Onderzoek in Alken naar tweede dosis Johnson & Johnson-vaccin
CORONAVACCIN ALKEN Voor het Johnson & Johnsonvaccin, dat wellicht in april voor het eerst kan toegediend worden in ons land, volstaat één dosis. Het Anima Research Center in Alken is het grootste testcentrum ter wereld in een studie bij 30.000 testpersonen over de effecten van een tweede dosis.
In tegenstelling tot de vaccins van Pfizer, Moderna en AstraZeneca heeft het Johnson &Johnson-vaccin nog geen goedkeuring in Europa. Wellicht is die voor midden maart, waardoor ons land in april de eerste dosissen van het Johnson & Johnson-vaccin kan ontvangen. Uit een eerste studie bij zo’n 44.000 mensen in de Verenigde Staten, Latijns-Amerika en Zuid-Afrika blijkt dat het J&J-vaccin 72 procent effectief is tegen matige en ernstige virusinfectie. Dat resultaat is minder goed dan bij het Pfizeren Moderna-vaccin, maar het voordeel van het J&J-vaccin is dat het op koelkasttemperatuur bewaard kan worden én dat één dosis volstaat. Het Alkense onderzoekscentrum Anima Research Center werkt mee aan een tweede grote studie van Johnson & Johnson bij 30.000 mensen. “Doel van die tweede studie is om te achterhalen wat het effect is als er twee dosissen van het J&J-vaccin zouden toegediend worden”, zegt Erik Buntinx van het Anima Research Center.
1.500 euro
Van de 30.000 mensen uit die tweede grote studie, worden er liefst 1.000 getest in Alken. “In geen enkel ander testcentrum ter wereld is dat aantal zo groot”, zegt Buntinx. “In december zijn we gestart en ondertussen hebben al meer dan 850 mensen één dosis van het Johnson & Johnson-vaccin gekregen. Een aantal van hen kreeg ook al een tweede dosis, die we acht weken na de eerste dosis toedienen. Daarnaast staan nog meer dan 250 kandidaten klaar om mee in de studie te stappen.” Die testpersonen komen vanuit het hele land naar Alken afgezakt. “Een aantal mensen zijn van Alken en omstreken, maar we hebben ook testpersonen uit Antwerpen tot zelfs Blankenberge. Ik vind het fantastisch dat zoveel mensen mee willen helpen in de strijd tegen het virus”, zegt Buntinx. Al doen wellicht niet alle testpersonen puur uit engagement mee aan de studie. Aan het onderzoek hangt immers ook een vergoeding vast. “Die bedraagt zo’n 1.500 euro per persoon”, zegt Buntinx.
Risicogroepen
De helft van de testpersonen krijgt een placebo toegediend, de andere helft het échte vaccin van Johnson & Johnson. “Belangrijk is ook dat er voldoende mensen uit de risicogroepen aan de test deelnemen”, zegt Buntinx. “Van de 30.000 deelnemers moet minstens 30 procent 60 jaar of ouder zijn en minstens 50 procent een onderliggende aandoening hebben, zoals hoge bloeddruk, diabetes of astma.” Of die risicogroepen geen gevaar lopen tijdens de testfase? “Nulrisico bestaat natuurlijk niet, maar deze mensen zijn op voorhand grondig medisch gescreend”, zegt Buntinx. “Iemand die bijvoorbeeld een paar weken voor de start van het onderzoek een hartinfarct heeft gehad, komt natuurlijk niet in aanmerking.” Wanneer de resultaten van de tweede grote studie van Johnson & Johnson bekend zullen zijn, is nog onduidelijk. “Daar kan ik nog geen termijn op plakken”, zegt Buntinx. Of na die tweede studie zal blijken dat we ook van het Johnson & Johnsonvaccin twee dosissen zullen nodig hebben? “Bij één dosis is het vaccin sowieso al effectief ”, zegt Buntinx. “Mogelijk komt uit die studie naar voor dat bij een tweede dosis bijvoorbeeld bepaalde risicogroepen nog beter beschermd zijn, maar dat het bijvoorbeeld geen extra effect heeft bij jongeren.”
Antistoffen
Nog in de strijd tegen Covid-19 onderzoekt het Anima Research Center een preventieve behandeling op basis van kunstmatige antistoffen. “Voor een bepaalde groep mensen zullen de vaccins niet of veel minder goed werken”, zegt Buntinx. “Het gaat dan bijvoorbeeld om mensen die medicatie moeten nemen waarbij hun immuunsysteem wordt afgeblokt, bijvoorbeeld voor wie lijdt aan psoriasis.” Omdat een vaccin het immuunsysteem bij die mensen mogelijk niet voldoende goed triggert, is er een alternatieve behandeling nodig, zoals bijvoorbeeld een therapie met antistoffen. “De gerenommeerde Vanderbilt University in Tennessee in de VS is er helemaal in het begin van de Covid-crisis in geslaagd om bij besmette patiënten heel krachtige antistoffen te selecteren”, zegt Buntinx. “Deze antistoffen worden vervolgens gekopieerd in een labo zodat ze op grotere schaal toegediend kunnen worden.” Als producent voor die antistofbehandeling is de Vanderbilt University in zee gegaan met het welbekende AstraZeneca. “Wij hebben in Alken ondertussen 28 mensen met deze zogenaamde monoclonale antistoffen behandeld. Deze antistoffen worden met een vetoplossing vermengd en ingespoten in de billen van de testpersoon. Het gaat hier om een langetermijnstudie, dus op de resultaten van deze antistofbehandeling zal het nog even wachten zijn.”