Het Belang van Limburg

De Mannen achter Matje

-

Otto Vergaerde (26)

Mijn eerste opdracht bestond erin ervoor te zorgen dat een ‘controleer­bare’ groep wegreed. Niemand van de grote blokken uiteraard. Maximaal zeven, acht renners, had de ploegleidi­ng vooraf gezegd. Het duurde veertig minuten — tot na Sint-Niklaas — voor de vroege vlucht weg was en daarin heb ik mijn hoogste waarden van de dag gehaald: 400 normalized watt, pittig toch wel.” “Bij de eerste passage van de Oude Kwaremont zat ik vast achter een val. Ik heb moeten achtervolg­en op de hectische nieuwe lus richting Valkenberg. Daarna moesten we elkaar een beetje zoeken in het peloton, maar Mathieu zat nooit alleen. Ik ben er vooraan bij kunnen blijven tot de Koppenberg, de rest heb ik van horen zeggen. Letterlijk: in de laatste kilometers kon ik de koers alleen volgen door wat ik hoorde in mijn oortje: ‘Zeker je eigen sprint rijden, Mathieu. Laat je niet intimidere­n’. Echt nagelbijte­n, maar uiteindeli­jk was het allemaal perfect.”

Dries De Bondt (29)

“Het was mijn taak om mee te springen wanneer renners van vooral Deceuninck – Quick-Step anticipati­e-aanvallen zouden opzetten. We dachten dat ze dat tussen de eerste en de tweede keer Oude Kwaremont al zouden proberen. Op de Wolvenberg en de Holleweg ben ik zo achter Yves Lampaert aan gegaan. Maar het was raar: mijn rug schoot vast en mijn benen liepen vol, zonder echt tegen mijn limiet aan te zitten. Om eerlijk te zijn: ik heb onder mijn niveau gepresteer­d in de Ronde. Veel mensen zullen wel gezien hebben dat ik op de Berendries aan het zwemmen was.”

“Ik heb voor mezelf beslist om vol voor de ploeg te rijden. In deze ploeg zet iedereen zijn ego opzij. Ik heb ‘een streep getrokken’ richting tweede keer Kwaremont, om Jonas Rickaert en Mathieu daar zo goed mogelijk af te zetten. Jammer genoeg heb ik daarom niet meer kunnen uitrijden, wat ik in mijn trui van Belgisch kampioen natuurlijk graag had willen doen. Op de Kluisberg is de groene vlag mij voorbijger­eden. Ik heb de Hotond gelaten voor wat hij was en ben via de N60 rechtstree­ks naar de teambus in Oudenaarde gefietst. Dat was het voordeel: ik heb de laatste zeven kilometer nog op televisie kunnen zien. (lacht) Of het beter gaat met mijn rug? Niet echt. De Duvels die ik ’s avonds in het hotel heb gedronken, hebben de pijn hoogstens een beetje verdoofd.”

Jonas Rickaert (26)

“Ik moest zo lang mogelijk bij Mathieu blijven. Hem zo economisch mogelijk afzetten bij de tweede keer Oude Kwaremont. Op de tweede passage van de Kwaremont zaten we nog met drie renners naast Mathieu. Hij was zelf heel rustig. Ik heb het nooit anders geweten. Stress zie je bij hem nooit.”

“Ik denk dat ik zelf op zo’n drie kilometer van de meet zat toen Mathieu aan zijn sprint begon tegen Wout. Het bleef verdacht lang stil op de teamradio, vond ik. Ik reed naast Otto Vergaerde en we zagen het niet goed zitten: Het is te stil, het zal niet goed zijn. (lacht) Tot Mathieu ineens begon te roepen in de radio. Ik ben in tranen over de finish gereden. Met de ploeg de Ronde van Vlaanderen winnen, dat ga je in een carrière niet zo vaak meemaken.”

Alexander Krieger (28)

“Oorspronke­lijk was ik niet voorzien voor de Ronde. Tot Christoph me ineens een sms’je stuurde: You’re in. Ik kan moeilijk beschrijve­n hoe het voelde om de Ronde te rijden. Het is de race waar ik altijd al van droomde. (Krieger reed tot vorig jaar op continenta­al niveau, nvdr.)” “Ik heb dit seizoen heel weinig races met Mathieu gedaan. Alleen de Brabantse Pijl en de Ronde. Wat kan ik zeggen? Als je naast hem rijdt, voel je zijn aura. Hij heeft altijd vertrouwen in zichzelf, je merkt ook aan alles dat hij graag koerst. Je hoort niet vaak dat ploegleide­rs vooraf zeggen: ‘Zeker niet aanvallen voor…’ Bij Mathieu is het wel zo.” (lacht) “Ik ben tevreden over mijn prestatie: ik zat er ook nog bij op de tweede keer Oude Kwaremont, wat niet meer van mij werd verwacht. Daar heb ik mezelf wel helemaal opgeblazen. Nadien kon ik op de kasseien niet eens meer vlot mijn benen rond draaien. Helemaal f***ed. (lacht) Dries De Bondt reed me voorbij, maar ik kon totaal niet meer volgen.”

Gianni Vermeersch (27)

“Voor mezelf had ik meer van de Ronde verwacht. Ik had materiaalp­ech bij de eerste doortocht op de Kwaremont en nadien zat ik ook nog wat vast achter de valpartij van Wout van Aert. Ik ben nog teruggekee­rd en heb nog wel geprobeerd om mee te gaan met een paar aanvallen of om net groepjes terug te halen, maar eigenlijk zat ik te vroeg door mijn beste krachten heen. Gelukkig wint Mathieu, dat maakt natuurlijk alles goed. De Ronde was zijn grote doel, hij wilde de puntjes op de i zetten.” “De finale heb ik op de bus kunnen volgen en dat was prachtig. Ik had aan de jump van Mathieu meteen gezien dat hij won. Dries en Alexander twijfelden, maar ik was zeker. Iedereen was aan het roepen en schouderkl­opjes aan het uitdelen, heel intens allemaal.”

Petr Vakoc (28)

“Mijn job was om mee te schuiven met aanvallen tussen de eerste keer en de tweede keer Oude Kwaremont. Het was grappig: ik zat te ver achterop om nog echt connectie te hebben met de radio. Ik hoorde Mathieu roepen, maar er zat heel veel gekraak bij. Ik kon er niet uit opmaken of het vreugde was omwille van een podiumplaa­ts of een overwinnin­g. Het vragen in de radio lukte al helemaal niet. Toen ik in de laatste rechte lijn kwam, speelden ze de beelden van de sprint af op het grote scherm. Mijn eerste indruk was dat Van Aert toch had gewonnen. Gelukkig was ik helemaal verkeerd.” (lacht)

 ?? FOTO PHOTO NEWS ?? De ploegmaats van Mathieu ‘Matje’ van der Poel reconstrue­ren hun Ronde, van de vroege vlucht tot de Duvels in het teamhotel.
FOTO PHOTO NEWS De ploegmaats van Mathieu ‘Matje’ van der Poel reconstrue­ren hun Ronde, van de vroege vlucht tot de Duvels in het teamhotel.

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium