Zuhal Demir legt plan op tafel om strijd tegen misdaadgeld aan te gaan
Van Nederlanders die in ons land pakweg een massagesalon willen openen, wil Vlaanderen weten wat ze in eigen land uitspookten.
En de overheid wil via nutsbedrijven zicht krijgen op wie verdacht veel verbruikt, zodat drugslabo’s snel ontdekt kunnen worden.
De plannen van de Vlaamse regering om misdaadgeld uit het reguliere circuit te halen, krijgen steeds meer vorm. Bevoegd Vlaams minister Zuhal Demir (N-VA) wil niet alleen de informatie van de Vlaamse diensten tot de burgemeesters krijgen, maar ook die van federale diensten, nutsbedrijven en Nederland. Criminelen en hun organisaties pendelen continu de grens over om zo buiten schot te blijven: als er met onze noorderburen een overeenkomst gevonden kan worden om onderling gegevens uit te wisselen, kan een Limburgse burgemeester een Nederlander die over de grens een winkel wilt openen al op voorhand tegen het licht houden.
Van de elektriciteits- en watermaatschappijen wilt Vlaanderen bovendien graag weten wie op korte tijd erg veel verbruikt, want dat kan wijzen op de aanwezigheid van een drugslabo of cannabisplantage.
Het plan gaat nu naar de federale overheid.
De plannen van de Vlaamse regering om misdaadgeld uit het reguliere circuit te halen, krijgen steeds meer vorm. In een nota van bevoegd Vlaams minister Demir (N-VA) staat dat het lokale niveau hiervoor over informatie moet kunnen beschikken van de Vlaamse én federale diensten, maar ook van nutsbedrijven en uit Nederland.
Meer macht aan de burgemeesters in de strijd tegen de ondermijnende criminaliteit en voorkomen dat misdaadgeld in het reguliere circuit terechtkomt. Het was al een paradepaardje van Jan Jambon (N-VA) toen hij nog federaal minister van Binnenlandse Zaken was. De voorbije jaren sprong ook CD&V mee op de kar met een duidelijke roep om bestuurlijke slagkracht. Zuhal Demir (N-VA), Vlaams minister van Handhaving en Justitie, legt nu de laatste hand aan een visienota om alle mogelijkheden in een decreet te gieten. Die nota is opgesteld samen met een werkgroep van specialisten uit het veld.
Kruispuntbank
Demir zal met de tekst binnenkort naar haar collega’s trekken om hen duidelijk te maken dat het belangrijk is om gedetailleerde informatie over (rechts)personen te bundelen in een kruispuntbank. De minister zou daarvoor zo veel mogelijk instanties willen inschakelen. Eigen Vlaamse diensten, maar ook federale én internationale medewerking is een absolute must. Bijvoorbeeld Staatsveiligheid of fiscale fraudebestrijding zijn federaal geregeld. Hun informatie is echter noodzakelijk om een totaalbeeld te vormen en bepaalt hoeveel succes een integriteitsonderzoek naar illegale activiteiten heeft. Voorts zou er gekeken worden naar de internationale mogelijkheden. Het is geen geheim dat ondermijnende criminaliteit zich vaak in de grensregio nestelt. Criminelen en hun organisaties pendelen continu de grens over om zo met hun activiteiten buiten schot te blijven. Als er - in eerste instantie - met Nederland een overeenkomst gevonden kan worden om onderling gegevens uit te wisselen, kunnen lokale besturen proactief optreden.
Het zou bijvoorbeeld betekenen dat een Belgische burgemeester de Nederlandse aanvrager laat screenen vooraleer die zijn uitbaatvergunning voor pakweg een massagesalon krijgt. Maar daar is dus een rechtsgrond voor nodig. Het toekomstige decreet moet hier voor gaan zorgen. Tevens wordt er gedacht aan de rol die nutsbedrijven bij dit alles kunnen spelen. Informatie van elektriciteitsproducenten en netwerkbeheerders zou een grote meerwaarde kunnen betekenen. Een sterk verhoogd waterverbruik kan zo duiden op de inrichting van een chemisch drugslaboratorium terwijl de aanwezigheid van een cannabisplantage kan ontdekt worden door een piek in de elektriciteitsafname.
Privacywetgeving
Een kruispuntbank met alle persoonsgegevens kan in strijd zijn met de privacywetgeving. Daarom wordt er gedacht aan het bundelen van expertise in de toekomstige overheidsdienst Integriteitsonderzoek. Concreet gaat dat om zogenaamde profilers en dataminers die een machtiging hebben waarmee ze toegang krijgen tot de databanken. Lokale besturen zullen dan via deze dienst een onderzoek kunnen opvragen.
In Nederland staan ze vandaag al veel verder met de strijd tegen de ondermijnende criminaliteit, maar klinkt er ook kritiek. Onder meer omdat mensen die in het verleden fouten maakten, moeilijker een tweede kans krijgen. “Er is een groot verschil tussen een tweede kans na een misstap en georganiseerde criminaliteit. Het is niet de bedoeling dat we alle mensen een toekomst gaan ontnemen”, luidt het op het kabinet van Demir. “Maar als er een risico bestaat, willen we dat lokale besturen hiervan op de hoogte kunnen zijn. Met de gekende voorgeschiedenis in het achterhoofd kunnen alle bestuurlijke beslissingen in eer en geweten genomen worden.”
Wat er uiteindelijk van de plannen van Demir zal overblijven, nadat ze bij de federale overheid is langsgeweest voor medewerking, is nog koffiedik kijken. Op het kabinet willen ze niet op de zaken vooruitlopen, maar voelen ze toch wel over de partijgrenzen heen de wil om de circulatie van crimineel geld in het legale circuit aan te pakken.