamorfoses wil ondergaan. Laat mij maar dicht bij mezelf blijven.”

“Internationale allures”

Of Karen zelf fan is van Familie? “In de begindagen was ik een trouwe kijker. Maar dan heb ik het echt over afleveringen van lang geleden, die met Bieke Ilegems en Erik Goossens. Maar je weet hoe dat gaat: vanaf een bepaalde leeftijd doe je andere dingen ’s avonds. Sinds kort ben ik opnieuw beginnen te kijken, deels om me voor te bereiden. En ik moet zeggen: ik vind Familie echt knappe televisie. Sterk gefilmd ook, bij momenten met internationale allures. Als je het geluid zou afzetten, zou je zo geloven dat het een buitenlandse serie is.”

Hoelang ze op de set van de soap blijft rondhangen, weet Karen nog niet. “Enkele maanden, een jaar, langer… Het zal een beetje afhangen van mijn eigen agenda. Ik doe veel tegelijk: repeteren voor het theaterstuk Chateau cupido, werken aan mijn tweede album… Het moet haalbaar blijven. Maar hoe langer ik bij Familie kan blijven, hoe liever.”