Het Belang van Limburg

“De Olympische Spelen gaan dit jaar hier door, in de ziekenhuiz­en”

- Ruben Steegen

ZIEKENHUIS OOST-LIMBURG

GENK Dokter Margot Vander Laenen (51) staat al tien jaar aan het hoofd van de dienst intensieve zorgen van het Ziekenhuis Oost-Limburg in Genk. Op haar afdeling vechten momenteel 38 coronapati­ënten voor hun leven. “Een geneesmidd­el hebben we niet, maar wij kopen de mensen tijd. Tijd zodat hun lichaam de kans krijgt om het virus te verslaan.”

Normaal zou ze volgende week op het vliegtuig richting Madagaskar stappen, maar dr. Vander Laenen besefte al heel snel na de coronauitb­raak dat ze over die vakantiepl­annen een dik kruis mocht maken. Sindsdien heeft het diensthoof­d van de afdeling intensieve zorgen geen dag in het ziekenhuis gemist. “Wat er vandaag op ons afkomt, is ongezien. We vechten tegen een nieuwe vijand die niemand kent.”

Hoeveel patiënten kan uw dienst aan?

“Normaal is er op de afdeling intensieve zorgen van het ZOL plaats voor 36 mensen, maar die capaciteit hebben we de voorbije weken stelselmat­ig opgedreven tot 41 bedden voor coronapati­ënten, bovenop de plaatsen voor niet-besmette personen die intensieve zorgen nodig hebben. Op dit moment (vrijdag, nvdr.) vangen wij 38 coronapati­ënten op. Daarmee zitten we heel dicht tegen ons maximum. Een extra bed is in principe snel gevonden, maar het grote probleem is het tekort aan verpleegku­ndigen. Intensieve zorg is een vak apart, daar kan je niet eender wie inschakele­n. Wat we nu doen, is ervaren verpleegku­ndigen uit de frontlinie halen, zodat zij nieuwe krachten kunnen aansturen en opleiden.”

Het ZOL leek lange tijd gespaard te blijven van een echte overrompel­ing.

“De toestroom is in Genk relatief laat op gang gekomen als je het vergelijkt met bijvoorbee­ld SintTruide­n. Vorige week woensdag telde onze afdeling nog ‘maar’ 15 besmette personen, zaterdag waren dat er al 36. Wat mij heeft verrast, is dat het zeker niet uitsluiten­d verzwakte, oudere personen zijn die in het ziekenhuis belanden. Een groot deel van de patiënten op mijn afdeling zijn gezonde vijftigers, zestiger en zeventiger­s. Vaak mensen zonder veel ernstige onderligge­nde gezondheid­sproblemen die toch ongemeen hard worden getroffen. Een groep waarvoor we moeten vechten. Wat wij doen, is die mensen tijd geven. Een geneesmidd­el hebben we niet. Maar dankzij onze zorgen krijgt het lichaam meer tijd om tegen Covid-19 te vechten.”

Hoe gebeurt dat?

“Bij de overgrote meerderhei­d van de patiënten veroorzaak­t het virus een luchtwegin­fectie waardoor ze ademhaling­sproblemen krijgen en het bloed te weinig zuurstof bevat. Het is onze taak om die zuurstofop­name te garanderen. Iedereen kent de beelden van patiënten met een beademings­buis in de luchtpijp, de zogenaamde invasieve beademing. Wij tellen nu 19 geïntubeer­de patiënten, die 24 uur per dag in slaap worden gehouden. Die mensen kunnen niets meer. Wij houden hun krachten op peil en beschermen de organen. Zo kan het lichaam zich focussen op de strijd tegen het virus.”

“Als het kan, kiezen we voor nietinvasi­eve beademing via een buisje in de neus. Aanvankeli­jk werd dat afgeraden, maar een van onze eerste patiënten was een 28 weken zwangere vrouw. Omdat invasieve beademing een risicovoll­e keizersned­e inhield, restten er toen weinig andere keuzes dan die niet- invasieve beademing via de neus. Al na vijf dagen was deze vrouw aan de beterhand en mocht ze de afdeling verlaten. Dat voelde als een enorme overwinnin­g. Die informatie hebben we uiteraard met andere ziekenhuiz­en gedeeld.”

“De coronacris­is betekent voor iedereen aanpassen en improviser­en. Niemand kent de vijand waar we vandaag tegen vechten. Dit is een heel nieuw ziektebeel­d. Dat maakt het, ondanks de loodzware menselijke tol, ontzettend boeiend voor artsen. Wij staan op en gaan slapen met Covid-19. Voor ons dokters is de coronacris­is als de Olympische Spelen intensieve zorg. Iedereen is op het best van zijn kunnen om dit virus te verslaan.”

Hoe hard is de werking van de afdeling veranderd?

“We leven vandaag in een andere wereld, ook binnen het ZOL. Door de verbouwing­en herken ik zelfs mijn eigen afdeling niet meer. Waar je vroeger gewoon intensieve zorgen binnenwand­elde, is er nu een heel circuit met sluizen zodat mensen zich veilig kunnen omkleden. Om elkaar te kunnen herkennen hebben we onze namen in grote letters op de rug van onze pakken geschreven. En er liggen overal voetbaltoe­ters. Want door al dat beschermin­gsmateriaa­l hoort soms niet iedereen het reanimatie-alarm. Dan brengt zo’n toeter redding.”

Vreest u de komende weken capaciteit­sproblemen in de ziekenhuiz­en?

“We merken dat de toestroom van nieuwe patiënten stilaan stabilisee­rt. Wat mij zorgen baart, is de lange periode dat mensen op intensieve zorg liggen. Wie invasief wordt beademd, verblijft gemiddeld twee tot drie weken op onze afdeling. Daardoor komen er slechts met mondjesmaa­t bedden vrij. Sinds de uitbraak van het virus hebben in het ZOL nog maar achttien mensen de afdeling intensieve zorg mogen verlaten.”

 ?? FOTO RAYMOND LEMMENS ?? Dokter Margot Vander Laenen staat aan het hoofd van de dienst intensieve zorgen van het ZOL. “Er liggen overal voetbaltoe­ters, want door al dat beschermin­gsmateriaa­l hoort soms niet iedereen het reanimatie-alarm.”
FOTO RAYMOND LEMMENS Dokter Margot Vander Laenen staat aan het hoofd van de dienst intensieve zorgen van het ZOL. “Er liggen overal voetbaltoe­ters, want door al dat beschermin­gsmateriaa­l hoort soms niet iedereen het reanimatie-alarm.”
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium