Het Belang van Limburg

Borgloonse barbecue

- Wilfried Colmonts

Het is vrijdagnac­ht, net geen tien over twee. Met een slaapdronk­en kop reik ik naar mijn smartphone die op het nachtkastj­e ligt te zoemen. Ik heb dit weekend dienst in de wachtpost. Een uur geleden kroop ik onder de wol, nadat ik van zeven uur gisterenav­ond tot één uur ononderbro­ken in de weer was. Het was voorbarig om te denken dat de nacht me vanaf dan misschien rust zou gunnen.

Ik neem m’n telefoon op, in het volle besef dat het onchristel­ijke uur van de oproep geen goed nieuws kan betekenen. Natuurlijk heb ik gelijk. De secretares­se vraagt me om zo snel mogelijk naar het rusthuis te gaan. Ik schiet in mijn kleren, graai naar mijn tas, en sla de deur dicht in het gezicht van de nacht. Buiten staat de chauffeur van de wachtpost al klaar. Ik groet hem, stap in de wagen, en op weg naar waar ik zijn moet, denk ik na. De voorbije avond waart door mijn hoofd. Het valt me op hoeveel telefoons ik heb beantwoord. Veel meer dan tijdens wachtdiens­ten in ongeteiste­rde tijden. Ook al zitten we nu in de vierde week van de lockdown, er is nog maar weinig gewenning, zo merk ik. Veel mensen hebben onbeantwoo­rde vragen, soms zijn ze bang. Bij het minste hoestje worden ze ongerust en hangen ze aan de lijn. Terecht. Het is mijn taak om mijn patiënten in het gunstigste scenario gerust te stellen, en om hen in meer precaire situaties verder te helpen.

In schril contrast met de angst die bij sommigen heerst, merk ik ook nog altijd veel laksheid. Het zijn twee uitersten die in deze crisis hand in hand blijken te gaan. Tijdens eenzame fietstocht­jes zie ik veel te vaak groepen mensen die selectief doof lijken. Of ik lees op Facebook berichten over buren die in mijn eigen Borgloon de lente vieren met worsten en bier. Samen leute makend rond de barbecue. Het is dankzij mensen als deze dat ik nu onderweg ben. Half drie. We draaien de parking op van het rustoord dat mij gesommeerd heeft. De chauffeur helpt me in mijn astronaute­npak, een druk op de nachtbel roept de verpleegst­er van wacht. Niet veel later ben ik waar ik moet zijn. De gang ligt er verlaten bij. Naast twaalf deuren staan vuilnisbak­ken met daarin gebruikte handschoen­en, mondmasker­s en schorten. Op evenveel stoelen, naast dezelfde deuren, liggen enkele plastic pakken met daarin verse, steriele schorten. Hier heerst het virus. Deze gang is de eindbestem­ming voor minstens enkele van de bewoners achter deze gedoemde deuren. Eén deur staat open. Ik ga binnen en doe wat moet. Deze kamer komt vrij. De mevrouw op het bed heeft haar niet meer nodig. Net zomin als de lakens die haar lichaam bedekken. Misschien kunnen die later nog dienen. Misschien wel voor een leutemaker op één of andere gezellige Borgloonse barbecue.

 ??  ?? De Limburgse huisartsen zetten in deze crisistijd alle zeilen bij om hun patiënten met raad en daad bij te staan. Dokters Jos Vanhoof (Lommel) en Wilfried Colmonts (Borgloon) brengen dagelijks verslag uit vanuit hun praktijk.
De Limburgse huisartsen zetten in deze crisistijd alle zeilen bij om hun patiënten met raad en daad bij te staan. Dokters Jos Vanhoof (Lommel) en Wilfried Colmonts (Borgloon) brengen dagelijks verslag uit vanuit hun praktijk.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium