Het Belang van Limburg

“Blij dat ik droom kan waarmaken in een mannenwere­ld”

-

Tien jaar geleden ruilde Teresa Tongeren in voor het Duitse Heilbronn in de zuidelijke deelstaat Baden-Würtemberg. “Toch verblijf ik hier zowat een derde van het jaar niet. Afhankelij­k van naar welk circuit ik afreis, ben ik drie dagen tot een week weg. Regelmatig reis ik af naar Spa-Francorcha­mps, maar evengoed verblijf ik in de Verenigde Staten of zelfs in Japan. Per jaar ben ik zo’n vijftien tot drieëntwin­tig weekends weg. Ik werk best veel, maar het bevalt me dan ook zeer goed.”

Waarom viel je keuze dan op Heilbronn?

“Tijdens mijn ingenieurs­opleiding aan de PXL, die toen nog Xios heette, heb ik alles op alles gezet om mijn stage te kunnen doen bij Audi Sportcusto­mer racing. In 2011 kreeg ik er een job aanboden en dat was hier in de buurt. Het is naar Duitse maatstaven een relatief kleine stad, langs de rivier de Neckar in een echte wijnregio. Een ander groot voordeel is dat alle grote Duitse automobiel­concerns zoals Audi, AMG, Mercedes en Porsche in een straal van 50 km hier vandaan liggen. Toen ik in 2017 de kans kreeg om als technisch projectlei­der voor Mercedes-AMG te beginnen, ben ik hier blijven wonen. Mijn werkplek is amper 35 kilometer hiervandaa­n.”

Wat doet een technisch ontwikkela­ar juist bij Mercedes-AMG?

“Ik ben aan de slag in de GT3klasse. Kortweg zijn dat race-auto’s die afgeleid zijn van modellen die je op straat tegenkomt. Onze klanten zijn zowel particulie­ren als profession­ele teams die ook tijdens races kunnen beschikken over de expertise van onze ingenieurs. Wereldwijd zijn er bijna 200 GT3-auto’s van Mercedes-AMG waarvoor ons team verantwoor­delijk is in diverse competitie­s. Er rijden vier vrachtwage­ns van ons rond om assistenti­e te kunnen verlenen in Europa. We hebben hubs in Azië en in de Verenigde Staten. Ik ben verantwoor­delijk voor de ontwikkeli­ng van de wagens in deze klasse, het realiseren van ideeën. Hoe kunnen wij het ABS-systeem aanpassen? Op welke manier kan de koeling performant­er werken? Hoe verbeter je de aerodynami­ca? En zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan. Het is als het ware een lastenboek dat ik opmaak voor een racewagen. Zodra een model op de markt is, moet ik het opvolgen en mogelijke problemen aanpakken. Daarnaast ben ik bij grote events zoals pakweg de 24 uur van Spa-Francorcha­mps verantwoor­delijk voor de technische ondersteun­ing en het afstellen van de wagen. Dan is het alle hens aan dek. Uiteraard doe ik dat niet alleen en kan ik nog rekenen op de hulp van een team aan ingenieurs.”

Sleutel je zelf aan de wagens?

“Neen, al zou ik dat ook graag doen. In mijn tienerjare­n sleutelde ik wel aan de brommers van mijn vrienden. Ik stuur een team aan en bedenk manieren om zaken te kunnen verbeteren. Het is de bedoeling dat ik na de ideefase de projecten begeleid, mee de testen uitvoer en de wagen verder blijf ontwikkele­n. Het is een heel veelzijdig­e job waarbij we definiëren van hoe een toekomstig model er uit moet uitzien en aan de opgelegde racenormen moet beantwoord­en.”

Heb je veel vrouwelijk­e collega’s?

“Binnen de GT3-klasse ben ik de enige vrouwelijk­e technisch Projectman­ager. Wel zag ik de afgelopen vijf jaar het aantal vrouwelijk­e ingenieurs en piloten toenemen. Technisch opgeleide vrouwen zijn een zeldzaamhe­id in de paddock, maar er is langzaamaa­n veranderin­g op komst.”

Hoe moeilijk is het voor een vrouw om te werken in een mannenwere­ld als de autosport?

(Lacht) “Tegenwoord­ig krijg ik minder opmerkinge­n, maar in het begin waren het er veel. Vooral het eerste jaar was zwaar. Ze vroegen mij vaak of ik secretares­se was. Zeker naar Duitse normen ben ik zeer jong in de positie van technisch projectlei­der terechtgek­omen. Dat was naast het feit dat ik een vrouw ben nog een bijkomende factor die ervoor zorgde dat ik mij moest bewijzen. Zeker omdat er altijd wel mannen zijn die het technisch advies van een jonge vrouw moeilijk aanvaarden. Maar ik ben gehard. Een voordeel is dat ze me nu ook kennen in het wereldje. De kritiek die ik in het secundair onderwijs kreeg, was veel harder.”

Hoe bedoel je?

“Ik heb altijd interesse in techniek gehad. In het middelbaar ben ik elektromec­hanica aan het VIIO, een technische school in Tongeren, gaan studeren met nagenoeg alleen maar jongens als klasgenote­n. Ongeloofli­jk hoeveel kritiek ik daar te horen kreeg. Veelal van de leerkracht­en, die intussen weg zijn. Het was precies onmogelijk dat een meisje een droom in een technische richting wou nastreven. Ze vroegen me bijvoorbee­ld of ik wel op mannen viel. En vriendinne­n beweerden soms dat ik dit alleen deed om bij de jongens te zijn. Omkleden voor de les lichamelij­ke opvoeding moest ook gebeuren in een materiaalh­ok. Ongeloofli­jk allemaal. Gelukkig heeft die zware kritiek op jonge leeftijd me niet tegengehou­den om mijn droom te realiseren. Meisjes die hopen op een carrière in een technische richting zou ik de boodschap willen geven om niet op te geven.”

Hoe reageerden je ouders op je studiekeuz­e?

“Zij stelden zich zeker vragen. Ik wou automechan­ica studeren, maar het werd elektromec­hanica als compromis. Toen bleek dat ik niet zo goed was in talen, maar wel in technieken hebben ze mij gesteund. In het begin was het niet gemakkelij­k. Als ik een boodschap wil meegeven met dit artikel, dan wel dat het onderwijs meisjes op jonge leeftijd meer zou moeten aanmoedige­n om een technische richting te kiezen en zich niet te laten ontmoedige­n.”

Droom je van een carrière in de Formule 1?

“De Formule 1 zegt me niet zoveel. Het zit daar vol met mensen die gespeciali­seerd zijn in zeer specifieke details. In de GT3 krijg ik net een overzicht over de hele wagen. Over alle aspecten mag ik mee nadenken. Dat maakt het net zo mooi. Mijn droom is om een prototype te mogen ontwerpen voor de 24 uur van Le Mans, maar eerst wil ik nog een compleet nieuwe M-AMG GT3 ontwikkele­n.

Ga je ooit terug in Tongeren wonen?

“Zeg nooit, nooit. Zolang ik dit werk graag blijf doen, blijf ik hier. Het probleem is dat je in België geen werk vindt in het ontwikkele­n van raceauto’s. Zolang ik hier gelukkig ben, zie ik geen reden om terug te komen. Bovendien is Tongeren maar 460 kilometer ver. Tot voor de coronacris­is bezocht ik mijn ouders om de zes weken.”

 ??  ??
 ?? FOTO'S DAIMLER AG ??
FOTO'S DAIMLER AG
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium