Wij tegen de curve
Crisistijden vergen crisismaatregelen. Dat is in een ziekenhuis als het ZOL niet anders. We hebben de piek van de epidemie nog niet bereikt: het aantal patiënten zal nog toenemen, dus moeten wij ervoor zorgen dat we te allen tijde onze bedden en ons personeel zo efficiënt mogelijk inzetten om de beoogde zorgkwaliteit te blijven bieden. Het is een wedstrijd ‘wij tegen de curve’. Dag na dag, en eigenlijk zelfs meermaals per dag, moet het ziekenhuis een inschatting maken van het aantal patiënten dat bijkomend kan worden opgevangen. Dat is een zeer moeilijke evenwichtsoefening, want er zijn heel wat onbekenden in de vergelijking. We kennen de huidige bedbezetting, maar die kan van uur tot uur veranderen door verschuivingen van patiënten van gewone COVID-afdelingen naar een kritieke COVID-afdeling en omgekeerd. Daarenboven komen er elke dag nieuwe patiënten bij, maar gelukkig kunnen we ook dagelijks mensen die beter zijn ontslaan. Die instroom en uitstroom zijn uiteraard niet op elkaar afgestemd, en dus is het elke dag koffiedik kijken. Aan de andere kant - die van de zorgverleners - kennen we het aantal verpleegkundigen, artsen en andere beroepsgroepen die we ter beschikking hebben in het ziekenhuis. Maar natuurlijk heeft niet iedereen dezelfde expertise. En ook wij kunnen ziek worden, al blijft dit gelukkig nog beperkt in het ZOL. Het beschikbare aantal bedden en de hoeveelheid beademingstoestellen in ons ziekenhuis zullen waarschijnlijk niet de
bottleneck vormen wanneer de epidemie op haar hoogtepunt is, maar wel het aantal gekwalificeerde verpleegkundigen. Daarom werden in ons ziekenhuis al meer dan tweehonderd verplegers en verpleegsters opgeleid om waar nodig ondersteuning te kunnen bieden op de diensten intensieve zorg. Ook artsen scholen elkaar bij en bieden hulp op afdelingen waar ze normaliter niet komen. Daarnaast hebben we een oproep gelanceerd aan verpleegkundigen die niet in het ZOL werken, maar die om diverse redenen tijdelijk het verpleeguniform weer willen aantrekken om een handje te komen toesteken. Kortom, we moeten creatief zijn om de zorgverlening te kunnen blijven garanderen nu de druk groter wordt, en tot nu toe lukt dat wonderwel. Onze directie is in de weer, samen met divisiemanagers en betrokken clinici, om te kunnen verzekeren dat er vandaag, morgen en ook de komende weken voldoende hulpverleners zijn om onze patiënten de best mogelijke zorg te blijven geven. Voor zij die in ons ziekenhuis liggen, én voor diegenen die de komende weken nog zullen toestromen.