Alleskunner Van der Poel wint overal, nu ook na waaierrit in de Emiraten
Het strand van Oostende, of de woestijn van Abu Dhabi? Wout van Aert, of een koershongerig WorldTour-peloton? Het maakt Mathieu van der Poel allemaal niks uit. “Blijkbaar won ik hier met mijn conditie van het veldrijden”, zegt het zondagskind van Alpecin-Fenix.
Nee, dit was geen niemendalletje zoals twee jaar geleden in de Ronde van Antalya, waar Van der Poel zijn wegcampagne ook begon met een zege. Het was de allereerste World Tour-wedstrijd van het seizoen, waarbij Alpecin-Fenix als winnaar van het ProTeam-klassement 2020 automatisch mag starten. Wat goed is, komt snel. Zie Tom Boonen, die vijftien jaar geleden ook begon met een zege in de GP van Doha. Of Wout van Aert vorig jaar na de lockdown in de Strade Bianche. Deze zandbak in de Verenigde Arabische Emiraten kende Van der Poel wel al sinds november 2019, toen hij er voor het crossseizoen nog snel even met zijn Roxanne genoot van het zachte woestijnklimaat. Dit keer kwam hij er als viervoudig wereldkampioen veldrijden aan in het rennershotel op het Yas Marina F1-circuit, waar hij als freak door het raam van zijn hotelkamer de bolides ziet racen. Ondertussen kennen de sjeiks in de UAE ook al de wereldvedette van Alpecin-Fenix. Die bewees zondag in Al Mirfa al meteen verschillende zaken. Eén week trainen met de groep is voldoende om competitief te zijn. En hij blijft een alleskunner, die verraderlijk snel spurt. Dat ondervond vooral Elia Viviani, die hoopte Cofidis eindelijk een eerste zege aan te bieden. Maar het beuken tegen de zijwind in zoog zijn benen leeg . “Ik was ook niet zeker dat ik deze sprint kon winnen ”, gaf Van der Poel toe. “Ik weet wel dat ik sneller word naarmate een wedstrijd harder is. Met die zijwind en de warmte was dit best een pittig werkdagje.”
Het was een openingsetappe die herinnerde aan de vergane Ronde van Qatar, waarbij er dikwijls zo waanzinnig hard werd gevlamd dat je achteraf een bloedsmaakje in de mond had. Zoals Tom Boonen dat altijd plastisch omschreef. “Het liep lekker. Ik zat al in de eerste waaier van de dag. Ik voelde meteen dat ik goede benen had”, zei Van der Poel. “Na de tussenspurt reed er opnieuw een grote groep weg (onder wie vijf van de zeven van Deceuninck-Quick-Step, alleen Bennett en Keisse niet, nvdr.). Ik sprong ernaartoe. En dan was het vooral uitkijken om goed gepositioneerd de sprint te beginnen en mijn buikgevoel te volgen. Al was deze zege niet echt verwacht. Met dank ook aan Gianni Vermeersch (nog een crosser, nvdr.), die de aanvallen van Almeida en Cattaneo counterde. Roy Jans was ook mee, maar hij moest even voordien eraf.” En zeggen dat Van der Poel vooraf aangaf dat deze UAE Tour een experiment was waarin hij lead-out zou spelen voor Philipsen. Ploegmanager Christoph Roodhooft had er wel aan toegevoegd dat Mathieu zijn kans zou gaan indien de gelegenheid zich zou voordoen. Maar meteen zo’n knaller? “We zijn met Mathieu al een en ander gewend, maar dat is toch opnieuw straf”, zei Roodhooft. “Hoewel ik vorig jaar zijn ritzege in de Tirreno-Adriatico nog verrassender vond. Het was mooi om te zien hoe content ploegleider
Frederik Willems was. Dan schat je nóg beter de prestatie in. Uiteindelijk heeft Mathieu slechts zeven dagen alternatief wat getraind met de ploeg op stage in Benicasim, want zijn vierde wereldtitel in het veldrijden dateert van 31 januari. Zelfs al heet je Van der Poel, elke renner heeft bij een nieuw wegseizoen wat onzekerheid. Die is nu weg. Eén vogel maakt de lente niet, maar deze opener van de World Tour is een mooie binnenkomer.”
Nog drie kandidaten op de eindzege
Na nog geen vier uur koers kan je de kandidaat-eindwinnaars van deze UAE Tour al op één hand tellen: Tourwinnaar Tadej Pogacar, uittredend winnaar Adam Yates en João Almeida, die nog maar eens bewees dat die vijftien dagen roze vorig jaar in de Giro geen toeval waren.
Voor een eerste sprint waarin Van der Poel de lead-out speelt voor Philipsen, is het wachten tot woensdag, want maandag is er de tijdrit en dinsdag volgt de klim naar Jabel Hafeet. “In de tijdrit gaat Mathieu ook voluit. Na deze knaller wenkt een mooie ereplaats. Ze gaan hem niet direct vier minuten per bergrit wegzetten, hoor”, besloot Roodhooft, die na een transfer van meer dan twee uur met Van der Poel terug het rennershotel op Yas Marina bereikte.