Drie uur trainen, vijf uur treinen
Mathieu van der Poel koerst pas over drie weken in de UAE Tour en Wout van Aert hervat na een hoogtestage in Tenerife pas in maart. Voor Tim Merlier (28) verloopt de overgang van de cross naar de weg veel brutaler. Drie dagen na het WK in Oostende staat de sprinter van Alpecin-Fenix aan de start van de Ster van Bessèges. “Zottenwerk? Aan het WK hield ik enkel frustraties over. Ideaal om dat hier van mij af te koersen.”
Zijn crossmateriaal opruimen en het poetsen van de mobilhome laat Tim Merlier al jaren over aan zijn vader en mecanicien. Best, want tussen het WK en de Ster van Bessèges had de renner van AlpecinFenix daar geen tijd voor. “Maandag ben ik twee uur gaan trainen en heb ik veel gerust. Dinsdag heb ik snel nog een uurtje gefietst en dan vijf uur op de trein richting Zuid-Frankrijk.”
Niet de beste voorbereiding op een wedstrijd. Zeker omdat zo’n veldrit van een uur niet te onderschatten valt. Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Tom Pidcock lassen deze week een rustpauze in. “Het verschil met mij is
dat zij zondag wel een uur voluit gingen. Mijn start mislukte volledig en ik reed in niemandsland. Na vier ronden heb ik er met mijn
klak naar gesmeten.”
Merlier eindigde uiteindelijk zeventiende, op meer dan vijf minuten na zijn ploegmaat Van der Poel. “Ik was blij voor Mathieu, maar zelf enorm gefrustreerd. Na een WK eet ik altijd frieten. Nu heb ik aan mijn vriendin (Cameron Vandenbroucke, nvdr.) gevraagd om balletjes in tomatensaus met puree. Er viel niks te vieren. Dat geldt trouwens voor mijn hele crosswinter.”
Quarantaine
Merlier is hard voor zichzelf. Te hard. De vijfde plaats op het BK was best aanvaardbaar en hij mag ook niet vergeten dat hij eind oktober af te rekenen kreeg met corona. “Opgelopen meteen na het wegseizoen. De fysieke beperkingen zijn te verwaarlozen, maar ik ben lang moeten binnenblijven in quarantaine. Dat heeft erin gehakt. Toen ik begin december mijn eerste cross reed, had ik amper twee weken training in de benen. Wout en Mathieu komen daarmee weg. Zij winnen crossen op tachtig procent van hun mogelijkheden. Ik eindig niet eens in de top tien. Ik had langer moeten wachten om te hervatten, maar het kriebelde te hard.” Merlier schakelde snel. Hoewel zijn positie op de crossfiets die van op de wegfiets benadert, trainde hij tijdens de ploegstage in Spanje enkel op de wegfiets. Het klassieke voorjaar, met Kuurne-BrusselKuurne en Gent-Wevelgem, kreeg prioriteit. “Mijn testen wezen uit dat mijn vorm nog groeiende is. Pas over anderhalve maand zal ik top zijn. Daarom besloot ik geen rustpauze te nemen na mijn crossseizoen.”
Sprinten
De Belgische kampioen van 2019 tempert de verwachtingen in zijn eerste koers. “Het wordt aanpassen, maar ik wil mij toch ook tonen. Als er ritten uitmonden in een sprint, zal ik niet twijfelen om mee te doen. Het deelnemersveld is van een vrij hoog niveau, maar ik heb alle sprinters die starten al
“In de sprints op stage was het ongeveer een gelijkspel tussen Jasper en mij. Laten we dus zeggen dat we allebei vertrouwen hebben getankt”
Tim Merlier
eens geklopt. De etappes zijn ook vrij kort, dus er zal vanaf de start vol gekoerst worden in plaats van een lange aanloop met een vroege vlucht.”
Gelijkspel
Hoe het gesteld is met de conditie van zijn concurrenten Ackermann, Bouhanni, Coquard, Degenkolb en Theuns, weet Merlier niet. Wat zijn eigen sprint betreft, heeft hij wel al ijkpunten. Op de stage in Spanje zat hij met Jasper Philipsen in dezelfde trainingsbubbel. “Je wil waarschijnlijk weten hoeveel keer ik hem heb verslagen en andersom? Het was ongeveer een gelijkspel. In de lange sprints ben ik beter dan Jasper, hij trapt hogere wattages op zijn piekvermogen. De morele winnaar? Laten we zeggen dat we allebei vertrouwen hebben getankt. Hoewel we in het verleden al eens in de clinch gingen met elkaar, zie ik Jasper als een ploegmaat en niet als rivaal. We zullen ook meestal een ander programma afwerken.” Toch zullen Merlier en Philipsen de komende maanden onderling uitmaken wie de sprinter voor Alpecin-Fenix wordt in de Tour. “Ik wil graag naar de Tour, maar laat mij eerst maar proberen niveau te halen in de komende koersen.” Om te beginnen een rit winnen in de Ster van Bessèges: dat zou toch een mooi verhaal zijn? Van de zeventiende plaats op het WK veldrijden naar de eerste plaats in Bessèges in amper drie dagen...