“Ik heb respect voor Sven Nys maar we komen niet meer bij elkaar over de vloer”

Je maakte maandag de WK-selectie bekend. Mag ik dat irrelevant vinden? Het heeft geen invloed op de uitslag of je Daan Soete of Thijs Aerts selecteert.

“Dat is te kort door de bocht. Drie jaar geleden heb ik Kevin Pauwels aan de kant geschoven bij het WK in Valkenburg. Ik ben zeker dat als Rudy De Bie toen nog bondscoach was, Kevin altijd dat WK had gereden.”

Waarom was dat belangrijk?

“Voor de gemoedsrust van kopman Wout van Aert.”

Een gevolg van het conflict tussen hem en Pauwels op het WK van het jaar voordien over een beschuldiging van een attest voor medicijngebruik.

“Onder andere. Ook omdat Wout er toen zijn generatiegenoten en trainingsmaten Soete, Hermans en Merlier bij wilde. Iedereen zegt dat de cross een individuele sport is, maar voor het vertrouwen van Wout was hun aanwezigheid toen zeer belangrijk. Toppers zoals Wout verwachten van een bondscoach meer dan een parkeerticket voor hun mobilhome.”

Welk type bondscoach ben jij: tacticus, vaderfiguur, motivator?

“In de eerste plaats een luisterend oor, die ook tactisch uit de voeten kan.”

Waar heb je die tactiek geleerd?

“Aangeboren intuïtie. Je hebt dat of je hebt dat niet. Tijdens mijn laatste seizoenen vormde ik samen met Sven Nys een tweemansploeg. Op de weg konden we enkel kermiskoersen rijden. Op papier was Sven een veel betere renner, maar op tien koersen was hij slechts één keer mee in de juiste vlucht, terwijl ik negen keer mee was. Ik heb daar een neus voor, terwijl Sven dan achteraf altijd stond te vloeken.”

Sven Nys was naast ploegmaat ook jaren jouw buddy. Haast een identieke tweeling. Hoe is die band nu?

“Minder. Toen ik na één jaar als ploegleider onder leiding van

Sven bij Telenet-Fidea opeens bondscoach van het veldrijden kon worden, zijn onze wegen gescheiden. Zolang ik bij Sven in de ploeg zat, werd er gezegd dat ik daar aan boord bleef, omdat ik zijn kameraad was. Toen er zich een kans voor deed om daaraan te ontsnappen, heb ik die gegrepen. Omdat we andere paden bewandelden, is de band niet meer hetzelfde.”

Is er iets gebroken?

“Goh... Laat ons zeggen dat we van mening verschillen over een aantal zaken.”

Zijnde?

“Het verhaal Thibau bijvoorbeeld. Toen ik nog ploegleider was bij Telenet-Fidea was dat nog een echte ploeg. Ondanks concurrentie van Van Aert en Van der Poel stonden we elke week op het podium en wonnen grote crossen met Toon Aerts, Lars van der Haar en Tom Meeusen op zijn beste niveau. Vandaag blijft van dat sterk blok nauwelijks nog iets over. Sven gaat mij dit kwalijk nemen, maar je ziet Baloise - Trek steeds meer evolueren naar Team Thibau. Ik zou nooit op die manier te werk gegaan. Idem die tv-serie en individuele sponsors... Ze zullen dat zelf ontkennen, maar er wordt van thuis uit een enorm verwachtingspatroon gecreëerd. Pas op, ik geloof in Thibau. Ik heb hem op de fiets al stoten zien uithalen, die ik weinige anderen heb zien doen, maar hij moet nog alles waarmaken en heeft het in zijn eerste jaar bij de beloften niet gemakkelijk.”

Je hebt hem ook niet geselecteerd voor het WK.

“Zes maanden geleden had niemand durven denken dat Thibau het WK niet zou rijden, maar zijn leeftijdsgenoot Emiel Verstrynge is momenteel gewoon beter. Sven en ik hebben al felle discussies gevoerd over Thibau en dat is bij Sven niet in goede aarde gevallen.”

Je komt niet meer bij hem over de vloer?

“Inderdaad.”

Dat antwoord kwam rap. Vroeger deed je dat wel vaak?

“Ja.”

Vind je dat spijtig?

“Ergens wel, maar er is nog steeds wederzijds respect. Ik heb veel bewondering voor de atleet en het palmares van Sven Nys. Toen ik deel uitmaakte van zijn team, waren dat mooie tijden. Ik kijk daar tevreden op terug, maar vandaag staan we in een heel ander gegeven.”

Jij bekleedt nu een belangrijkere functie dan hem.

“Klopt, maar zo bekijk ik dat niet. Dat is geen doel op zich.”

Over naar de weg. Over jouw palmares als wegrenner kunnen we kort zijn.

“Twee zeges. In Desselgem en Westrozebeke, maar dat zijn geen UCI-koersen.”

Een bondscoach zonder profzege. In hoeverre tast dat jouw geloofwaardigheid aan?

“Ik maak mij geen illusies. Wanneer ik de komende jaren op een WK op de weg een tactische fout maak, zal ik het mogen horen: Wat kent die crosser nu van koersen op de weg. Zelfs als crosser had ik maar een beperkt palmares, maar ik heb wel alle aspecten van de wielersport meegemaakt. Ik heb wereldbekers gewonnen en ik weet hoe het voelt om anoniem als 25ste over de meet te bollen.”

Je was als crosser twee jaar top. Nadien ging het snel bergaf. Was je een kind van jouw generatie?

“Neen. “

Je begrijpt wat ik bedoel?

“Jawel. Dat mijn carrière snel een dreun kreeg, is omdat ik op mijn 25ste bij Rabobank een fout heb gemaakt. Ik kampte met een eetstoornis. Ik woog nog slechts 65 kilo terwijl mijn competitiegewicht voordien 73 kilo was. Door die magerzucht verloor ik spieren en kende ik hormonale problemen. Ik heb toen mijn lichaam afgepeigerd en ben dat nooit te boven gekomen.”

Wat doe je als je dit jaar goud pakt op de Spelen en zowel in het veld als op de weg een wereldkampioen hebt afgeleverd en Patrick Lefevere wil van jou eerste ploegleider maken bij Deceuninck - Quick-Step met een fikse loonsverhoging?

“Dat is een moeilijke. Ik heb al lang een goeie band met Patrick. Laat ons zeggen dat ik zeker zou open staan voor een gesprek.”

Nochtans ben je eind 2004 bij hem weg gegaan. Je hebt toen zelfs een doorlopend contract verbroken om naar Rabobank te trekken.

“De grootste fout uit mijn carrière. Was ik toen bij Patrick gebleven, was die eetstoornis mij nooit overkomen.”

De Weert was een Boonen-man, Verbrugghe een Greg-man, wat met Sven Vanthourenhout?

“Niemand krijgt een voorkeursbehandeling. Ik heb natuurlijk een goede relatie met Wout omdat hij uit de cross komt. Wout houdt van structuur en duidelijke afspraken. We draaien niet rond de pot tegen elkaar. Maar het is niet omdat we al vier jaar samenwerken, dat hij boven de rest staat. Ook met Greg, Tiesj, Remco, Lampaert, Stuyven... heb ik een goed contact.”

Niet Verbrugghe, maar jij was de contactpersoon van Van Aert in de aanloop naar het WK in Imola.

“Klopt, maar dat is geen verwijt naar Rik toe. Ik hoor Wout vaak.