Veldrijder Timo Kielich wil deze zomer presteren op de weg
WIELRENNEN
NA RONDE VAN HONGARIJE Na een verloren veldritseizoen heeft Timo Kielich (22) de weg omhoog ingezet. In de recente Ronde van Hongarije bleek de Alkenaar een prima sprintloods, spurtte hij zelf naar een zesde stek én werd 28ste in het eindklassement. “Na al dat blessureleed ben ik supergemotiveerd om ook op de weg mijn limieten te ontdekken.”
Het tweede deel van 2021 was voor Timo Kielich een periode om snel te vergeten. Nadat de Alkense veldrijdermountainbiker zijn bachelordiploma L.O. op zak stak, kon hij zijn ‘profleventje’ niet verzilveren. “Integendeel”, preciseert Kielich. “Na een verkoudheid sukkelde ik vanaf augustus met een langdurige ziekte. Ik voelde me voortdurend vermoeid. De zware crosswinter in combinatie met de energie die in mijn sportlessen en stages kroop, maakten dat mijn lichaam op een gegeven moment ‘stop’ zei. Eenmaal hersteld en net op het moment dat ik wilde hervatten, kwam ik op training ten val op mijn knie. Waarna de volgende lijdensweg opdoemde.”
Geen babyvet meer
Het gevolg was een winter zonder competitie en… een andere lichaamsbouw.
“Klopt, ik ben drie à vier kilo lichter dan voor mijn blessure”, beaamt Timo. “Enerzijds doordat ik spiermassa ben verloren op bepaalde plaatsen, anderzijds omdat ik iets meer op mijn eten let en meer trainingsarbeid verricht. Het babyvet is weg (lachje).” Kortom, Kielich beschikt meer en meer over het afgetrainde lichaam van een wegrenner. Dat bleek nog zondag tijdens de slotetappe van de Ronde van Hongarije. De bronzen medaillewinnaar van het beloften-WK in het veld in Oostende 2021 hield goed stand op de twaalf kilometer lange slotklim. “Nochtans had er meer ingezeten als ik na twee kilometer klimmen niet was opgehouden door een valpartij. Ik moest voet aan de grond zetten en mijn wiel weer recht zetten. Waarna een kilometerslange jacht op de kop van de koers wachtte. Eenmaal aangesloten had ik echter mijn beste pijlen verschoten. Een 28ste plaats in de eindstand van een sterk bezette rittenkoers als de Ronde van Hongarije is niettemin bemoedigend. Als eerste rondje kan dat tellen. Ik heb ook het gevoel dat ik beter uit de voorbije week ben gekomen. Begrijpelijk, met elf WorldTeams aan de start lag het niveau behoorlijk hoog. Eenmaal de vlucht van de dag was vertrokken, namen de topteams de controle in handen. Als je in de wielen kon meevolgen, was dit een redelijk makkelijke rittenkoers. In de finales bestond mijn taak erin om onze snelle man Simon Dehairs af te zetten voor de eindsprint. In de zaterdagetappe was Simon mijn wiel kwijt, waarop ik dan maar zelf heb mee gesprint. Met een zesde plaats als resultaat.”
Blijk van waardering
Als het van Kielich afhangt, rijdt hij deze zomer nog meer resultaten bij elkaar.
“Ik heb echt mijn zinnen gezet op deze wegcampagne”, steekt Kielich zijn aspiraties niet onder stoelen of banken. “Ik maak deel uit van het Development Team van Alpecin-Fenix, maar zowel in Parijs-Camembert als de Ronde van Hongarije mocht ik met de profformatie aantreden. Zondag komt daar de Antwerp Port Epic bij en nadien de Ronde van Noorwegen en de ZLM Tour. Een mooi programma en een dito blijk van waardering vanuit de ploegleiding. In ruil zou ik de ploeg willen terugbetalen met resultaten. Na al dat blessureleed ben ik namelijk supergemotiveerd om ook op de weg mijn limieten te ontdekken”, zegt Timo, die woensdag ook in Puivelde Koerse aantreedt.
De rij veldrijders die sterker uit een intensieve wegcampagne kwam, is inmiddels lang. Kielich hoopt in het veld uiteraard ook te kunnen profiteren van zijn grotere motor.
“Dat is zo, maar dat belooft geen sinecure te worden. De voorbije winter heb ik geen UCI-punten kunnen vergaren en voor de wereldbeker mag onze federatie slechts de eerste acht landgenoten afvaardigen en vier wildcards uitdelen. In samenspraak met de ploeg ga ik nog bekijken hoe ik die kwestie ga aanpakken”, besluit de Alkenaar.