Paaspauze heeft amper effect op besmettingen in Limburg
De paaspauze heeft nauwelijks effect gehad op de besmettingscijfers in Limburg. Er raakten veel minder kinderen besmet maar bij de zestigplussers is er een opvallende stijging. “Wellicht hebben heel wat grootouders op de kleinkinderen gepast”, zegt biostatisticus Geert Molenberghs.
Op 29 maart, nu maandag drie weken geleden, ging de zogenaamde paaspauze van start. De scholen moesten vervroegd dicht, de contactberoepen gingen op slot en shoppen in niet-essentiele winkels mocht enkel nog op afspraak. Maar die afkoelingsperiode is voorlopig nauwelijks zichtbaar in de cijfers.
Voor de invoering van de paaspauze (in de week van 22 tot 28 maart) raakten in Limburg 2.252 mensen besmet. Twee weken later is het aantal besmettingen amper gedaald en raken op weekbasis in onze provincie nog altijd 2.189 mensen besmet.
De sluiting van de scholen heeft in Limburg duidelijk wel impact gehad. Zo is het aantal besmettingen bij kinderen en tieners fors gedaald, met respectievelijk 31 en 23 procent. Ook bij de vijftigers is er een lichte daling van het aantal besmettingen (-7 procent). Bij de twintigers en dertigers blijft het aantal besmettingen quasi stabiel. Opvallend is dat bij de zestigplussers de besmettingscijfers in alle leeftijdsgroepen stijgen. “Wellicht hebben tijdens de paaspauze heel wat grootouders op hun kleinkinderen gepast”, zegt biostatisticus Geert Molenberghs (UHasselt en KU Leuven). “Zeker tijdens de week voor de paasvakantie, toen de scholen vervroegd dichtgingen, hebben waarschijnlijk heel wat ouders geen oppas gevonden en werden de grootouders ingeschakeld.”
Oosten van Limburg
Volgens Molenberghs is het nog te vroeg om wetenschappelijk te besluiten dat de paaspauze een maat voor niets is geweest. “Mogelijk is er wel een effect geweest, maar is dat niet groot genoeg”, zegt de
“In de week voor de paasvakantie, toen de scholen vervroegd dichtgingen, hebben wellicht heel wat ouders geen oppas gevonden en zijn de grootouders
ingeschakeld”
Geert Molenberghs
Biostatisticus
biostatisticus. “Als de scholen maandag heropenen en meer mensen opnieuw aan het werk gaan, zullen we zien hoe de besmettingscijfers verder evolueren. Maar een stijging van de cijfers is daarbij niet uitgesloten.” Ook viroloog Steven Van Gucht is weinig euforisch over de huidige evolutie van de besmettingscijfers. “De motor van de daling sputtert”, zegt hij. “Een scherpe daling van de besmettingscijfers na de piek blijft momenteel uit, waardoor we nog altijd in een periode van onzekerheid zitten.”
In verhouding met het aantal inwoners telt Limburg, na OostVlaanderen, momenteel het hoogste aantal besmettingen van alle Vlaamse provincies. De grote besmettingshaarden zijn nog altijd gelokaliseerd in het oosten van onze provincie, met een uitloper naar Genk. Maasmechelen blijft, in verhouding met het aantal inwoners, de meest besmette gemeente van Limburg. In de mijngemeente raakten de afgelopen twee weken 472 mensen besmet. Maaseik is de tweede meest besmette gemeente, gevolgd door Dilsen-Stokkem, Genk en Lanaken. In absolute aantallen telt Genk het hoogste aantal besmettingen: 511 op twee weken tijd. “Het grenseffect speelt zeker en vast een rol bij de besmettingshaarden in het oosten van Limburg. Nederland telt immers nog altijd meer besmettingen dan ons land”, zegt Molenberghs.
Piek in ziekenhuizen bereikt
De ziekenhuiscijfers in Limburg blijven hoog, al lijkt de piek daar bereikt. Vrijdag lagen er in de zes Limburgse ziekenhuizen samen 194 covidpatiënten. Tijdens het voorlopige hoogtepunt van de derde golf (op 12 april) waren er dat nog 219. De piek op de afdelingen intensieve zorgen ligt voorlopig op 9 april. Die dag telden de Limburgse ziekenhuizen 65 intensieve covidpatiënten, vrijdag waren er dat nog 49.
Toch blijft de situatie in een aantal ziekenhuizen precair. Zo wegen de hoge besmettingscijfers in het oosten van Limburg duidelijk nog altijd zwaar op de twee campussen van het ZOL in Genk en Maaseik. Het ZOL telde vrijdag in totaal 83 covidpatiënten, van wie 21 op intensieve. Maandag waren er dat 87, van wie 20 op intensieve. “De druk op de covidafdelingen is de laatste dagen stabiel, maar blijft nog altijd hoog”, zegt Jurgen Ritzen, woordvoerder van het ZOL.
Ook Noorderhart in Pelt telt nog altijd opvallend veel covidpatiënten: 35 van wie 7 op intensieve. Het Peltse ziekenhuis vangt daarmee bijna evenveel patiënten op als het veel grotere Jessa Ziekenhuis in Hasselt, waar de situatie met 39 covidpatiënten van wie 12 op intensieve relatief onder controle is. Het Sint-Franciscus Ziekenhuis in Heusden-Zolder telt nu 18 covidpatiënten (5 op intensieve), Sint-Trudo in Sint-Truiden vangt 12 covidpatiënten op (3 op intensieve). AZ Vesalius in Tongeren blijft met 7 covidpatiënten (1 op intensieve) momenteel het meest gespaard.
“Heel wat covidpatiënten in de ziekenhuizen zijn van middelbare leeftijd of zijn jonge senioren. Twintig tot dertig procent van de patiënten heeft geen onderliggende aandoeningen”, zegt Steven Van Gucht. “Omdat in deze groepen van mensen de vaccinatiegraad nog te laag is, is het uiterst belangrijk om de maatregelen blijvend goed op te volgen.”