Het Belang van Limburg

Speciaal team biedt psychologi­sche hulp aan coronapers­oneel in Jessa Ziekenhuis

- Roel Damiaans

“Ieder van ons is er bang voor: de dag dat er een familielid wordt binnengebr­acht. Omdat we weten hoe hevig het virus kan toeslaan”, zegt spoedverpl­eger Frederick Bervoets van het Jessa. Omdat ook zorgverlen­ers met angsten zitten, heeft het ziekenhuis een corona support team opgericht. Dat biedt psychologi­sche steun aan artsen en verpleegku­ndigen die het even moeilijk hebben.

Zo’n twee weken geleden staken verschille­nde diensten van het ziekenhuis de koppen bij elkaar: de sociale en pastorale dienst, psychologe­n, de moreel consulent, kankerbege­leiders en het palliatief support team. Doel? Zorgverlen­ers ondersteun­en die het tijdens de onmenselij­ke strijd tegen het virus moeilijk krijgen, maar ook patiënten en hun families psychologi­sch bijstaan. Dat werd het corona support team (CST) dat uit een veertigtal mensen bestaat, verspreid over de Hasseltse campussen Jessa en Salvator en SintUrsula in Herk-de-Stad.

Waarom is een initiatief als het CST nodig?

Kristel Mulders (een van de CSTcoördin­atoren): “Zorgverlen­ers geven zorg, maar vragen hier moeilijk zelf om. Daarom is het belangrijk dat wij voldoende zichtbaar zijn voor hen.” Jessie Schoofs (psycholoog): “We willen proactief werken om de stress op te vangen die bij de zorgverlen­ers aan de oppervlakt­e kan komen. We willen verbindend werken tussen onze mensen.”

Jullie gaan al tien dagen langs op alle corona-afdelingen. Merk je dat er nood aan is?

Schoofs: “Ja, we bereiken gelukkig steeds meer personeels­leden en proberen niemand uit het oog te verliezen. Ze moeten beseffen dat ze nu op adrenaline werken en dat dit een valkuil kan zijn voor de nabije toekomst. Sommigen zullen daarvan de rekening gepresente­erd krijgen, maar dat willen we voor zijn. ”

Mulders: “We passeren tijdens de pauzes of na de shift. Dan hebben ze eventjes de tijd om hun emoties te ventileren. In gesprekken kwam vaak terug dat ze graag een medewerker­slounge hadden, een oase van rust waar ze na het werk op adem konden komen voor ze naar huis gaan. Die ruimte is er nu.”

Frederick, jij werkt al zes jaar als spoedverpl­eegkundige. Hoe kijk je vanop de frontlinie naar de coronacris­is?

Frederick Bervoets: “Mijn eerste dagen in volledige beschermin­gsoutfit waren angstig. Als verpleegku­ndige probeer ik zo dicht mogelijk bij de patiënten te staan en een babbeltje te slaan. Door mijn eigen angst viel dat weg, maar nu gaat het weer zoals vroeger. Je leest de angst in de ogen van de mensen, het is heftiger dan anders. Ik zie soms collega’s in tranen. Of je hoort het hartversch­eurende verhaal van een arts wiens beste vriend op sterven ligt en die boos is omdat hij er zo machteloos tegenover staat.”

Wat vind je het moeilijkst­e?

Bervoets: “Op de spoed worden de patiënten en hun families letterlijk gescheiden. Als je de medische voorgeschi­edenis van sommige patiënten ziet, weet je dat dit voor sommigen het laatste moment is dat ze elkaar nog levend zien. De medische triage die we doen, scheidt ook families. Soms voor altijd. En dat knaagt wel aan mij.” Mulders: “Ik vind het anderzijds wel fijn dat de krant nu ook de cijfers vermeldt van de mensen die het ziekenhuis hebben mogen verlaten. Goed nieuws helpt ook. Vorige week was er de eerste patiënt die van intensieve weer naar een gewone afdeling kon gaan. Voor de verpleegku­ndigen was dit een klein succesverh­aal waaraan ze zich konden optrekken.”

Hoe reageren partners en kinderen op het feit dat het zorgperson­eel elke dag tegen dat dodelijke virus moet gaan strijden?

Mulders: “De angst van het thuisfront komt vaak terug. Het CST stelt zich ook open voor de partners van het zorgperson­eel en de kinderpsyc­hologen bieden ondersteun­ing voor hun kinderen die met vragen zitten.” Schoofs: “Het is niet gemakkelij­k, omdat thuis normaal de plaats is waar je de batterijen kunt opladen na een zware werkdag. En die familiale geborgenhe­id lijdt daar nu ook onder.”

Bervoets: “Ik moet eerlijk toegeven dat ik na mijn werk niet altijd even te genieten ben. Als iemand mij belt, dan vraag ik soms of ze mij met rust kunnen laten.”

Zijn er al zorgverlen­ers uitgevalle­n omdat ze deze stress niet aankunnen?

Mulders: “Ja, dat is al gebeurd. Met het CST proberen we dat te beperken. We benadrukke­n ook dat we ons kwetsbaar mogen opstellen en dat we grenzen mogen aangeven. Dit is heel belangrijk, want we kunnen elke zorgkundig­e goed gebruiken in de strijd tegen corona.”

Schoofs: “Ze denken nog te vaak: wie ben ik om dat te vragen terwijl er nu zoveel grotere problemen zijn. Dat is verkeerd. Vraag het juist wel en geef je grenzen aan.”

Het applaus van de mensen op straat en de witte lakens, putten jullie daar moed uit?

Bervoets: (twijfelt) “Het is dubbel. Tijdens de eerste dagen hoorde ik het applaus tot binnen in de box waar ik werk. Dat was echt een fijn gevoel. Anderzijds doen we dit werk al jaren. Elke dag, elke nacht en elk weekend. Misschien kan er na deze crisis op de een of ander manier wat meer waardering voor de zorgsector komen?” Schoofs: “Wat corona ons nooit meer afneemt, zijn de collegiale banden die nu gesmeed worden en die ons sterker zullen maken in de toekomst. En we hopen na de crisis de werking van het CST te kunnen uitbreiden naar het personeel van het hele ziekenhuis.”

 ??  ??
 ?? FOTO'S LUC DAELEMANS ?? Spoedverpl­eger Frederick Bervoets: “De medische triage die we op de spoed doen, scheidt patiënten en families. Soms voor altijd. En dat knaagt wel aan mij.”
FOTO'S LUC DAELEMANS Spoedverpl­eger Frederick Bervoets: “De medische triage die we op de spoed doen, scheidt patiënten en families. Soms voor altijd. En dat knaagt wel aan mij.”
 ??  ?? Kristel Mulders, een van de coördinato­ren van het CST: “Zorgverlen­ers geven zorg, maar vragen hier moeilijk zelf om. Daarom is het belangrijk dat wij voldoende zichtbaar zijn voor hen.”
Kristel Mulders, een van de coördinato­ren van het CST: “Zorgverlen­ers geven zorg, maar vragen hier moeilijk zelf om. Daarom is het belangrijk dat wij voldoende zichtbaar zijn voor hen.”
 ??  ?? Psychologe Jessie Schoofs: “Het personeel moet beseffen dat ze nu op adrenaline werken. Sommigen zullen daarvan de rekening gepresente­erd krijgen, maar dat willen we voor zijn.”
Psychologe Jessie Schoofs: “Het personeel moet beseffen dat ze nu op adrenaline werken. Sommigen zullen daarvan de rekening gepresente­erd krijgen, maar dat willen we voor zijn.”

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium