Vlaanderen wil overgebleven hoogstamboomgaarden redden
LANDSCHAP WELLEN Vlaams minister voor Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele (N-VA) wil de overgebleven hoogstamboomgaarden in Haspengouw en Voeren voortaan beter beschermen. Parlementslid Ludwig Vandenhove (sp.a) trok daarvoor aan de alarmbel, omdat de oude boomgaarden steeds meer verdwijnen uit het Limburgse landschap.
“Voor sommige telers zijn gewoon alle middelen goed: het noodweer of de wind een handje helpen of zelfs ziekten faken”, zegt Vlaams Parlementslid Ludwig Vandenhove (sp.a). Afgelopen jaar was er een fruitteler die in Wellen een volledige hoogstamboomgaard rooide en wisselde voor een laagstam perenplantage. Om aan de regels te voldoen, plantte hij de gevraagde hoogstam kerselaren tussen de nieuwe fruitplantage. Dat veroorzaakte veel protest, en ook de gemeente wees erop dat op zijn minst ‘de geest van de kapvergunning’ overtreden was. De oude hoogstamboomgaarden worden in Limburg immers tot het erfgoed gerekend.
Procedures
“Maar de controles moeten dan wel opgedreven worden”, zegt parlementslid Ludwig Vandenhove (sp.a). “Daarvoor pleit ik al jaren. En het is kennelijk nodig ook, want ze blijven maar verdwijnen.” Vandenhove stelde daarom een parlementaire vraag aan Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA), bevoegd voor onder meer toerisme. Samen met minister Matthias Diependaele kondigt zij nu een betere bescherming aan. Alle overgebleven hoogstamboomgaarden worden tegen volgend jaar geïnventariseerd en er komen duidelijke procedures voor kappingen en het heraanplanten van fruitbomen.
“Deze hoogstamboomgaarden zijn typisch voor het Limburgse landschap. Ik ga er vanuit dat er voortaan strenger wordt opgetreden, anders zijn ze binnenkort allemaal verdwenen.”