Bedrijven verliezen opdrachten door nijpend personeelstekort
Bijna de helft van de bedrijven die kampen met een tekort aan personeel, moet daardoor opdrachten afwijzen. Dat blijkt uit een peiling van HR-dienstverlener Liantis. “Wij hebben onlangs nog een opdracht doorgegeven aan een collega”, zegt Marc Hegge van het gelijknamige metaalbedrijf in Hamont-Achel.
Bijna de helft van de bedrijven (46 procent) kampt met een tekort aan personeel. Dat blijkt uit een bevraging van HR-dienstverlener Liantis bij ruim 1.000 Belgische kmo-ondernemers. De resultaten bevestigen dat de krapte op de arbeidsmarkt onverminderd aanhoudt. Opvallend is dat een aanzienlijk deel van de bedrijven die kampen met een personeelstekort, klanten moet doorsturen en opdrachten moet weigeren (46 procent). Anders wordt de werkdruk voor het bestaande personeel te groot.
De combinatie van personeelstekort, stijgende loonkosten, de hogere eisen van klanten en het feit dat ondernemers nieuwe opdrachten moeten weigeren, brengt de duurzaamheid van organisaties in gevaar, zo luidt het. “Wat als de klanten afhaken en in de toekomst niet meer terugkeren?” vraagt Laurence Vanparys van Liantis Consult zich af. “Het personeelstekort heeft dus niet alleen risico’s op korte termijn, maar ook op langere termijn.” Een van de Limburgse kmo’s die niet alle klanten kunnen helpen, is het accountantskantoor Axentis in Dilsen-Stokkem. “Wij kunnen niet meer alle klanten aanvaarden”, zegt Charlotte Reyskens, die als accountant ook het personeelsbeleid op zich neemt. “Bij elke nieuwe aanvraag moeten we zorgvuldig bekijken of we het werk er nog bij kunnen nemen zonder dat we inboeten op kwaliteit. En dan moeten we al eens een klant teleurstellen. We kunnen ook niet te veel klanten aanvaarden, want dat verhoogt de werkdruk voor het personeel.” Axentis stelt momenteel zeventien mensen tewerk. “We zijn voortdurend op zoek naar nieuwe accountants en boekhouders, maar er studeren er gewoon veel te weinig af”, aldus Reyskens. “We investeren momenteel in een nieuw gebouw. Hopelijk kunnen we daar nieuwe medewerkers mee aantrekken.”
Automatisering
Een van de bedrijven die worstelen met een personeelstekort en daardoor opdrachten aan zijn neus voorbij ziet gaan, is het Noord-Limburgse metaalbedrijf Hegge. “We hebben het hele jaar door zo’n vijftien vacatures”, aldus Marc Hegge, die het bedrijf samen met zijn broer Luc leidt. “Sommige daarvan staan een half jaar open. Bovendien wordt het steeds moeilijker om de gaten op te vullen van medewerkers die met pensioen gaan.”
Bij Hegge Group werken vandaag zo’n 170 mensen, goed voor een geconsolideerde jaaromzet van 33 miljoen euro. “De dagploeg zit nagenoeg helemaal vol, maar we zouden in onze nachtploeg best nog wel enkele mensen kunnen gebruiken”, legt Hegge uit. Maar aangezien die moeilijk of niet te vinden zijn, is Hegge een van de bedrijven die al eens een opdracht moet laten schieten. “Zo hebben we onlangs nog een opdracht voor decoratief plaatwerk doorgespeeld aan een collega, met wie we overigens goed samenwerken.” Hegge ondervindt bijvoorbeeld een groot tekort aan lassers. “Om dat op te vangen proberen we zelf werknemers om te scholen. Om de productiecapaciteit te verhogen wordt bovendien geïnvesteerd in automatisering. Zo hebben we onlangs een nieuwe lasrobot aangekocht, wat dan weer resulteert in extra werkgelegenheid.”
Loonkosten
Bij de Limburgse werkgeversorganisaties zijn vergelijkbare signalen te horen. “We worden dagelijks geconfronteerd met ondernemers die geen personeel vinden en daarom opdrachten moeten weigeren of omzet laten liggen”, zegt gedelegeerd bestuurder Bart Lodewyckx van Unizo Limburg. Gedelegeerd bestuurder Ruben Lemmens van VKW Limburg vult aan: “We horen bij onze bedrijven dat het gebrek aan gekwalificeerd personeel leidt tot leveringsproblemen en langere wachttijden, waardoor niet of pas later aan de vraag van klanten kan worden voldaan.”
Voka Limburg wijst erop dat krapte op de arbeidsmarkt nefast is voor toekomstige investeringsbeslissingen en waarschuwt voor de oplopende loonkosten. “Gemiddeld liggen de loonkosten in ons land per werknemer al 8 procent hoger dan in onze buurlanden”, vindt gedelegeerd bestuurder Johann Leten.