Onthoofdingen, kapotgeslagen klokken en geheime missen
De lange Valikstraat dankt haar naam aan de achttiende-eeuwse hoeve aan het begin van de weg. Op de gevel van die pittoresk ogende vierkantshoeve lezen we dat “hier tijdens de Franse Revolutie clandestien de H. Mis gelezen werd”. We spoelen terug naar het einde van de achttiende eeuw en het begin van de Franse bezetting, wanneer revolutionairen hier wild rond raasden en probeerden de almachtige kerk – vaak letterlijk - van haar sokkel te werpen.
Boerenkrijg
In 1792 - drie jaar na de bestorming van de Bastille - rolden de Franse revolutionairen of sansculotten als een pletwals over de streek. Onder leiding van generaal Dumouriez kegelden de Fransen de Oostenrijkse overheersers buiten. Met geweld werden revolutionaire ideeën zoals de onderwerping van kerk aan staat opgedrongen. Ook de Kortessemse clerus moest trouw zweren aan de overheerser en zijn ‘goddeloze’ wetten erkennen. Maar de priesters weigerden resoluut, erkenning betekende immers het verlies van eeuwenoude macht.
Als antwoord op de ongehoorzaamheid werd de Sint-Pieterskerk van Kortessem gesloten, kerkelijke goederen werden in beslag genomen. Devote dorpelingen zaten plots zonder mis. En dan werd ook nog eens de dienstplicht ingevoerd. Gelovigen moesten tegen hun wil gaan strijden tegen de verdedigers van de Kerk. Een brug te ver. Over heel België verzamelden boeren zich in een kortstondige opstand: de Boerenkrijg.
Kapotgeslagen klokken
Even heroverden de opstandelingen Hasselt, maar het verzet werd al snel gewelddadig de kop ingedrukt. De boerenkrijgers werden gefusilleerd, opgeknoopt en onthoofd. De wegen richting Kortessem lagen bezaaid met neergesabelde en bevroren lijken. In elk dorp werden Franse soldaten ingekwartierd om een nieuwe opstand te voorkomen. Honend namen die troepen wraak op de ongehoorzame kerk, gezien als opruiers van de opstand. Met lede ogen aanschouwde Kortessem hoe de sansculottes de deuren van de Sint-Pieterskerk openbraken. Altaren werden vernietigd, kruisbeelden verbrand en heiligenbeelden neergesmeten. De waardevolle klokken werden opgebroken en weggevoerd naar Maastricht, om daar de oorlogskas te spijzen.
Drie priesters zwoeren uiteindelijk trouw aan de Fransen, de overige vijfenveertig werden verbannen of gearresteerd. Maar de opstandige priesters gaven zich niet zomaar gewonnen. Overal verzorgden ze in het geniep de eucharistie voor hun gelovigen. In hoeves, kastelen en privéwoningen gaven ze geheime missen. En volgens de volkslegenden werd de hoeve Valik in Kortessem ook omgetoverd tot zo’n schuilkerk.
Sluipweg
“De hoeve was destijds eigendom van een welgestelde familie die nauw contact onderhield met de clerus”, vertelt oud-burgemeester Camille Cuykx. “Tussen de hoeve en de Sint-Pieterskerk liep in die tijd een veldweggetje. De lokale overlevering wil dat kanunniken bij het vallen van de avond vanuit het centrum naar de Valik slopen. Aan de rand van de stad lag de hoeve ver weg van de Franse soldaten in het centrum. De ideale locatie voor een geheime mis. De legende spreekt over kanunniken, of er gewone gelovigen aanwezig waren weten we niet. Een kast zou als noodaltaar zijn gebruikt.”
Na lang bedisselen, gooiden consul Napoleon en de paus het op een akkoordje om een einde te maken aan de vervolging van de kerk. De opstandige priesters zwoeren trouw aan de grondwet en keerden terug. De onteerde kerk heropende maar het
Camille Cuykx Oud-burgemeester zou nog decennia duren vooraleer ze opnieuw in weelde baadde. De herinnering aan die turbulente periode zou nog eeuwen nazinderen in Kortessem.
Toneel
Dat herinnert ook Jos Punie van heemkundig blad Het Poortje zich. “In het vijfde leerjaar moesten we bij meester Lambrechts een toneelstuk over de Boerenkrijg opdragen. Een deel van de klas droeg de broek van de sansculotte, een ander deel trok de boerenkiel aan. In een akte stond er een priester aan een nagemaakt altaar in het geniep de mis voor te dragen. Of het om de Valik ging, weet ik niet. Maar het is mij en zovele klasgenoten wel altijd bijgebleven.”
Doorheen de eeuwen werd de ‘Valik’ een begrip in Kortessem, vertelt Cuykx. “De bewoners van de hoeves worden bestempeld als ‘van de Valik’, hun echte achternaam hoor je nooit. Het verhaal en de naam werden vereeuwigd op een gedenkplaatje en in de straatnaam.”