Vastentijd en politiek
Het carnaval loopt vandaag ten einde, gelukkig voor de internationale reputatie van België. Het woord carnaval komt van het Latijnse carne levare, zich van vlees onthouden. Men vierde en mestte zichzelf nog eens vet op Vette Dinsdag, net vóór het begin van de vastentijd op Aswoensdag. Nog een weetje: men denkt vaak dat die veertigdagentijd uitgerekend 40 dagen duurt, de periode dat Jezus zich in de woestijn na zijn doopsel terugtrok. Eigenlijk zijn het 40 dagen plus 6 zondagen. Op zondag is er geen sprake van diëten, handig als u bij katholieke vrienden op bezoek gaat. Maar bestaat dit nog, katholieke vrienden?
Mijn moeder zegt: “Als ik naar de zondagsmis ga, stel ik maand na maand vast dat er minder volk komt.”
Ik zie dit ook in mijn eigen parochiekerk. We hebben nochtans een boeiende pastoor. Eergisteren zei hij dit over die rare passus in het Evangelie van Mattheus – ‘Als iemand u op de rechterwang slaat, keer hem dan ook de andere toe’: “Dit is geen uiting van slecht begrepen christelijke zelfopoffering, maar een ultieme uiting van geweldloos verzet. Vaak efficiënter dan bruut geweld.” Vernieuwend inzicht. Dunne opkomst. Zonder de Congolese gemeenschap in Namen zou ik de jongste zijn. Ik sta nochtans dichter bij het sacrament der zieken dan bij het doopsel. Volgens de jongste cijfers van de Kerk zelf gaan wekelijks 238.298 Belgen naar de mis, 2 procent van de bevolking. Hun gemiddelde leeftijd wordt niet vermeld. Zeker boven de 70, met alle respect, ik word snel één van hen. Nota bene: voor een keer is er geen Vlaams-Waals verschil.
Als ik de kijkcijfers van mijn debatprogramma bekijk, kom ik tot hetzelfde besluit: als ik niet wil scoren, kies ik voor een onderwerp met een katholieke dimensie. Kardinaal Jozef De Kesel wordt quasi nooit in de media geïnterviewd, u zou hem op straat niet herkennen. Wat een contrast met Godfried Danneels! De kerk wordt irrelevant. Het feit dat de drie artsen in het proces over de euthanasie van Tine Nijs vrijuit gingen – ondanks de onhandige inspanningen van één van de enige Belgen die zich katholiek profileert, advocaat Fernand Keuleneer – toont het nog eens aan. De Belgische kerk sterft met zijn laatste praktiserende gelovigen uit. Binnen dertig jaar is iedereen dood. Volgens de peilingen verklaart 50 procent van de Belgen dat ze katholiek zijn. Zonder praktijk leer je alles echter snel af, geloof inbegrepen. Ik heb geen oplossing. Behalve dat ik die vastentijd een mooie periode blijf vinden. Tijd nemen voor jezelf en voor de anderen. Luisteren. Klinkt allicht te mooi om waar te zijn. Zeker in de politiek. Maar mooi kan ook. Zelfs in de politiek.
VOORZITTERSVERKIEZING BRUSSEL