WIELRENNEN Evenepoel: “UCI wilde met onderzoek de onveiligheid in Lombardije verdoezelen”
Remco Evenepoel wil niet de minste verwachtingen creëren voor de Giro (8-30 mei) waar hij zijn seizoen start. En hij is niet te spreken over het onderzoek dat de UCI liet uitvoeren nadat iets uit zijn achterzak werd gehaald na zijn val in Lombardije. “Ik heb UCI-voorzitter Lappartient gemaild”, aldus Evenepoel, die voor het eerst spreekt sinds hij op 13 januari een trainingsbreak moest inlassen.
Hoe gaat het met je, Remco? Het ging woensdag duidelijk te snel om de collega’s te volgen op de Muur?
“Die kerels zitten tegen hun topvorm, terwijl het pas mijn vijfde korte uitstap buiten was. Ik vond het meevallen. Het was leuk om even mee te fietsen.”
Hoe voelt het om voor de eerste keer van zo ver te moeten terugkomen?
“Raar. Vorige week deed ik bij ons in de buurt een korte helling die ik normaal fluitend oprijd. Nu moest ik serieus naar adem happen. Dat is normaal na vier maanden stilliggen. Ik voel dat het elke dag beter gaat.”
Volgende week zaterdag vertrek je naar de Teide. Ben je al voor klaar voor een stage op grote hoogte?
“Het is niet de bedoeling dat ik mee ga met de mannen die dagelijks vijf à zes uur trainen. Bij mij worden dat er maximaal vier aan een stuk. Het is vooral een voorbereiding op de stage in april, zodat ik daar écht kan beginnen trainen.”
Waarom rijd je geen koers voor de Giro?
“Waarom zou ik me opjagen om snel koersen in de Ardennen mee te pakken? Ik neem liever mijn tijd. Is dat een risico? Ja. Draait het goed of slecht uit? Dat weten we later pas.”
Wat mogen we van jou verwachten in de Giro?
“Ik heb geen specifieke ambities. Ik rijd de Giro als voorbereiding op de zomer. De bedoeling is dat ik in Italië drie weken in stijgende lijn ga. Na de Giro volgt opnieuw een periode zonder wedstrijd, tot de Spelen. In het verleden lukte dat goed: een hoogtestage, wat dagen ertussen en dan koersen.”
Je denkt ook aan de Vuelta. Is twee grote ronden in je derde profjaar niet wat veel?
“De Vuelta is zeker een optie. Maar die beslissing valt pas later. Mijn grootste zorg nu is om honderd procent fit te raken.”
De Internationale Wielerunie (UCI) gaf een sliert extra veiligheidsmaatregelen vrij waaronder een veiligheidsmanager die het parcours keurt. Wat vind je ervan?
“Volgens mij waren er in Lombardije bomen genoeg om een net aan te hangen, zodat je niet op de grond valt en de helft van je lichaam breekt. Ik vind het jammer dat ze veel veiligheidsregels in de schoenen van de renners schuiven. Zoals die fietsposities die niet meer mogen. In Polen reed ik vijftig kilometer voorop, veertig daarvan met de handen bovenop het stuur. Dat is niet alleen meer ontspannend voor armen en schouders, maar ook meer aerodynamisch. Ik neem straks eens de tijd om alles goed te lezen. Er zullen zeker ook goede maatregelen tussen zitten.”
Klopt het dat je in een mail aan UCI-voorzitter David Lappartient excuses eiste voor dat intussen geklasseerd onderzoek naar wat de ploegleider uit je achterzak haalde na je val in Lombardije?
“Ik wou niet per se verontschuldigingen, maar uitleg. Waarom zei hij dat de dag vóór de Tourstart? Ik keek op mijn ziekenhuisbed zo uit naar die drie weken koers op tv. En dan begint dat met zo’n nieuws. Je krijgt daar een serieuze klop van op je hoofd. Dus stuurde ik een mailtje: Ik lig hier half gebroken in mijn bed. Ik kan niets doen. En jullie gaan mij eventjes zwartmaken voor de hele wereld, terwijl ik weet dat ik niks fout deed. Ook dit is een voorbeeld van hoe ze de zaken op de renners proberen af te schuiven. Het kwam bij mij over alsof ze die valpartij en de onveiligheid wilden verdoezelen en dit de bovenhand wilden laten nemen. Dat vond ik echt jammer. Het is gebleken dat ik gelijk had. Ik deed helemaal niets fout.”
Kwam er antwoord op je mail?
“Ja. Hij zei dat ze het ‘wilden onderzoeken voor de veiligheid van de sport, en dit en dat’. De weken ervoor had ik de Ronde van Burgos en die van Polen gewonnen. Als leider moest ik elke avond naar de dopingcontrole, wat logisch is. Uit zo’n voorval blijkt dat ze geen vertrouwen hebben in bepaalde renners. Jammer.”