Suzuki trof al 12 keer raak: “Ik sta toevallig op de goede plek om het af te maken”
Het zijn drukke tijden voor de persverantwoordelijke van de Aziatische spelers bij STVV. Ook in Japan zijn de straffe statistieken van Yuma Suzuki immers doorgedrongen. De interviewaanvragen stromen dan ook binnen. Ook wij konden de sluipschutter van de Kanaries tussen twee trainingen in strikken voor een gesprek via het online platform Zoom. Met zijn twaalf goals moet Suzuki enkel nog Paul Onuachu (20) en Thomas Henry (16) voor zich dulden in de topschuttersstand. En dat als spits van een ploeg die tot voor kort helemaal onderaan bengelde.
Weet je wie er op kop staat in de topschutterslijst?
Suzuki: “Eerlijk? Nee. Ik ben er ook niet mee bezig. Ik geniet wel van mijn twaalf doelpunten, maar die zijn stuk voor stuk het resultaat van teamwerk. Ik sta toevallig op de goeie plek om het af te maken.”
Heb je een aantal doelpunten voor ogen? Een cijfer dat je wil halen?
“Ja, maar dat hou ik liever voor mezelf. Het belangrijkste is dat we als team op dit elan voortgaan. Alleen dan kan ik ook blijven scoren.”
Peter Maes zei onlangs dat je geen spelvreugde had toen hij het roer overnam van Kevin Muscat.
“Kan zijn. Feit is dat Kevin Muscat met de zachte hand coachte. Hij was voor iedereen vriendelijk en genereus. Peter Maes is het tegenovergestelde. Hij heeft ons wakker geschud. Hij eist altijd 100 procent focus en als je een fout maakt, scheldt hij je de huid vol. Ik was die manier van coachen niet gewoon. Maar het heeft me wel beter gemaakt.”
Met Ilombe Mboyo kreeg je er ook een nieuwe spitsbroeder bij. Is zijn rol als bliksemafleider eveneens een verklaring voor jouw doelpuntenproductie?
“Zeker weten. Al op de eerste training zag ik dat Ilombe iets speciaals heeft. Hij heeft zoveel ervaring en skills. Hij kan de bal bijhouden, tussen de linies lopen, scoren en laten scoren. Hij is de complete spits die ik wil worden. Ik kan nog veel van hem leren.”
Je bent 24 en je scoort aan de lopende band. Op papier is dat het ideale moment voor een grote transfer.
“Elke profvoetballer droomt ervan om in een grote competitie terecht te komen. Voor mij is de Serie A een droom. Ik denk ook dat ik er goed zou passen. Maar we zitten midden in het seizoen, ik ben nu absoluut niet bezig met een transfer. Mijn manager ook niet trouwens. Als ik goed blijf presteren, komt die transfer er ooit wel.”
Hoe zit het met de nationale ploeg van Japan? Heeft de bondscoach je al gebeld?
“Neen, nog niet. Natuurlijk wil ik ooit in de nationale ploeg geraken, maar ik heb nog meer doelen. De Champions League bijvoorbeeld. Voor mij is dat het hoogst haalbare.”
Jouw naamgenoot speelt nu in de aanval van Japan, Musashi Suzuki van Beerschot. Als hij in de ploeg kan geraken, waarom jij dan niet?
“Ik vergelijk me niet graag met anderen. Musashi heeft zijn specifieke kwaliteiten. Hij is sneller dan ik en hij schiet ook beter op doel. Mijn sterkte is dat ik goed ben in positie kiezen.”
Voel je dat je na anderhalf jaar in Europa sterker bent geworden?
“Goh, dat kan ik moeilijk zeggen. Ik maak liever de balans op aan het einde van het seizoen.”
Ben je eigenlijk gelukkig in België? We herinneren ons nog goed dat je door heimwee getroffen werd toen je hier toekwam.
(Op de achtergrond horen we ploegmaat Jorge Teixeira roepen: ‘he needs a woman!’) “Ik had inderdaad wat moeilijkheden toen ik hier pas toekwam. Maar ik ben een vechter, ik ben niet voor niets vanuit Japan naar België gekomen. Ik wil deze uitdaging tot een goed einde brengen.”
Je bent alvast goed op weg. Straf dat je zo’n goede statistieken kan voorleggen terwijl je je familie al zo lang moet missen.
“(Knikt) Ik heb mijn familie en vrienden in Japan al niet meer gezien sinds mei. Alleen maar online. Gemakkelijk is dat niet, neen. Maar ik voel dat ik mentaal wel sterker ben geworden door deze hele situatie.”
Wat is voor jou het grootste verschil tussen dit STVV en dat van een maand geleden?
“De mentaliteit. We pakken nu ook punten in lastige wedstrijden omdat iedereen er zijn hoofd voor legt en geconcentreerd blijft van begin tot einde.”
Jullie hebben zoveel punten dat de linkerkolom plots zelfs in zicht is.
“Dat is praat voor de media en de supporters. Wij kijken niet verder dan de volgende wedstrijd. Met die mentaliteit zijn we trouwens al ver geraakt.”