“Waarom zou de Omloop niet op mijn erelijst thuishoren?”
Tim Wellens (29) is goed, steengoed. Dat weet de Truienaar zelf ook. Vandaar dat zijn naam vrijdagavond alsnog aan de deelnemerslijst van zondag werd toegevoegd. Zo combineert hij de Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne.
Hoewel we Wellens vrijdagmiddag enkel gepixeld kunnen aanschouwen tijdens een Teams-meeting, zien we de Truienaar niettemin blinken in zijn vel. Hier zit iemand die zich duidelijk in zijn nopjes voelt.
Wellens: “Dat ga ik niet ontkennen. Ik ben ervan overtuigd dat ik zaterdag sowieso over een stel goeie benen zal beschikken.”
Je vat met amper acht koersdagen, maar weliswaar twee overwinningen, het Belgische openingsweekend aan. Dat hadden meer werkdagen kunnen zijn indien je niet - uit voorzorg - uit de Tour de la Provence was gestapt. Licht die beslissing eens toe?
“Ik ben de ochtend van de derde etappe met een heel lichte keelpijn en beetje snot uit bed gestapt en ik wilde geen enkel risico nemen. Bovendien had ik niets meer te winnen in die rittenkoers. De eerste dag zat ik al meteen achter een valpartij, waardoor ik twintig seconden kreeg aangesmeerd.”
Dus besliste je snel om het zekere voor het onzekere te nemen?
“Correct. Ik ben naar Monaco getrokken om me met kwaliteitsvolle trainingsritten zo optimaal mogelijk voor te bereiden op het openingsweekend. Wat me zeer goed gelukt is trouwens. Ik heb alles kunnen doen wat ik wilde doen. Vaak haal ik meer kwaliteit uit een training dan wanneer ik doelloos moet meekoersen in een peloton. Ik heb een veel lager TSS tijdens een wedstrijd dan bij een training. TSS is een Training Stress Score. Die duidt aan hoe zwaar een trainingsdan wel een koersdag was.”
Na je eindzege in de Ster van Bessèges start je zaterdag als één van de favorieten. In 2018 was dat eveneens het geval na je overwinning in de Ruta del Sol. Alleen ontbrak het je toen aan ervaring in het Vlaamse werk.
“Precies. In de buurt van Brakel waagde ik me al aan een solo, maar ik werd nadien verraden door de forse tegenwind. Ik acteerde te optimistisch waardoor ik te veel woekerde met mijn krachten. Een beginnersfout. Ik zat nog te veel met de beelden van het jaar voordien in mijn hoofd. Toen begonnen de favorieten vroeg à bloc te koersen. Het ene jaar is duidelijk het andere niet.”
Kan je van meespreken. Want een jaar later stond je zowaar op het podium in Ninove, achter winnaar Stybar en nummer twee Van Avermaet.
“Ik vind het leuk wanneer er gekoerst wordt zoals in de Omloop Het Nieuwsblad van 2019. Toen reden we met een kleine groep redelijk ver van de meet weg. Waarna de afstand zijn werk begon te doen. Iedereen raakte meer en meer afgemat. Ook ik. Toch is afzien terwijl je spectaculaire waardes trapt ook wel kicken.”
Is de Omloop een koers die op je rijkgevulde erelijst thuishoort?
“(Lacht) Waarom niet? Ik vind het een heel mooie wedstrijd. Bij het openingsweekend staat altijd een groot uitroepteken.”
Is het een wedstrijd die zich makkelijk laat lezen?
“Zoals iedere race telt ook de Omloop ettelijke key points, waar de koers kan openbreken. Ik vind de Molenberg altijd een vervelende passage. De jacht naar de voet is vaak ziedend. Op de top gaat het niet meteen naar beneden maar blijf je op een plateau fietsen, waar de wind vaak vrij spel heeft. Bovendien zijn de wegen er smal… Nee, ik ben altijd blij als ik die fase van de wedstrijd ongeschonden ben doorgekomen.”
Je trok donderdag niet op verkenning, maar vertoefde in Paal voor een windtunneltest. Waarom die keuze?
“Ik heb op de piste in Spanje testen gedaan en de ploeg wou die resultaten bevestigd zien in de windtunnel. Ik vraag me af: wat als beide tests niet overeenstemmen? Waar hechten we dan geloof aan: aan het bezoek aan de piste of de windtunnel?”
