Nick Cave lost nieuw album: troost voor brutale coronapijn
Al in de eerste lockdown begonnen Nick Cave en Warren Ellis songs te maken, omdat creativiteit artiesten overeind houdt. Dat er ook een plaat van komt, is een cadeau. “Brutaal, maar mooi”, vindt Cave zelf.
Je hebt mensen die willen weten wié. Je hebt mensen die willen weten waarom. En je hebt er die niets anders willen vinden dan het koninkrijk in de lucht.” Wie hoopte dat Nick Cave op zijn achttiende album stevig rockend zou uithalen om de coronaverveling weg te spoelen, mag het meteen vergeten: Carnage begint met een piano, kosmische sfeerschepping en een verwijzing naar iets hogers. “Een brutale, maar mooie plaat die wortelt in een gemeenschappelijke catastrofe”, kondigde Cave onlangs zelfbewust aan op zijn Red Hand Files, de website waarop hij sinds september 2018 regelmatig vragen van fans beantwoordt. Eerder noemde hij de coronacrisis daar “een mogelijke implosie van onze beschaving” en stipte hij aan dat we veel zouden leren over onze veerkracht, kwetsbaarheid en capaciteit om te vergeven. En dat we aandachtig moeten observeren. Dat ligt hem: Cave is dagelijks bezig met “diepe concentratie”.
Bloedbad
Carnage lijkt daarvan minstens ten dele een verslag. De acht nieuwe songs zijn grotendeels uitgewerkt als een fictieve reis langs symbolische plekken en surreële figuren, waarop Cave op zoek is naar iemand die niet ver is. Hij ontmoet geregeld een kind dat de zon in de haren heeft, ziet vreemde figuren als een ‘ding met horens’, een mannelijke Venus, de nachtelijke maan die ‘haar naakte lichaam bedekt met haar haren’ en een man die in 200 pond ijs op een balkon zit, in de ochtendzon. En ondertussen hoort u vooral filmische soundscapes van kompaan Warren Ellis en een koor dat zingt dat de tijd nabij is. Nee, wie zijn vorige album Ghosteen melig vond, zal hier niet van opkikkeren. Nochtans beloofde de titel een ruige songcyclus. Carnage betekent ‘bloedbad’, wat kan verwijzen naar het virus dat ons dagelijks leven moorddadig ontwricht heeft. In zijn jonge jaren, toen haat en horror zijn handelsmerk waren, zou Cave daar ook bloederig over geschreven hebben. Nu is hij 63, geblutst en gelouterd en spiritueel op zoek. Het effect van de pandemie omschreef hij als een “formalisering van het kluizenaarsleven waartoe ik altijd geneigd was” – hij voelde zich al bij al oké.
Apocalyptisch
Het album begint met een zuivering. In Hand of God waadt de zanger tot diep in een rivier om Gods betovering te voelen, terwijl een koortje doorheen de vervreemdende muziek alsmaar ‘hand of God’ reciteert – in het Nieuwe Testament komt die hand negen keer voor, als een teken van Gods macht. In het volgende verhaal, Old time, belandt Cave tijdens een winterse autorit in een nachtmerrie met zwarte bomen, waar een kind geboren wordt op een bevende aarde. Ellis haalt zijn meest dreigende effecten uit de kast. Bijbelse teksten waren altijd Caves grote inspiratiebron. In het warmere Carnage ziet hij in een flashback zijn eigen jeugd en beleeft hij een soort epifanie in een plots opvlammende zon (‘it was only you, and it’s only love’). Rauwer is White elephant, niet toevallig de enige song met een industriële groove, die zich vloekend afzet tegen onze omgang met de natuur en een gesneuvelde olifant beschrijft die ‘verdampt in een grijze wolk van toorn’. Twee barokke personificaties van water en ijs kondigen wraak aan, waarna de song omslaat in een hippie-gospelkoor dat zingt dat ‘a time is nigh/ for the kingdom in the sky’.
‘Nigh’ betekent ‘nabij’ en is apocalyptische taal. Misschien wil Cave aangeven dat we eraan gaan als we zo verder doen?
Nietzscheaanse verlossing
Net zoals op Cave’s andere recente tekstproductie, L.I.T.A.N.I.E.S. met Nicholas Lens, staan de songs in een opbouwende volgorde. Ook de mystieke inslag van die plaat komt hier terug in de vele verwijzingen naar de zon, bloeiende velden en smeltend ijs.
Maar hoeveel fans volgen Cave in zijn soms hermetische religieuze metaforiek? Zijn gepijnigde gevecht met de boosaardige God van het Oude Testament heeft hij al lang achter zich gelaten. Zijn keuze om vanaf 1997 over de liefde te zingen, vanuit een bewondering voor Christus, verzachtte zijn songs en verruimde zijn publiek, dat in een toespeling als ‘everywhere you are I will hold your hand again’ niet noodzakelijk een verwijzing zal zien naar die ‘man van verdriet’.
In Shattered ground geeft de zanger niet om ‘wat ze zeggen’, maar smeekt hij ‘haar’ om niet weg te gaan, anders is hij zo alleen. Nick Cave schuift wel vaker pijn, de vrouw en God in elkaar, maar velen zullen dit horen als een empathische gedachte over iedereen die zich de jongste maanden geïsoleerd heeft gevoeld. Een song als Albuquerque is zelfs niet meer dan dat: we kunnen dit jaar nergens heen, tenzij in onze dromen. Carnage kan dus ook beluisterd worden als een vrij orkestraal album over kwetsbaarheid en veerkracht, dat zoals zijn vorige rouwplaat Ghosteen ver voorbij de klassieke songstructuren gaat, met Cave vaak in de rol van dramatische verteller – daar is hij goed in. Een vaak vertragende, dan weer aanzwellende soundtrack met een eigen religieuze beeldtaal, veel romantisch verlangen en op het einde de noodzakelijke opsteker, omdat ‘de ochtend wonderlijk is, zoals jij’.
Al blijft Nick Cave op het einde van dit veeleer toevallig tot stand gekomen album ook schelms, met een Nietzscheaanse parafrase. ‘What doesn’t kill you just makes you crazier’: creativiteit blijft de sleutel tot elke verlossing.