Stond die test in functie van het tijdrijden of broed je op een nieuwe aerodynamische koershouding die wel binnen het wettelijk kader van de UCI past?
“Ik heb er vooral materiaal en kleding getest in functie van de tijdritten. Maar inderdaad… Ik heb ook van de gelegenheid gebruikgemaakt om creatief uit de hoek te komen. Ik weet alleen niet hoe creatief we mogen zijn van de UCI.
Wat ik intussen wel weet, is wat wel of niet een aerodynamisch voordeel oplevert.”
Op 10 mei verschijnt er voor het eerst een drie in jouw leeftijd.
“Dan krijg ik een nieuwe voordeur, ja.”
Dat betekent dat de tijd is aangebroken om eindelijk die droomkoers aan je palmares toe te voegen.
“Inderdaad (lacht). Maar ik denk dat ik nu al niet mag klagen over mijn palmares. Velen zouden een arm geven voor alleen maar twee ritzeges in de Vuelta in hun carrière.”
Klopt, maar jouw eergierigheid kennende, smacht je naar meer?
“Ik leg de lat altijd heel hoog, ja. Het is niet omdat ik dertig word in mei, dat ik extra druk voel. Winnen blijft gewoon heel belangrijk. Iedere koers die ik rij, is belangrijk voor mij. En natuurlijk hoop je dan dat er aan het eind van ieder seizoen een heel grote koers tussen zit.”
Prikkelt het jou dat jouw naam tot het kransje van favorieten behoort?
“Het streelt een beetje je ego als ze je tot favoriet bombarderen, daar maak ik geen geheim van. Voor ik de ploeg vaarwel zegde in de Provence waren er stemmen binnen de ploeg die zeiden: Deze opgave kunnen we ideaal gebruiken om wat zand in de ogen van de concurrentie te strooien en de druk af te houden. Maar ik heb gezegd: Jongens, ik heb Bessèges gewonnen, jullie kunnen doen wat jullie willen, maar ik zal sowieso tot de favorieten gerekend worden voor de Omloop Het Nieuwsblad.”
José De Cauwer zei deze week: we spreken alleen maar over drie namen: Van Aert, Van der Poel en Alaphilippe. We verdelen alles onder hen, ook de druk. Merk je dat zij veel aandacht, maar ook veel druk aanzuigen?
“Dat is een feit. Die drie zijn sowieso altijd bij de beteren in koers. Maar voor mij zijn het concurrenten zoals iedereen. De koers moet nog altijd gereden worden. Al ga ik er niet flauw over doen: zonder hen aan de start stijgen mijn winstkansen. Dus nee, ik vind het niet erg dat Wout en Mathieu er zaterdag niet bij zijn.”
Zondag start Van der Poel wel in Kuurne. Een wedstrijd die je in
“Ik mag niet klagen over mijn palmares, velen zouden een arm geven voor alleen maar twee ritzeges in de Vuelta”
Tim Wellens
extremis aan je programma hebt toegevoegd. Waarom?
“Omdat ik de Tour de la Provence niet heb uitgereden, is een extra koersdag mooi meegenomen. Bovendien beschik ik momenteel over goede benen. Dus krijg ik een extra winstkans. En ik was toch al in het land. Dus waarom niet?”
Als kleine jongen wilde je alleen maar profrenner worden. Heb je in je negende profseizoen nog steeds het gevoel dat je jouw droom leeft?
“Als topsporter ontkom je niet aan mindere momenten, maar ja… Ik vind nog steeds dat ik niet te klagen heb. Neem afgelopen week. Ik heb leuke trainingen afgewerkt in een prachtige streek. Daar ben ik niet blind voor. Het is uiteraard makkelijker genieten geblazen als je goed rijdt en de resultaten volgen. Stel dat ik na een teleurstellend seizoen had gepast voor de Vuelta. Dan was ik zonder overwinningen en met een ander gevoel de winter in getrokken. Dat had allicht tot negatieve gedachten geleid. Ik heb me echter nooit bij de situatie neergelegd, ben blijven knokken en heb zelf mijn geluk afgedwongen. Daar hoop ik nu een vervolg aan te breien.”